Op de vooravond van het ware Sonic City-weekend kreeg Kortrijk al twee straffe dames geserveerd. Met Courtney Barnett in de curerende rol kleuren de affiche én de leuze van Sonic City namelijk vrouwelijk, in tegenstelling tot bijvoorbeeld editie 2017, waar namen als Pharmakon weliswaar opvallend maar weinig kwantitatief present waren.
De Californische Emma Ruth Rundle is sinds 2010 bij een groter publiek bekend als vast lid Red Sparowes, maar begon al snel daarna ook solowerk uit te brengen. Daarin draait ze het tempo lager, maar niet de spanning. De folk die ze van thuis uit met de paplepel meekreeg, kruidde ze met de mystiek van haar grote held David Lynch tot een minder goth-gericht Chelsea Wolfe-geluid. Die Wolfe komt al snel in de set in gedachten, wanneer Rundle tussen haar en Stevie Nicks in doorheen de Red Room lijkt te dansen op het beteugeld beukende “Fever Dreams”, dat met zijn romantische intermezzo en epische finale een gewiekst staaltje songsmederij is. Verwacht geen grote variatie in de setlist van Rundle, maar een evocatie van een nachtelijke joyride langs de Pacific Coast Highway. In de dreunende drum van “Apathy On The Indiana Border” hoor je takken onder de wielen kraken; sluit de ogen en je hoort de golvende refreinriff van “Control” tegen je deuren kletsen.
Rundle is gezegend met een stem die dubbel zo oud en quadrupel zo bezopen klinkt als ze eruitziet, die in de uithalen van “Protection” — een van de strafste nummers van voorganger Marked For Death — een oude ziel tussen de raspende stembanden verschuilt. Live krijgen haar nummers een grovere korrel en een stevigere scheut shoegaze, wat de individuele songs wat in elkaar vast strengelde, maar wel een in trance voerende beleving schiep.
Het grote kanon van de avond, de goth-wave toverkol Zola Jesus, tourt nog steeds met haar indrukwekkende return to form
Tijdens deze soberder gearrangeerde momenten valt ook pas op hoe fors Jesus’ stem wel is; meest van al in het spaarzaam ingezette “Remains”, waar ze steeds hoger moduleert zonder aan kracht of zuiverheid in te boeten. Dat ze er onaflatend het podium bij blijft rondschokken en –stuiteren, geeft er nog een A voor uitdaging bij. Voor de festivalset werden meerdere oude nummers geschrapt, maar Okovi levert dan ook een stevige ruggengraat voor het concert. De aanwezigheid van de plaat strekte zich helemaal tot in de finale uit, die met “Night”, “Vessel” en “Exhumed” een alweer indrukwekkende hattrick scoorde waar pop, goth, industrial én performance deze kleine bühne even tot een wereldpodium maakten. De Sonic City Friday was alvast forcefully female!