Zoals de titel van de reeks aangeeft, gaat 14-18 van Corbeyran en Le Roux over de Eerste Wereldoorlog. In dit herdenkingsjaar niet de enige van zijn soort en helaas ook niet de beste.
14-18 brengt ons het verhaal van acht jonge mannen, allemaal uit hetzelfde Franse dorp, die aan het begin van de Eerste Wereldoorlog voorbestemd zijn om doorgewinterde soldaten te worden. In augustus 1914 worden ze opgeroepen om hun dorp te verlaten en richting front te vertrekken. Ze laten vrouw, kinderen en familie achter en worden al gauw geconfronteerd met de harde realiteit in de loopgraven. Op dat moment hebben ze echter nog geen idee van de vijf lange jaren van barbaarsheid en uitzichtloze wreedheid die zullen volgen. Ze krijgen te kampen met bommen, het steeds tegenwerkende klimaat, ontbering, modder, angst en vooral de incompetentie van de militaire staf.
Ook de dood loert steeds om de hoek, en enkelen onder hen zullen nooit terugkeren.
De rode duivel is het zevende deel van de tiendelige serie en brengt ons naar april 1917. In deze episode volgen we voornamelijk Armand, Maurice en Jacques. De Duitse troepen hebben de overhand op het plateau van Californie in de Aisne-streek, waar ze hun troepen al enige tijd gestationeerd hebben. Armand en zijn vrienden bevinden zich met de Franse troepen aan de voet van het plateau. Ze wachten op het teken om deel te nemen aan het grote geplande offensief van generaal Nivelle, die de troepen daar aanstuurt. Hij wil een bres slaan in de Duitse linie op de Chemin des Dames.
Armand en Maurice, die nog steeds zijn getuigenissen per brief naar Nicole stuurt, zijn beiden pessimistisch over de mogelijke gevolgen van hun toekomstige aanval.
Uiteindelijk begint de slag van Chemin des Dames op 16 april en die zal duren tot 24 oktober. De Fransen worden in de pan gehakt en de overlevenden moeten zich verstoppen terwijl ze het volgende offensief afwachten. De verliezen zijn enorm. Er sneuvelen 134.000 mannen, waarvan 30.000 in de week van 16 april, en de gemoederen raken verhit bij de Franse troepen. Jacques, die intussen op de hoogte is van de Russische revolutie, wil op zijn beurt een opstand uitlokken binnen zijn eskader. Hij wordt echter gearresteerd en moet voor de krijgsraad verschijnen.
Le Roux en Corbeyran willen ons een mix brengen van Magasin Général (Loisel en Tripp) en Loopgravenoorlog (Tardi, uiteraard!), maar op beide vlakken schieten ze toch wel wat tekort. De tekenstijl leunt aan bij die van Régis Loisel, maar het blijft zoeken naar een evenwicht tussen karikatuur en realisme. De aquarelinkleuring maakt het allemaal wat te zacht om de gure realiteit weer te geven, iets waar Tardi wel in slaagt met zijn simpele, hardere inkleuring. Tekenkundig zit het allemaal wel snor en de lay-out zorgt voor een zekere souplesse bij het lezen, maar het is moeilijk om je in het verhaal in te leven. Het scenario moddert wat aan, waardoor een totaal van 10 delen en uiteindelijk zo’n 500 pagina’s toch wat te veel lijkt.
De rode duivel begint met een duidelijke samenvatting van de vorige delen en die heb je ook nodig om het verhaal, met zijn nogal oppervlakkig uitgewerkte personages, te kunnen volgen. In dit herdenkingsjaar waarin we om de oren worden geslagen met themastrips rond de Eerste Wereldoorlog is het een kwestie van opvallen tussen de rest en dat doet deze reeks jammer genoeg niet. 14-18 blijft, ondanks het morbide thema, een aangename reeks om door te lezen, maar beklijven doet het verhaal niet echt. Onze tip: wacht nog even met lezen tot het tiende deel verschenen is, dan ben je in één ruk ook van die verdomde oorlog af.