David Mitchells’ Tijdmeters was het type monumentale, doorwrochten roman waar de man een patent op lijkt te hebben. Vetrekkend vanuit een fantastisch idee en dit via verschillende personages die met elkaar in verband stonden, was ook in dit werk zijn grote troef. Dat hij daarbij het fantastische element subtiel verweefde in het geheel, maakte het hele werk nog lezenswaardiger. Met Doorgang heeft hij er een klein broertje aan toegevoegd, dat los staat van het hoofdverhaal maar er volledig mee verstrengeld is.
Wie Tijdmeters niet gelezen heeft, kan Doorgang beter nog even laten rusten want het verhaal vertrekt vanuit een aantal premissen die in dat werk uit de doeken gedaan worden en noodzakelijk zijn om deze korte roman te begrijpen. Noodgedwongen volgen ook hier dan ook enige “spoilers” uit het “grote broertje”. In Tijdmeesters maakte Mitchell duidelijk dat er al eeuwenlang een strijd aan de gang was tussen twee groepen “onsterfelijken” waarbij de ene groep na elke dood herboren werd met herinneringen aan het vorige leven terwijl de andere groep zich te goed diende te doen aan de zielen van psychisch begaafden om het eigen leven te verlengen. De “ware” onsterfelijken maakten er een punt van de groep van zielenjagers een halt toe te roepen vanuit het idee dat het doden van onschuldigen en het stelen van hun ziel geen rechtvaardiging kende.
In Tijdmeters stond een zo een groep zielenjagers centraal die zich gegroepeerd hebben in een soort sekte maar daar komen we ook te weten dat sommige van deze pseudo-onsterfelijken op eigen houtje handelen en buiten elke groep om op jacht gaan. In Doorgang staat zo een koppel centraal, een tweelingbroer en- zus die buiten alle anderen zelf op jacht gaan naar de juiste zielen om hun eigen bestaan te rekken. In vijf verschillende hoofdstukken met telkens een tijdsprong van negen jaar wordt telkens een nieuwe “jacht” belicht waarbij elk personage niet alleen een link lijkt te hebben met zij die eerder in het boek aan bod kwamen maar meer dan eens ook geknipoogd wordt naar Mitchells andere romans (zelf beschouwt hij al zijn werken behorend tot hetzelfde universum).
De grandioosheid of grootsheid van pakweg Tijdmeters of Wolkenatlas is uiteraard niet aanwezig in dit bescheiden werk, maar in zijn aanpak en schrijfstijl toont Mitchell zich opnieuw meester. De teneur van het boek is een pak grimmiger dan zijn andere werken, niet in het minst omdat het wreedaardige koppel en hun “jachtpartijen” centraal staan. Het perspectief is weliswaar telkens dit van hun nieuwe slachtoffer, maar als lezer wordt al na het tweede hoofdstuk duidelijk hoe het waarschijnlijk aflopen zal waardoor de tweelingen telkens het laatste woord hebben en de ander (en de lezer) meenemen naar hun gecreëerde fantasiewereld die niet meer is dan een uitgekiende muizenval.
Sympathie voor de daders heeft Mitchell niet, al schildert hij hen net zo min af als kille monsters. Veeleer zijn ze zo gefocust op hun eigen overleven dat ze bereid zijn eens om de negen jaar een slachtoffer te offeren om hun eigen bestaan te verlengen (een idee dat vaagweg ook al in Tijdmeters aangekaart werd). En ook al draaien de hoofdstukken vooral rond hun slachtoffers, die in de korte tijdsbestekken treffend weergegeven worden (en zeker niet altijd sympathiek zijn), het is via hen dat de lezer ook een inzicht krijgt in hun beulen. De verwevenheid van gebeurtenissen en personages speelt dan ook in dit verhaal een cruciale rol en vormt meer nog dan het fantastische element de rode draad.
Doorgang is als een soort zijsprong bij , de uitwerking van een flard die in de “hoofdroman” slechts zijdelings aan bod komt en hier op zichzelf mag staan. Het is een intrigerende oefening van Mitchell die bijdraagt aan de manier waarop hij al zijn romans met elkaar in verbinding brengt. Het fantastische element van zijn vorige boek krijgt een grimmigere invulling die op het randje van horror balanceert maar Mitchells grootste troeven niet uit het oog verliest. Waar Tijdmeters I> soms iets te ambitieus van opzet was (e.g. het laatste hoofdstuk), weet Mitchell hier perfect op een hoogtepunt te stoppen. Doorgang is het zwarte dessert bij Tijdmeters, een duistere pil die de andere roman prima helpt verteren.