Inanna is de Soemerische godin van de oorlog én de liefde. De ideale mythologische kapstok voor Drums ‘n’ Guns om zijn officiële debuut aan op te hangen. Dit vijftal komt uit de smeulende as van stonerband Mogul gekropen en hun bluesy gitaarmuren klinken nog even massief, maar ze zijn wel gecementeerd met een grotere veelzijdigheid en verfijning. Het Amerikaanse hinterland ligt op een dik halfuur tussen Waregem en Aalter.
Zanderige grooves, een gortdroge sound en zompige bluesriffs: met die ingrediënten sloeg Mogul een decennium geleden zijn tenten op in de stonerrock-traditie van Kyuss en de vroege Queens Of The Stone Age. Dat leverde een paar degelijke, maar weinig verrassende releases op die de nekwervels danig op de proef stelden. Ook Drums ‘n’ Guns schudt het woestijnstof gretig uit de haren met potige gitaren, maar de band laat zich niet langer in het stonerhokje opsluiten. Geen Operation Desert Storm, maar een sound die een breder territorium bestrijkt dan de Zuid-Californische prairie.
Dat hoor je onmiddellijk in “The Cycle”. Nog altijd die gezandstraalde gitaren, maar ook een oriëntaalse gitaarriedel en At The Drive-In-achtige screams die de song met een koortsachtige drive voortstuwen. “Rand” had dan weer zo op Ballad Of The Broken Seas van Isobel Campbell en Mark Lanegan gekund. Een in Jack Daniels gemarineerde, diepe mannenstem: check. Een zoetgevooisde vrouwenstem die zich tegen die brombeer aanschurkt: check. Een stemmige cellopartij: check. Drums ‘n’ Guns speelt iets te nadrukkelijk leentjebuur bij de Belle & het Beest uit Schotland en de VS, maar niettemin: goeie song.
En zo staan er nog wel meer op Inanna. Ook wanneer de band uitpakt met de harde rock van weleer is het vaak raak. “Sun Fades Out” vertrekt met gierende banden die het zand in je aangezicht doen spatten en valt daarna niet meer stil. Josh Homme zou goedkeurend knikken. De broeierige groove van “Inanna Why?” mondt dan weer uit in het soort epische finale die we onlangs nog hoorden op het triomfantelijke Purple van Baroness. En ook in “Time Machine” mag Sam Dufoor z’n keel schor schreeuwen over gitaren die het vuur geduldig aan de lont steken om de boel in het slot te laten ontploffen.
Valt er dan niks aan te merken op Inanna? Toch wel, waarom Drums ‘n’ Guns “Work, Earn And Rule” in het tweede deel om zeep helpt met een stukje potsierlijke parlando, is ons nog altijd een raadsel. Ook de overdubs en de poppy tweede stem van Nathalie Van Laecke in het refrein van “New Breed” klinken nogal gekunsteld en zorgen voor een slappe opener op een voor de rest krachtig album.
Kortom, niet elke poging tot een bredere sound is een succes op Inanna. Maar nog altijd liever een band die zichzelf durft uit te dagen dan eentje die een pas op de plaats maakt. En meestal pakt de mayonaise van hun mix van stonerrock, americana en blues wél. Wie graag de nekspieren losschudt op decibels van eigen bodem, weet wat hem of haar te doen staat!