Met een naam als Dark Fortress lijkt een groep voorbestemd om Satan te dienen. Het combo rond gitarist Santura is een van die waarachtig donkergetinte bands die zichzelf steevast verder drijven, in dit geval met positief gevolg. Dankzij de sterk doorgedreven progressieve inslag is Venereal Dawn waarschijnlijk de meest afwisselende schijf van deze bende tot dusver.
Dark Fortress maakt het zichzelf en de luisteraar niet gemakkelijk. De songs zijn behoorlijk uitgesponnen en de groep komt binnen met een elf minuten durende moloch. In het openende titelnummer springt de groep naadloos van bijna ingetogen creepy naar losgeslagen blastbeats en weer terug. Daarnaast speelt het hogere gehalte aan melodie een bredere rol dan voorheen. Die melodieën zijn allesbehalve lieflijk en zetten de zwartfluwelen omgeving dik in de verf door een haast wiskundig gebruik van mineurakkoorden en semi-dissonanten. Dat alles in de mix geeft een mooie soundtrack voor een diabolische griezelfilm. Vocalist Morean is hoorbaar gegroeid en gebruikt veel meer dan alleeen de hoge raspzang die bijna clichématig bij black metal hoort. Hij kreunt, steunt en gromt en hoewel er flink wat galm op zijn zanglijnen zit, wordt het niet grappig maar net voldoende bezwerend om effectief te zijn.
“Lloigor” is dan een wat vreemd eendje in de bijt. De meer zweverige aanpak leunt sterk aan bij postrock, maar door de occasioneel agressieve gitaar- en drumpatronen komt dat black metalspookje uiteindelijk toch kijken. Ook “Chrysalis” is een van de meer progressieve tracks. De warse opbouw met aparte ritmiek en opzettelijk dwarrelende tonen maken het geheel haast black metal op LSD. Vreemd, maar wel aangrijpend, want ook al plamuurt de groep elke song behoorlijk vol, de bizarre melodieën en kippenvelriffs nemen telkens netjes het voortouw.
Misschien nog het meest traditionele nummer is het venijnige “I Am The Jigsaw Of A Mad God”: de ijzige gitaarpartijen klinken sterk Scandinavisch (als in quasi winters) en tekstueel is het ook iets meer obligaat kwaad zijn op een opperwezen. Het is trouwens apart dat een woord als ‘puzzel’ zowaar giftig uitgespuwd kan worden, maar Morean speelt het klaar. Het refrein kreeg door de simpele herhaling een sjamanistisch kantje dat goed werkt.
Afsluiten doet de band met opnieuw een fikse track qua speelduur. “On Fever’s Wings” heeft ongeveer dezelfde lengte en opbouw als opener “Venereal Dawn”. Het ligt er dan ook iets te dik op dat die twee een omvattend luik vormen voor de rest van het album, maar dat neemt niet weg dat ook deze song een erg dreigende sfeer tentoon spreidt. Misschien dat opperhoofd Santura meer van de aanpak en gevoelens hanteert van zijn andere broodheer Triptykon (voormalig Celtic Frost), maar het is opvallend hoe beter omlijnd de muziek van Dark Fortress de laatste jaren wordt.
Voor de puristen gaat Dark Fortress mogelijk iets te handig om met tegendraadse ritmes of zowaar melodieuze solo’s. Maar feit is wel dat Venereal Dawn een van die schijven is die mondjesmaat de ware glorie openbaart. En die is in dit geval opvallend diabolisch en post-apocalyptisch getint. Lucifer kan in zijn bokkenpootjes wrijven.