Beste 2016, wat hebben we u gehaat. Van de dood van David Bowie tot Leonard Cohen en Sharon Jones was het een van de macaberste muziekjaren die we in lange tijd hebben meegemaakt. Gelukkig is er dit jaar meer dan genoeg goede muziek uitgekomen om ons te troosten.
- Nick Cave & The Bad Seeds :: Skeleton Tree De beste plaat van 2016 was dan ook meteen een van de donkerste, maar 2016 was geen jaar om bijzonder vrolijk van te worden. Het moest niet meer bewezen worden, maar met deze doordringende, intrigerende, ontwrichte plaat over Caves tragische verlies toont hij wat voor een artiest pur sang hij is. Van het dreigende “Jesus Alone” tot het halftroostende “Skeleton Tree” is dit een plaat in het midden van een verwerkingsproces, een zonder resolutie of verlossing, maar boordevol emotie en prachtige soundscapes van Warren Ellis.
- Bon Iver :: 22, A Million Met 22, A Million zet Justin Vernon weer een artistieke reuzenstap vooruit. Vocoders, industrial geluiden, autotune — geïnspireerd door zijn werk bij Kanye West –, het komt allemaal op deze plaat terug En ook al is 22, A Million niet per se de meest esthetische plaat die Vernon al gemaakt heeft, het is een plaat die dankzij de contrastpunten en samples momenten van intense schoonheid bevat. Dat er ook nog eens een concept is en moeilijk ontcijferbare teksten die ons tot vandaag nog altijd bezighouden en intrigeren, maakt van 22, A Million simpelweg Kunst.
- Leonard Cohen :: You Want It Darker 2016 was niet alleen het jaar van de dood van Cohen, maar bovenal ook het jaar waarin hij een van zijn beste platen heeft afgeleverd voor hij de deur definitief achter zich dichttrok. De productie is ingetogen, de Meester gromt zich een weg door zijn spiritueel geïnspireerde poëzie. Het is een donker album vol overpeinzingen over het leven op zijn oude dag (“Leaving The Table”) en de nakende dood (“Travelling Light”). Het titelnummer alleen rechtvaardigt de aankoopprijs. Het is een donkere, satirische, bijtende analyse van religie en religieus denken, iets wat iedereen in 2016 had kunnen gebruiken en waar we misschien meer naar hadden moeten luisteren.
- Lucinda Williams :: The Ghosts of Highway 20 Sinds voorganger Down Where The Spirit Meets The Bone is Williams aan een serieuze creatieve revanche bezig. The Ghosts Of Highway 20 borduurt op hetzelfde elan verder, maar laat meer ruimte voor fantastische gitaarsolo’s en ruimtelijke arrangementen. Bovendien zijn enkele van de nummers qua compositie ambitieuzer en langgerekter waardoor deze hele plaat de nachtelijke schaduwwereld tussen blues, country, jazz en verschroeiende rock bewandelt.
- Conor Oberst :: Ruminations Zo hadden we Conor Oberst van Bright Eyes nog niet gehoord: alleen, geïsoleerd en intiem. Zichzelf begeleidend op gitaar en piano, gaat Oberst zijn eigen hartzeer maar ook de maatschappij rondom hem te lijf (“You All Loved Him Once”) met enkele van zijn mooiste, meest directe teksten, maar wel met de nodige humor en knipogen. Een klein wondertje van een plaat vol pakkende observaties dat toont dat Oberst nog lang niet uitverteld is.
- Joanna Serrat :: Across The Verge Een Spaanse singersongwriter die Amerikaanse rootsmuziek als geen ander beheerst, heeft van haar tweede album een waar pareltje gemaakt. Haar stem hangt als een lage mist op een koude winterdag over de hele plaat, de melodieën zijn vertrouwd en verrassend en boven alles staat het album vol van de goede nummers. Doowop knipogen in “Lonely Heart Reverb”, een prachtig duet met Neil Halstead van Slowdive in “Cloudy Heart” en het epische, meeslepende titelnummer. Soms is pure schoonheid precies genoeg.
- Minor Victories :: Minor Victories Het is een plaat die in niet veel andere eindejaarslijstjes is opgedoken, maar daarom is uw trouwe dienaar hier om dit foutje recht te zetten. Het hele album, een gelegenheidssamenwerking tussen Rachel Goswell van Slowdive en Mojave 3, Stuart Braithwaite van Mogwai en Justin Lockey van de Editors en broer James Lockey. Het resultaat was een meeslepend, intens, hevig album vol beukende drums (“Breaking My Light”), grungy shoegazegitaren (“Give Up The Ghost”), innemende soundscapes (“Folk Arp”) en een charmant, eigenzinnig duet tussen Mark Kozelek en Goswell, in Kozeleks stijl. Het doet ook erg uitkijken naar volgend jaar, een jaar waarin zowel Ride als Slowdive een nieuw album op stapel hebben staan. Zoals het er nu naar uitziet, zullen we dergelijke escapistische muziek keihard nodig hebben.
- Whitney :: Light Upon The Lake Uit de assen van Smith Westerns ontstond deze phoenix, en dat het een prachtig beest geworden is, bewijst deze Light Upon The Lake. Fluctuerend tussen jazz, soul, Beatles-achtige meerstemmige melodiëen en een vintage sixties geluid, won deze plaat ons hartje, nummer voor nummer.
- Peter Slager :: Slik Peter Slager kennen enkele muziekliefhebbers onder u vermoedelijk als de bassist van Bløf, nog altijd de grootste band van Nederland en de onbekendste in het Nederlands zingende band in België. Waar Bløf grossiert in stevige rocksongs, gaat Slager zijn in het Schouws dialect gezongen miniatuurtjes met een akoestische gitaar te lijf. Er zijn weinig nummers die ons dit jaar zoveel ontroerd hebben als “Noorddiek”, “Ak nie langer” of de mysterieuze blik in de ogen des doods van het prachtige “Liever Nie Alleen”. Slager schrijft op dit album uiterst treffend en misschien zit het feit dat hij het album in zijn moerstaal geschreven heeft daar voor iets tussen. Het dialect stoort nooit en staat de verstaanbaarheid zelden in de weg (en al zeker niet voor wie van West-Vlaanderen komt) en met muzikale referentiepunten als Sufjan Stevens, Ryan Adams (van wiens “Oh My Sweet Carolina” hij een mooie, vertaalde cover op dit album heeft gemaakt) klinkt dit album internationaler dan u van een dialectplaat zou verwachten. Ook wie niet direct van Bløf houdt: geef het een kans en laat dit album u verwarmen.
- Jenny Hval :: Blood Bitch Afsluiten doen we met de vreemde eend in de bijt van het lijstje. Beschreven en gepromoot als een conceptalbum over menstruatie (en ja, wat wil een mens ook, met titels als “In The Red” of “Untamed Region”) maar boven alles een mooi album vol intelligente teksten en sprankelende, subtiele melodieën geserveerd op een zacht bedje van synthesizers. Zelfs wie geen zin heeft om de intellectuele teksten tot op het bot te analyseren, kan zich gewoon laten meeslepen door de dromerige, bevreemdende sfeer van dit album. “Conceptual Romance” stond ook niet voor niets in onze top 15 van beste nummers van dit jaar.