Richard Ayoade, die bekend werd als acteur in de klassieke Britcom The IT-Crowd en als regisseur zijn debuut maakte met de frisse coming of age-film Submarine, bevestigt met zijn tweedeling, The Double, dat hij echt wel een creatieve kracht is om in de gaten te houden. Oké, zijn invloeden komen er iets te duidelijk door schemeren en je kan gerust in twijfel trekken of The Double uiteindelijk wel echt samenhangt, maar Ayoade heeft wel een flamboyante, vindingrijke film gemaakt waar de goesting van af spat.
De plot is gebaseerd op het kortverhaal van Dostojevski. Jesse Eisenberg speelt Simon James, een anonieme bediende in een hels, kafkaesk kantoor, waar niemand weet wie hij is of wat hij doet. Hij schrijft briljante memo’s over mogelijkheden om het bedrijf te optimaliseren, die door niemand gelezen worden en ondertussen heeft hij een crush op Hannah (Mia Wasikowska in haar 70ste film van het jaar), het meisje dat het kopieerapparaat bedient, maar dwars door hem heen kijkt. Simons leven van stille wanhoop wordt echter overhoop gehaald wanneer plots James Simon op het kantoor komt werken: James is Simons exacte fysieke dubbelganger, maar dan extravert, zelfverzekerd en aalglad. Hij heeft geen flauw idee wat zijn job eigenlijk inhoudt, maar binnen de kortste keren is hij de ster van het kantoor én heeft hij Hannah tussen zijn lakens liggen. Simon dacht eerst zijn voordeel te kunnen doen met de komst van James, maar ziet zich nu nog verder in een hoekje gedrukt, alsof hij totaal niet meer bestaat.
Het concept van The Double is bepaald niet nieuw, en werd onlangs nog gebruikt als het basisidee van Denis Villeneuve’s Enemy. Maar waar Ayoade zich onderscheidt, is in de expressieve wereld die hij creëert voor zijn personages. Het kantoor waar Simon en James werken, is een soort industriële grot waar 19de eeuwse bureautjes veel te dicht op elkaar geduwd staan. De straten zijn altijd donker en hangen vol mist, de belichting is gestileerd, met opvallend gebruik van rood en blauw. 21ste eeuwse technologie is zo goed als compleet afwezig; geen gsm’s, geen computers. Ayoade neemt de clichés van het saaie kantoorleven uit Kafka, en maakt daar een visuele karikatuur van. En daar stopt hij niet bij, want ook zijn gebruik van muziek is nadrukkelijk gestileerd; op een bepaald moment doet Jesse Eisenberg zelfs een kort dansje, hoewel daar geen enkele reden voor is.
Echt vernieuwend is dat niet. Het ontwerp en de visuele stijl van The Double heeft veel te danken aan Brazil van Terry Gilliam (meer dan welke andere individuele film ook, is dit een rechtstreekse inspiratiebron geweest), maar ook aan The Hudsucker Proxy van de gebroeders Coen en zelfs aan Steven Soderberghs Kafka. Maar Ayoade maakt zich die invloeden wel eigen, om te eindigen met een film die toch nog anders aanvoelt.
Wie Submarine heeft gezien, zal daar wellicht niet van schrikken. Ook die prent maakte al duidelijk dat Ayoade zijn films graag nadrukkelijk stileert; er is niets losjes of improvisatorisch aan Submarine of The Double. Alles is uitdrukkelijk en tot op de millimeter uitgedacht: beweeg de camera een centimeter naar rechts of links en het effect gaat verloren. Als de acteurs een stap te ver opzij zetten, dan werkt de belichting niet meer naar behoren. In dat opzicht is de geest van Wes Anderson ook niet veraf. Maar gek genoeg weerhoudt dat de film er niet van om toch speels aan te voelen. The Double is een zwarte komedie die regelmatig erg grappig wordt. De openingssequens, waarin Simon enkele gortdroge slapstickmomenten meemaakt op de metro, is daar een mooi voorbeeld van: de situatie had uit een film van Tati kunnen komen – hij wil uit de metro stappen, maar twee mannen beginnen doodleuk een stapel kartonnen dozen in te laden. Simon springt over de dozen, maar dan komt zijn aktetas tussen de deuren van de trein vast zitten. Die hele openingssequens, die bijna zonder dialogen wordt uitgespeeld, is pure slapstick – de situatie had net zo goed uit Mr. Bean kunnen komen – maar wordt perfect geënsceneerd om de absurditeit van de wereld waarin de film zich afspeelt, dik in de verf te zetten.
Stilistisch is The Double dus absoluut opmerkelijk. Het is verfrissend om te zien hoe filmmakers de realiteit durven loslaten om hun eigen werkelijkheid te creëren, ook al is die dan voor een gedeelte afgeleid van wat anderen al hebben gedaan. En er wordt ook op niveau geacteerd. Jesse Eisenberg heeft als acteur een beperkt bereik, maar hier heeft hij een rol te pakken die inspeelt op zijn sterke kanten, met een mix van arrogantie en kwetsbaarheid – in dit geval zelfs letterlijk opgedeeld in twee verschillende personages. Mia Wasikowska blijft interessante films kiezen, maar haar eigen rol is deze keer minder boeiend. In kleinere bijrollen zien we Yasmin Paige, Noah Taylor en zelfs, in een zeer geestige cameo, Paddy Considine uit Submarine terugkeren. Vooral van Paige is het jammer dat ze niet meer filmwerk krijgt – ze heeft een aardig naturel, wars van alle gladde Hollywoodtoestanden, die de cinema vaker kan gebruiken.
Of de plot ook steek houdt, is een andere vraag. The Double laat heel wat thematische balonnetjes op, over het concept identiteit (natuurlijk), maar ook over de teneerdrukkendheid van heel wat werksituaties: je zou de film kunnen omschrijven als een duistere, dystopische versie van The Office, met bedienden die eindeloos hun best doen zonder waardering te krijgen, terwijl incompetente managers alleen maar volgzaamheid verwachten. Maar aan het einde van de rit komen die thema’s niet op een geloofwaardige manier samen. The Double is inhoudelijk een beetje all over the place. Een duidelijker eindbestemming zou welkom zijn geweest, maar goed, eerlijk is eerlijk: in dat geval zou de film wellicht ook een deel van zijn mysterieuze sfeer zijn verloren.
Hoe dan ook, The Double is onderhoudende, creatieve, uitbundige cinema die niet bang is om de werkelijkheid vaarwel te zeggen en interessantere oorden op te zoeken. De rit waarop Ayoade je meeneemt is regelmatig wat bumpy, maar zo zie je tenminste nog eens iets.