Elke maand maakt correspondent Karel Geuens een stand van zaken op van de DIY punkscene in België.
“Wat je zelf doet, doe je vaak beter.” Ik weet uit ervaring dat dit niet altijd het geval is. Wat je zelf doet, is wel bijna altijd goedkoper. Dat is zo binnen de meeste subculturen, en zéker binnen de punkcultuur. Punk en DIY zijn onafscheidelijk met elkaar verbonden. Niet alleen vanuit een antikapitalistisch standpunt, maar ook vanuit een gemeenschappelijke creatieve drang. De hele scene is dan ook gevuld met prutsende pubers op instrumenten en knutselende kleuters aan de labeltafels.
Er zit een hele industrie achter de cd, de plaat of de cassette die de consument opzet, het T-shirt dat hij draagt en het zine dat hij leest. Van het artwork en de verpakking over de bedrukking en de lay-out tot het knip- en plakwerk: er zitten genoeg menselijke handen aan zo’n muziekdrager om hem om hygiënische redenen af te keuren. Aan creativiteit en ambachtszin is er namelijk geen gebrek bij de Belgische punkrockers. De muzikanten even buiten beschouwing gelaten, is er een groot aanbod aan grafische ontwerpers, zeefdrukkers en producers. En dan hebben we het nog niet over de fotografen en natuurlijk ook de amateurschrijvers, de bloggers en de columnisten.
Wanneer je in België een product aan de man wil brengen zonder daarbij financieel leeg te bloeden, is het enorm belangrijk dat je beschikt over connecties. In de praktijk komt dit vaak neer op vriendendiensten. Je komt overal mensen tegen met het ene of het andere talent – zeker in een dichtbevolkte scene als de Belgische. Zo’n systeem van diensten en wederdiensten, vertrouwensrelaties en mond-aan-mond reclame is voordelig voor beide partijen. Zo kan je een band gratis op je evenement laten spelen in ruil voor het monteren van hun videoclip. Voor de aanbieder is het financieel misschien niet interessant, maar wie geeft er dan ook om geld? Het idee van passie en liefde voor muziek is zo ingeburgerd dat winst vaak op de tweede – of de derde of … – plaats komt.
Als producent is het natuurlijk makkelijk als je zelf wat vaardig bent. Leer een stiel, volg een cursus of probeer maar wat. Wat je zelf doet, kost je ook minder. Punkers stellen geen hoge eisen. Een knip- en plakcollage is natuurlijk enorm simpel en typisch DIY-punk, maar anno 2017 mag een mens ook al eens Photoshop gebruiken voor een flyer of een cover. In 2012 decoreerde de Groot-Brusselse punkrockband Off The Charts elke kartonnen hoes van zijn EP met een stencil en een spuitbus, waarbij het geheel ook nog eens mooi geplooid en geplakt werd. Voor de laatste tape-releases van Sunpower en The Dutch Rudders gebruikte Lost Youth Records naar eigen zeggen de snijmachine van het werk om de cassettehoezen uit te snijden.
Je kan ook een workshop geluidstechniek volgen bij het lokale jeugdhuis en zo besparen op de kosten die een externe geluidsman voor je shows met zich meebrengt. Met een beetje kennis van informatiekunde kan je zelf websites bouwen, muziek uploaden en downloadcodes genereren. DIY is op de eerste plaats een mentaliteit die je naleeft. Zelf een fietsband herstellen valt daar niet onder, een fanzine samenstellen of een EP uitbrengen wél.
Laat dit wel duidelijk zijn: er kruipt veel tijd en werk in zulke projecten. Als band of label kan je besluiten om zelf je cd’s of cassettes te kopiëren. Maar zonder automatisering ben je dan wel dagenlang bezig met het schijfje of het bandje in de recorder te plaatsen en te wachten tot het kopiëren voltooid is, om vervolgens weer van voor af aan te beginnen. De eerste Funtime Records release in 1998 was nog een cassette, overgezet op de overal verkrijgbare TDK-cassettes en in een uitgesneden, zelf geplooid en net-niet-mooi-afgemeten insert. Tegenwoordig is Funtime uitgegroeid tot een van de grootste punk- en indielabels van België, maar de charme van zo’n handgemaakt knutselwerkje is moeilijk te evenaren.
Het kan echter gebeuren dat je driehonderd 7”-vinylplaten aankrijgt van de perserij en dat per ongeluk de labels van A- en B-kant werden verwisseld, zoals bij de recente single van Toxic Shock en Team Panini. Dan kan je besluiten om de platen terug te sturen, maar je kan ook zelf stickers drukken en ze een voor een aan de juiste kant plakken. Kom dus niet zeggen dat wat je zelf doet, niet altijd de betere keuze is!
De DIY-cultuur heeft nog steeds een grote aanhang in het punkmilieu, zowel bij de producent als bij de consument. Platen, demo’s en andere prullaria zijn voor vele mensen verzamelobjecten. Het menselijk aspect maakt het product eens zo gegeerd. Handnummering, gezeefdrukte B-kanten, cut-and-paste fanzines en handgeschreven inserts zijn elementen die een product promoveren van de stapel naar de kast, en van de kast naar een kader aan de muur. Ze zijn niet per se mooier of zelfs beter in kwaliteit, maar er kleeft altijd meer waarde aan bloed, zweet en tranen. Zolang het de prijzen laag en de verkoop gestaag kan houden, kan het extra in de verf zetten van het DIY-karakter van punkrock absoluut geen kwaad, zelfs al moet er dan af en toe een hashtag vóór gezet worden.