Zoals zo vaak zit het geniale hem in de eenvoud. Dat geldt ook voor
Clap Your Hands Say Yeah. Je legt een stevige basis aan de
hand van een uitstekende ritmesectie. Daarrond slinger je dan
enkele gitaren, wat synth-riedels en enkele fantasietjes
(mondharmonica, tamboerijn, …). De zanger mag dan klinken als
mijn schoonmoeder in een boze bui, zelfs dat kan de pret niet
drukken. Integendeel zelfs, zijn voortdurend brekende stem draagt
eerder bij tot de charme.
Dat het publiek er wel pap van lust, staat buiten kijf. Maanden op
voorhand was het optreden al hopeloos uitverkocht. De hype had
duidelijk zijn werk gedaan. De AB-club had ongetwijfeld afgeladen
vol gezeten en dus had men er voor geopteerd om de Box te
gebruiken, tot genoegen van zowel band (groter podium) als publiek
(meer bewegingsruimte).
Het zijn vijf eenvoudige jongens, jong, maar toch al met de nodige
ervaring om een publiek ruim een uur lang in de ban te houden, al
staat er dan slechts één album
op hun repertoire. Communicatie met het publiek is er niet veel bij
– pas op het einde van de show volgt er een bescheiden “thank
you” – emotie en spanning straalt er des te meer van het
podium.
Vanaf opener “Cruel Goddess” wordt er meteen de beuk ingezet. De
songs volgen mekaar snel op. Nergens verslapt de aandacht. Alec
Ounsworth heeft duidelijk voldoende charisma om zijn publiek in te
pakken, de muziek doet de rest. Vooral ‘Over and Over Again (Lost
and Found)’, ‘Yellow Country Teeth’ en afsluiter ‘Tidal Wave’
kunnen op een enthousiaste publieksreactie rekenen. ‘Satan Said
Dance’ maakt indruk: het declameren van des duivels naam kreeg
zowaar iets bezwerends.
Tot tweemaal toe kwamen de heren terug voor bisnummers (waaronder
een nieuw nummer (‘Me and You Watson’), waarna de roadies de witte
ballonnen die achter het drumstel waren opgesteld, mochten
uitdelen.
Deze groep mag dan jong zijn, ze hebben ongetwijfeld een eigen
gezicht, ondanks alle referenties naar Talking Heads en Velvet
Underground. Een cover van Dylan (‘Love Minus Zero’) lijkt perfect
te passen binnen het CYHSY-kader en zou even goed door henzelf
geschreven kunnen zijn, al zijn de teksten hier wat duidelijker dan
in hun eigen nummers (of ligt dat aan mij?).
Klappen in de handjes, blij blij blij ? Zeker weten, al bij al was
het een goed concert. Een wat uitgebreider repertoire zou
ongetwijfeld een verrijking zijn, maar daar laat het publiek zich
duidelijk niet door storen. Oh ja, je zou haast vergeten dat Dr
Dog het voorprogramma mocht verzorgen. Leuke nummers (Neil
Young speelt Beatles-nummers op alt.country-wijze) en een erg
enthousiaste en goedgeluimde band resulteerden in een korte, hevige
set. Dr Dog heeft ongetwijfeld interesse opgewekt.
In samenwerking met De
Muziekfriek.