Tien jaar. Zoveel tijd verstreek tussen de release van Oxbows meesterwerk The Narcotic Story en de nieuwe, zesde langspeler Thin Black Duke, die al jaren in de lucht hing, maar waarvan de release de band bleef ontglippen. Nu stond Oxbow eindelijk opnieuw in Brussel om dat langverwachte album (en een boek) voor te stellen, en aan te tonen dat er nog altijd geen sleet op de band zit.
Helemaal stil was het nu ook weer niet rond de leden het voorbije decennium. Gitarist Niko Wenner bracht net voor de laatste decenniumwissel een prima album uit met Celan en Oxbow zelf had ook nog het tussendoortje Songs For The French in de aanbieding. En dan waren er nog die performance van Oxbow Orchestra in 2012, toen Thin Black Duke al volop in productie was, en het verschijnen van de onmisbare dvd The Luxury Of Empire (2011). Van al de leden was vocalist Eugene Robinson nog het meest (zichtbaar) actief, met het kortstondige Black Face (veelbelovend, maar geaborteerd na een – geweldige – single) en albums met Philippe Petit, Xiu Xiu en Zu, en allerhande cameos, zoals bij het Belgische Las Vegas.
Maar het was dus wachten op de echte stuff, tot nu. Een tour op eigen krachten zat er blijkbaar niet in, dus dan maar mee met Sumac, de band rond Aaron Turner (ex-Isis), die ook zijn Hydra Head Records uit een winterslaap haalde om het nieuwe Oxbow-album uit te brengen. De band speelde echter in de Magasin 4 op een weekdag, wat betekent: een vroege curfew en dus een krappe set. Trek er de onheilspellende strijkerspartijen van The Narcotic Story die gebruikt werden als intro-muziek af, en het was een concert van zo’n veertig minuten, maar die veertig kwamen wel aan als een combinatie van een lijzige versierpartij en een splinterbom.
Het blijft een belevenis om de band, maar vooral Robinson, te zien en te horen. Vlekkeloos gekleed in strak pak en hoed, de oren als vanouds afgeplakt met zwarte tape en na een song of twee al in bloot bovenlijf. De man stond duidelijk op scherp en plooide zich in bochten, explodeerde met furieuze armslagen, stotende heupbewegingen en die niet te imiteren vocale stijl die nog altijd het midden houdt tussen het grienen van bluesman Skip James, het hysterisch janken van David Thomas opgesloten in een stofzuiger, en de schuimbekkende rants van een kanselpreker.
“Frankly Frank” was kronkelende blues zoals enkel Oxbow die speelt – duister, verkrampend, met een belofte van geweld die nooit helemaal ingelast wordt. Uit het nieuwe album herkenden we daarna vooruitgeschoven song “Cold & Well-Lit Place”. Zonder het orkestrale arrangement van de albumversie, maar met ondersteuning van tweede gitarist Philippe Thiphaine. Oxbow op kamerpopterrein, of zo. Een stuk heftiger was het eveneens nieuwe “A Gentlemen’s Gentlemen”, waarin Robinson even wartaal leek uit te kramen, maar snel bleek dat de band opnieuw speelde met een collectieve discipline waar nog altijd geen maat op staat. Er zijn wel referenties denkbaar – misschien Enablers, Pere Ubu, Swans, misschien Nick Cave – maar de band blijft een origineel beest, ook muzikaal.
Primaire kracht en complexiteit hielden elkaar nog altijd in evenwicht. Het is bijna onbevattelijk dat dit kwartet zowel in staat is tot de elegantie van “Ecce Homo” als de ruggengraatverdraaiende blues van “The Last Good Time” (intussen ook al twee decennia oud), die nog altijd aankwam als een vuistslag in het gelaat. Met een imposante dynamiek, slingerend tussen zacht en luid, eenvoud en ondoordringbaarheid, seksuele spanning en de ijskoude afstandelijkheid van een stuk noir blijft de band een uniek geval. Die eigenzinnigheid en combinatie van frontale energie en dwarse experimenteerdrift is vermoedelijk ook de reden waarom het zo lang duurde voor het viertal de fondsen had die het maken van het album vereiste. Geen idee of ze dit nog eens kunnen klaarspelen als het opnieuw tien jaar duurt (de band heeft intussen al bijna dertig (!) jaar op de teller), maar dankzij het machtige Think Black Duke, Thin Black Book (later meer over beide) en deze krappe, maar memorabele performance kunnen we alleszins weer even verder.