Hermano om halfvier ’s middags. Het lijkt wat onnozel: bluesy hardrock terwijl de zon genadeloos inbeukt op hoofden, ruggen en borsten, het bier rijkelijk vloeit en het geflirt op de weide een aanvang neemt, maar eigenlijk was het ook wat toepasselijk. Het enige wat ontbrak, was het stof van Arizona.
Deze band rond Kyuss-vocalist John Garcia moet elke dag opnieuw de vergelijking met ’s mans vorige projecten doorstaan. Gelukkig wordt daar grappend mee omgesprongen (gitarist Dave Armstrong vermeldde ook dat Garcia geen songs wil spelen van z’n vorige band: "Whitesnake!… or Queensryche"). Het karakteristieke stemgeluid van Garcia is verbonden met stonerrock zoals een mellotron dat is met progressive rock, maar deze band tapt uit een ander, traditioneler vaatje. Het gaat om oerrock die de zware psychedelica van Kyuss volledig van zich heeft afgeschud en zich wentelt in machofantasieën straight from the 70s. Lomp en zompig, maar doorgaans wel effectief omdat het op AC/DC-leest geschoeid is: je kan niet missen met een goede gitaarriff.
Armstrong, tweede gitarist Mike Callahan en bassist Steve "Dandy" Brown leken ervoor te willen gaan, maar drummer Chris Leathers en vooral Garcia zelf stelden zich tevreden met wat tamme performances. Voor luie woestijnsongs als "Life" heeft dat geen gevolgen, maar als de band hoorde uit te halen met een forse rechtse ontbrak het hem wel aan de hoognodige brute kracht: Garcia’s uithalen klonken veel te iel en de punch die de muziek nodig had werd tenietgedaan door een vage geluidsbrij. "Cowboys Suck" en "Landetta (Motherload)" klonken desalniettemin als smerige lappen straatblues, wat niet gezegd kan worden van afsluiter "Angry American", dat amper het puberale oversteeg. Hermano was degelijk, maar blijft ongetwijfeld een pak overtuigender in uw warm gestookte kelder.