Na jaren van sporadische albums is het nu zover. Met Wij willen Eefje Wentelteefje start eindelijk een reeks met de roodgejurkte striphelden. Het eerste album biedt een hernieuwde kennismaking met dit icoon van de Nederlandse smallpress.
In Nederland is Eefje Wentelteefje doorheen de jaren een echt smallpress-icoon geworden, met zelfs een eigen theatershow en een televisieprogramma. Begin jaren ’90 liet Jeroen de Leijer zijn absurdistische kindsterretje debuteren. De strips over Eefje verschenen vooral in Zone 5300 en werden nu en dan gebundeld in losse albums. Het publicatieritme is echter altijd wisselvallig geweest, waardoor Eefje Wentelteefje als stripfiguur nooit echt een klassieker is geworden. De Leijer is ook een artiest die zich via andere media dan het stripfiguur wil uiten, een reden te meer waarom Eefje Wentelteefje altijd wat onder de radar bleef. Zo werkte de Leijer ook samen met o.a. Gummbah en Steppie Lloyd Trumpstein aan De Bedenkelijk Kijkende Grondeekhoorn, het legendarische blad dat de heren in eigen beheer en via riso-printing op de markt brachten. Het absurdisme werd daarin streng doorgetrokken, terwijl dit in Eefje Wentelteefje nog onschuldiger en vooral heerlijk dwaas blijft. Nu lanceert het actieve Strip 2000 (in samenwerking met Zone 5300) een reeks van Eefje Wentelteefje. Het eerste deel, Wij willen Eefje Wentelteefje, bevat een reeks oudere, maar nog niet gepubliceerde strips. Hopelijk kan Eefje nu via deze reeks een breder publiek bereiken.
De humor van Jeroen de Leijer is alleszins bijzonder aantrekkelijk voor dat brede publiek. Zoals ook Gummbah en Kamagurka eerder al succesvol waren, in diezelfde vijver vist ook Eefje Wentelteefje. In elke strip zit een invalshoek met een serieuze hoek af, en telkens combineert de Leijer dat absurdisme met een licht effect van verontwaardiging. Op die manier is Jeroen de Leijer, wellicht zonder het zelf te willen, een peetvader van de heren van Lamelos, waarvan Jeroen Funkes reeks Victor en Vishnu wel vrij dicht aanleunt bij de sfeer van Eefje Wentelteefje. Voor ons is de topper van dit album toch wel het verhaal Eefje Wentelteefje en de grèffik noffel, een heerlijk spitse satire op de vaak elitaire voorkeur voor literaire strips, tegenover de meer klassieke verhalen.
De tekeningen van Jeroen de Leijer passen zonder meer in het straatje van al eerder genoemde auteurs als Kamagurka en Gummbah. Technisch is hij onconventioneel, maar tegelijk varieert hij tussen elk verhaal in van stijl, wat zeker zijn vaardigheid aantoont. Zijn tekeningen passen alleszins prima bij de stijl van humor die hij beoefent. Er zullen maar weinig lezers zijn die ten onrechte toch het album aankopen en dan onaangenaam verrast zouden zijn.
Met dit album vult de uitgever alleszins een leemte op. Voor het eerst heeft Eefje Wentelteefje een eerste album van wat een langere reeks zou moeten worden. Op die manier kan haar bekendheid in Nederland verder groeien en krijgt ze hopelijk ook in Vlaanderen een grotere aanhang. Aan het enthousiasme van Jeroen de Leijer zal het alleszins niet liggen. Hij staat momenteel mee aan het roer van het blad Wubby dat via riso-print gemaakt wordt. Met dit blad richten de makers zich duidelijk op een eerder kunstzinnig publiek dat dergelijke pamfletten en uitgaven in eigen beheer opvolgt. Hoe leuk en goed dat allemaal ook is, toch wilden wij de afgelopen jaren vooral een album van Eefje. Laat dat nu net hetgene zijn wat we nu gekregen hebben.