Een schalkse jongen op leeftijd, ondeugende kraaienpootjes onder de ogen en een lach die de kunst van zen en het-zal-mij-wat onder de knie heeft: al bij het zien van de hoes herkennen we de oude vriend die onze woonkamer binnenglijdt. Wat we dan nog niet weten, is dat hij zijn beste werk sinds Exile On Main Street heeft meegebracht.
Met Crosseyed Heart heeft Keith Richards meteen ook zijn ‘gitaarspelen voor gevorderden’ klaar. Elke stijl wordt aangesneden, elke variatie komt voor, elk gevoel wordt opgeroepen. Titelnummer “Crosseyed Heart” is een masterclass in vuile blues, een Zevon-gewijs niet eens afgerond nummer, iets wat zo uit de losse pols geschud lijkt. Het zou niet het enige bluesnummer met modder aan de kuiten zijn, want ook “Blues In The Morning” is zware Muddy Waters, waarin Richards’ gitaar andermaal excelleert. “Amnesia” doet denken aan Dylan midden jaren tachtig – toegegeven, niet zijn meest geïnspireerde periode, maar het rockt een heerlijk stukje weg – en “Nothing On Me” is Springsteen in diezelfde periode (denk: Tunnel Of Love). Niet het beste nummer, maar andermaal wordt de song de hogere regionen ingestuwd door Richards machtige gitaarspel.
Richards’ bewijst op Crosseyed Heart vooral dat hij zich elk genre in een mum van tijd eigen weet te maken. Zo is de eerdergenoemde titeltrack licht folky, “Trouble” een leuk wegrockend niemendalletje dat als perfecte popsong tegelijk de gitaar als allermooiste instrument bevestigt, en is “Something For Nothing” stevige rock, gezongen met Richards’ typische snik. Dat niemand nog beweert dat Keef niet kan zingen, ze dwalen.
Dat Richards rastafarifan is, mag dan weer blijken uit het lome, zwoele “Illusion” en vooral het machtige reggaeopus “Love Overdue”, dat al meer dan veertig jaar rondzwerft langs verwante zielen van Richards. De subtiel aangeblazen sax leidt andermaal een keure van Keefs gitaarspel in, deceptie is nooit ver weg.
Ook dat laatste geldt voor de rest van de plaat, want blues zingen betekent ook het kletsen van de zweep kennen, zoals blijkt uit de bezielde, doorrookte, met turf gedronken sleper van de bard “Goodnight Irene”. Ook “Suspicious”, waarin Richards Norah Jones schaakt, is een uit de diepste krochten van het hart opgediept vat vol levenslessen, om nog te zwijgen van het werkelijk sublieme “Robbed Blind”. Ook hier bedrog, ontgoocheling en desillusie, maar dan wel bezongen met de branie van de wijsgeer en de zegen van de loutering. “Robbed Blind” is het nog mooiere tweelingzusje van Richards-klassieker “You’ve Got The Silver” en was makkelijk het beste nummer van elke andere cd geweest, maar hier houdt Richards met “Heartstopper”, het eerste echte nummer van de plaat, nog wat achter de hand. Het is zo’n bezielde rocker, een liefdeslied met eelt dat is opgebouwd uit riffs die een leven samenvatten en een rock-’n-rollhart dat ware kennis in zich draagt.
Valt er dan werkelijk niks aan te merken op Crosseyed Heart? Nou, “Just A Gift” is wat monotoon en had niet gehoeven, maar “Lover’s Plea” is dan weer rijke soul zoals de Stones die vroeg in hun carrière maakten. “Substantial Damage” zoekt ergens tussen late Beefheart en vroege White Stripes de weg en weet die met zekere slidegitaar en stevige funk wis en zeker te vinden.
Rockers als Bryan Ferry en David Gilmour hebben zich de laatste jaren een gentleman-in-pak-imago aangemeten en maken muziek die hen past; slaapverwekkende drab waar niemand zit op te wachten. Geef ons dan maar Keith Richards, die geinige nonkel die de vrouwen nog steeds stiekem in de kont nijpt.