Het nieuwe project van Thomas Gabriel “Warrior” Fischer, nochtans met veel bombarie aangekondigd, veroorzaakt geen groots schokeffect. Ondanks zijn woeste kracht zorgt Eparistera Daimones niet voor de gevreesde impact.
In 2008 werd zelfs de gemiddelde metalfan met verstomming geslagen door de tweede split van black-doom collectief Celtic Frost (de eerste dateerde van 1993). Twee jaar na het weergaloze comebackalbum Monotheist boterde het niet meer tussen Fischer en drumkanon Franco Sesa. Fischer lanceerde niet veel later zijn nieuwe project Triptykon, met Norman Lonhard op drums (Fear My Thoughts), gitarist Santura (Dark Fortress) en de onbekende bassiste Vanja Slajh. De kwade blikken en zwarte schmink op de promofoto’s riepen alvast het typische lugubere sfeertje van Celtic Frost op.
En dat geldt ook voor opener “Goetia”. Het nummer begint waar Celtic Frost eindigde: met theatrale doom metal. Na een typische intro, krakend onder de dreigende riffs en eindigend met een smerige ugh!, ontploft het nummer in een klassieke duistere metalschijf. De rollende basdrums van Norman Lonhard, de moddervette riffs van Santura, het scherpe gesnauw van Fischer en diens sinistere occulte lezingen houden de luisteraar wel vast gedurende elf minuten. Qua opbouw en riffwerk komt het nummer perfect overeen met “A Dying God” van Monotheist.
“Abyss Within My Soul” en “A Thousand Lies” baden in dezelfde gitzwarte sfeer. Ook het monsterlijke gitaarwerk en het loodzware drumwerk blijven boven de hoofden donderen maar doen zeker niet revolutionair aan. Vooral in deze songs missen we afwisseling en nieuwe, frisse geluiden. Fischer koos ervoor om de recepten van Monotheistte herkauwen. Zijn meest rabiate aanhangers zal je niet gauw horen klagen, voor de muzikale meerwaardezoeker zullen deze nummers echter als “meer van hetzelfde” klinken.
“In Shrouds Decayed” klinkt Fischer als een zwaar rokende schoorsteen. De song neemt even de twijfels weg want koude rillingen zijn ons deel. Fischer kondigt weer onheil aan. Lonhards drumgeweld geeft letterlijk een “headbangen geblazen”-bevel aan. Ook “Descendant” kan wat meer boeien. Het slopende nummer is wel degelijk vatbaar voor een aantal repeats. Net wanneer het zwart voor de ogen verdwijnt, krijgen we “Myopic Empire” en “My Pain” voorgeschoteld. Met het eerste nummer weten we niet goed wat aan te vangen, want er zit geen duidelijke lijn in. Er worden solo’s, zware beukstukken en zelfs een verhelderend pianomoment naar het hoofd geslingerd. Op het einde past echter alleen een groot vraagteken naast het nummer. De piano in “My Pain”, de vreemde eend in de bijt, geeft wel een krop in de keel, maar de stemmen van Simon Vollenweider wekken niet het gewenste — lees: choquerende — effect.
In het bijna twintig minuten durende epos “The Prolonging” kan vooral het massieve gitaargeweld de luisteraar vastklampen, alleen jammer dat het nummer net iets te lang duurt. Het meebrulgehalte tijdens as you perish, I shall live werkt aanstekelijk maar meer dan een tweede “Synagoga Satanae”, het langste nummer van het epische Monotheist, heeft Triptykon hier niet te bieden.
Voor Fischer en de zijnen zijn we streng. Eparistera Daimones heeft de torenhoge verwachtingen niet ingelost. Deze muzikale monoliet heeft misschien heel wat luistertijd nodig, maar zal nooit de impact van Monotheist hebben. Het debuut van Triptykon is daarom niets meer dan een leuke aanvulling op de collectie van iedere Celtic Frost-fan.