Geschiedenis en mystiek heersen opnieuw: De Laatste Tempelier gaat verder op de ingeslagen weg van De Da Vinci Code. Miguel Lalor levert vakkundig werk af.
De Laatste Tempelier verscheen in 2006 als de debuutroman van de Amerikaan Raymond Khoury, die eerder reeds werkte als schrijver voor televisie en film. De Laatste Tempelier was een wereldwijde bestseller die openlijk meevoer op de succesgolf van De Da Vinci Code van Dan Brown. Daarin vermengde de auteur historisch accurate informatie met tal van fictieve suggesties die het mysterie in de geschiedenis naar boven haalden.
In De Laatste Tempelier speelt een middeleeuwse decoder een belangrijke rol. Tijdens de opening van een grote tentoonstelling in New York stormen vier tempeliers het museum binnen en stelen ze de bewuste decoder op een bijzonder gewelddadige manier. FBI-agent Sean Reilly gaat zoals het een goede FBI-agent betaamt meteen op onderzoek uit. Archeologe Tess Chaykin komt in contact met Sean en hun samenwerking blijkt op vele vlakken succesvol. Al snel ontdekken ze dat de diefstal helemaal niet toevallig gebeurde en dat de decoder ook heel wat geheimen bevat, geheimen waarin velen interesse tonen.
Miguel Lalor tekende tot nu toe enkel de driedelige reeks Myrkos, op scenario van Jean-Charles Kraehn (Sprinkhaan, De Onthoofde Arenden). De Laatste Tempelier is het eerste vertaalde werk van deze jonge Braziliaan en meteen ook zijn grote doorbraak. Lalor staat voor deze reeks in voor zowel het verhaal als de tekeningen. Voor het tekenwerk heeft hij alvast van weinigen lessen te krijgen. Zijn realistische stijl overtuigt en doet op vele plaatsen denken aan de grote voorbeelden uit het genre, zoals Philippe Francq (Largo Winch) of Youri Yigounov (Alfa). Tegelijk vult inkleurder Thorn de tekeningen perfect aan met warme kleuren vol nuance.
De Decoder is het eerste deel van de adaptatie van Khoury’s roman. Waar bewerkingen van boeken naar stripvorm vaak verzanden in volgeladen tekstbladzijden met te veel nadruk op kleine details, kiest Lalor voor een strakke bewerking waarin het avontuur en de spanning centraal blijven staan. Zijn dynamische pagina’s houden voortdurend de vaart erin en hij beperkt de flashbacks tot twee scènes aan het begin en het eind van het album.
Na het onopgemerkte Myrkos maakt Miguel Lalor dus een behoorlijke doorstart met dit veelbelovende eerste deel van De Laatste Tempelier. Pers én publiek reageerden alvast heel positief en gezien de grote evolutie ten opzicht van zijn vroegere werk kunnen we van Lalor nog heel wat mooie dingen verwachten.