Bert Vandermeij moet een van de meest volhardende stripauteurs van Nederland zijn. Al sinds begin de jaren tachtig publiceert hij zeer eigenzinnige stripboeken die tot voor kort enkel een zeer beperkt publiek konden bekoren. Met een heruitgave van De Winnaar staat Vandermeij weer even in de spotlights.
Hij leek wel een avant-gardeauteur in een tijd dat er in Nederland geen avant-garde bestond. Eind jaren tachtig en begin jaren negentig publiceerde Bert Vandermeij talloze stripverhalen bij uitgeverij Sherpa. Heel wat gevestigde namen lachten zijn boeken nogal verwaand weg door zijn hoogst eigenzinnige tekeningen en ongewone vertellogica. Toen al was echter duidelijk dat Vandermeij met zijn strips het pad effende voor latere small-presscoryfeeën als Mark Hendriks en Maaike Hartjes. Vandaag de dag lijken hun persoonlijke auteursstrips een vaste plaats in de stripwereld veroverd te hebben, terwijl dat in de jaren tachtig allesbehalve evident was.
Vandermeij gebruikte als een van de eersten een niet-academische tekenstijl voor het vertellen van stripverhalen voor volwassenen. Veel van zijn albums zoals Hooglied en de trilogie Moesashi kunnen we op dit moment gerust bijschrijven in het gouden boek van Nederlandse stripklassiekers. Zijn samenwerking met Lian Ong (Horizon) voor het sterke Liften bracht hem zelfs bij de internationale uitgeverij Casterman. Naast deze langere verhalen maakte hij ook korte gags van ondermeer De Pinguins, die jarenlang verschenen in het informatieblad Zozolala. Halfweg de jaren negentig leek hij echter plots van de aardbol verdwenen. Tot nu maakte hij slechts een handvol stripverhalen en hield hij zich vooral bezig met gags en illustraties.
De Winnaar 1 tekende Vandermeij naar een scenario van Siebe Wobbes. In een afgelegen stadje vindt elk jaar een bizarre wedstrijd plaats waarbij auto’s zo dicht mogelijk bij een trein de overweg moeten oversteken. Het hele dorp leeft op en het lijkt wel een onschuldige feestmarkt. Vandermeijs frenetieke pagina-indeling en prachtige tekeningen maken van dit boek een absolute klassieker. Deel 2 bouwt verder op dit gegeven en geeft het verhaal een overwachte draai. Opnieuw blinkt zijn tekenwerk uit in dynamiek en maakt hij duidelijk dat Bert Vandermeij een van Nederlands meest onderschatte auteurs is. Hopelijk kan de uitgave van deze twee boeken Vandermeij wat bekender en beminder maken. Om de potentiële kopers nog wat meer aan te trekken, zit er bij elk van de twee delen zelfs een bouwplaat om zelf je wedstrijdje na te spelen.
