Laat je niet misleiden door de titel. ‘Fun Home’ is hier de afkorting voor ‘Funeral Home’. Een woordspeling die wonderwel past bij een cartooniste die haar vrij dubbelzinnige relatie met haar vader en diens vermeende zelfmoord van zich afschrijft. Het resultaat is een graphic novel die, hoewel puik getekend, meer de richting van literatuur opgaat.
Laat je niet misleiden door de titel. ‘Fun Home’ is hier de afkorting voor ‘Funeral Home’. Een woordspeling die wonderwel past bij een cartooniste die haar vrij dubbelzinnige relatie met haar vader en diens vermeende zelfmoord van zich afschrijft. Het resultaat is een graphic novel die, hoewel puik getekend, meer de richting van literatuur opgaat.
Alison Bechdel is in Europa nog niet zo bekend. Over de grote plas heeft ze er echter al een aanzienlijke carrière opzitten als cartooniste van de fel gelauwerde reeks Dykes to watch out for, een reeks die we kunnen bestempelen als Sex & the city goes militant lesbian. Behalve een aantal cartoonbundels had ze echter nog geen volwaardige strip gepubliceerd. Dit veranderde echter toen ze 45 werd en besloot om haar jeugd van zich af te schrijven. De hoofdrol is weggelegd voor haar vader:een leraar Engelstalige literatuur én begrafenisondernemer die door een truck werd doodgereden. Zijn worsteling met zijn homoseksualiteit zou dit voorval wel eens als zelfmoord kunnen bestempelen, maar daar zal nooit een bewijs voor zijn. Voor deze autobiografie deed ze beroep op haar dagboek dat ze al vanaf tien jarige leeftijd bijhield met ruim plaats voor de heersende familiegeheimen in het Bechdel-gezin.
Het verhaal begint met de beschrijving van haar vader als neurotische restaurateur van hun landhuis in Pennsylvania;een taak die voorrang krijgt op het gezinsleven. Later zal blijken dat het een metafoor is voor de uiterlijke schijn die ook zijn leven bepaalt. Het vervallen landhuis wordt zo algauw omgetoverd tot een waar paleis van extreme kitsch en gevuld met allerhande oude wereldliteratuur. Dit restauratiewerk verricht hij wonderwel zonder hoge financiële inspanningen.
Algauw blijkt dat zijn manie ook nog andere gevolgen heeft. Hij negeert zijn vrouw en kinderen enmaant ze aan om zijn favoriete schrijvers te lezen, die, zo blijkt uit de verschillende citaten in de strip, zijn vermeende zelfmoord en leven beschrijven. Hij brengt ook geregeld knappe jongens mee naar huis van de school waar hij literatuur doceert en die wel heel wat aandacht van hem krijgen.
Hoe langer hoe meer begint Alison zich bewust te worden van haar eigen homoseksualiteit. Haar literatuurstudies in New York geven haar alle vrijheid om te experimenteren. En dit zorgt er uiteindelijk voor dat ze zich ook openlijk out als lesbienne. Dit geeft haar vader de mogelijkheid om op te biechten dat hij z’n eerste homoseksuele ervaring had toen hij veertien jaar was. Dit doet voor haar de puzzel in elkaar vallen en zorgt voor haar latere vermoeden dat het dodelijk ongeval wel eens een geslaagde zelfmoordpoging zou kunnen zijn.
Zoals ik al zei, moet je deze strip echt wel lezen als een roman. Het heeft behoorlijk wat tekst en heeft ook heel wat vergelijkingen met passages uit de grote wereldliteratuur. Zo vergelijkt ze haar vader eerst met Daedalus, de bouwer van het mythische labyrinth. Gaandeweg verklaart ze via Oscar Wilde, James Joyce, Albert Camus en haar eigen dagboeken het doen en laten van haar vader en zichzelf en de parallel tussen hun beide levens. Dit zorgt er voor dat je je gedachten er echt wel moet bijhouden. Een basiskennis literatuur is echter ook geen overbodige luxe. Hoewel ze een militante lesbienne is, leest dit verhaal zeker niet als een pamflet van de holebiscene. De geregelde zelfspot en de opbouw van het verhaal doen zowel hetero- als homolezers meegaan in het verhaal.
Als debuut kan deze strip wel tellen. Fun Home stond in 2006 twee weken op nummer een in de literatuur bestsellerlijst van de New York Times. Het werd datzelfde jaar zelfs uitgeroepen tot het beste boek van het jaar door Time Magazine en genomineerd voor de Eisner Award. In Europa deed het verhaal z’n intrede als vervolgstrip in de Franse Libération en nu in een Nederlandse vertaling bij ons. Tot nu toe heeft het nog geen potten gebroken in Europa. Hopelijk wordt het toch nog een laatbloeier en is het een voorbode voor later volwaardig stripwerk van Alison Bechdel.