In tijden van crisis grijpt een mens naar vaste waarden. Wanneer Buzzcocks zijn eerste twee platen nog eens van begin tot einde live komt spelen, zijn we met plezier van de partij. Het viertal brengt een onderhoudend concert, maar biedt net te weinig verrassing om tot het einde boeiend te blijven.
Aan The Hickey Underworld om het publiek warm te maken voor de Britse legende. Binnenkort verschijnt het eerste album van het Antwerpse viertal. Single “Future Words” doet het momenteel — geheel terecht — zeer goed op de radio en de opwinding die dat met zich meebrengt, was voelbaar in Het Depot. De band deed zwaar zijn best om zichzelf te bewijzen en het moet gezegd: missie geslaagd. Vooral de vingervlugheid van zanger-gitarist Jonas Govaerts sprong daarbij in het oog. Muzikaal klonk de band bij momenten verpletterend. Massieve rocksongs die erop gericht lijken het publiek te verbluffen met kracht en volume maken hun opwachting. Benieuwd of over enkele weken het titelloze debuut een even goede beurt zal maken.
Buzzcocks is een band die eigenlijk helemaal niets meer te bewijzen heeft, maar het toch komt doen. In 1978 debuteerde de band met het sterke Another Music In A Different Kitchen. Geen half jaar later verscheen het zo mogelijk nog meer indrukwekkende Love Bites. Was punk tot dan toe vooral een bij momenten ranzige uitlaatklep die de woede van een generatie jongeren kanaliseerde, Buzzcocks trok het genre open. Punknummers hoefden niet per se haat uit te schreeuwen, ook de liefde mocht bezongen worden, op melodieuze wijze zelfs.
Hoewel de band de laatste jaren zeer actief is en in 2006 met Flat-Pack Philosophy nog een studioplaat uitbracht, ligt de focus van deze passage volledig op het verleden en komt het viertal de eerste twee studioplaten integraal spelen. Het volledige van a tot z live spelen van studioplaten is een charmant concept, maar ook een beetje gevaarlijk. Als band loop je het risico de sporen die de jaren nagelaten hebben extra in de verf te zetten. Bij Buzzcocks blijkt een en ander op dat vlak goed mee te vallen. Met de ogen toe klinkt het concert geregeld zelfs net als op plaat. Eén blik naar het podium volstaat echter om overvallen te worden door een Bompa Punk-gevoel. Hoewel oerleden Pete Shelley en Steve Diggle zichtbaar plezier hebben in hun bezigheid, is het vreemd vijftigers aan het werk te zien die het hebben over kalverliefde. Wanneer in de bissen “Orgasm Addict” langskomt en Shelley orgastische kreten de zaal instuurt, is het bovendien zeer moeilijk je lach in te houden.
Verder geen kwaad woord over deze oude rotten. Ondanks de zeer hoge voorspelbaarheid die het integraal spelen van platen met zich meebrengt, verzorgde Buzzcocks een zeer onderhoudend concert, waarbij nog maar eens opviel hoe belangrijk sterke melodieën zijn. En intro’s, dat spreekt. Zo volstond de eerste seconde van het onverwoestbare “Ever Fallen In Love” om elk haartje recht te krijgen. En daar zit meteen ook het enige punt van kritiek op dit concert: een plaat kent een andere opbouw dan een optreden, met als gevolg dat climaxen op de vreemdste momenten vallen, wat dan weer als gevolg heeft dat het laatste half uur de verveling zowaar begint toe te slaan. Doseren blijft de boodschap, ook bij charmante oerpunkers.