Het lijkt er op dat ze in New York ergens een trucklading platen van The Jesus And Mary Chain en My Bloody Valentine zijn verloren. Tegenover de aan Kevin Shields herinnerende geluidsstormen van A Place To Bury Strangers plaatste The Pains Of Being Pure At Heart met zijn knappe titelloze debuut immers een dromerige variant van de shoegazepop van eind jaren tachtig/begin jaren negentig. Een gesprek met frontman Kip Berman voelt dan ook als bladeren door een encyclopedie van obscure Britse indiebandjes uit de jaren tachtig. Maar ook Billy Corgan dient verdedigd te worden.
enola: Jullie debuut is een echt popalbum. Was die notie belangrijk?
Berman: “Yeah. En het moest heel compact gehouden worden; zoals de beste debuutplaten zijn. Die moeten je beste ideeën bevatten en een introductie op je muziek zijn. We hebben ook geprobeerd om de plaat erg hard als “ons” te laten klinken, zonder veel bijkomende truukjes en studiotovenarij. Ik vind het cool hoe de plaat als niemand anders klinkt dan als die van ons, for better or for worse.”
enola: Om maar meteen het gedoe met de referenties uit de weg te hebben: iedereen praat altijd over My Bloody Valentine en Jesus And Mary Chain als het over jullie muziek gaat, maar ik moet altijd denken aan de wazige euforie van The Stone Roses.
Berman: (nogal verrukt) “Cooool. Dat album is zo goed, man, waarschijnlijk een van de meest geweldige debuutplaten aller tijden. Elke song daarop is een single. Ik was er me niet van bewust dat hun invloed in onze muziek zit, maar ik vind het wel leuk!”
“Het is eigenlijk vreemd dat wij die Britse referenties krijgen, want we zijn echt Amerikaans, zijn opgegroeid met alle indiebands van hier… misschien komt het omdat die beïnvloed zijn door Britse bands. Neem nu Black Tambourine; die waren geobsedeerd door The Pastels (obscuur Brits groepje uit de jaren tachtig). Of neem nu Rocket Ship dat ook op het Slumberland-label zat: ook zo’n Anglofiele band. Veel van de invloeden die mensen ons aanwrijven zijn me zelf vreemd, hoor. Al hoor ik er zeker elementen van terug in onze muziek; dingen die we vertalen of herformuleren naar ons opgegroeid zijn in de jaren negentig in Amerika in plaats van in de eighties in Schotland of zo. Het is een gelijkaardige manier van uitdrukken over een verschillende werkelijkheid; we proberen te zingen over dingen waar we iets van weten en niet over pakweg mijnwerkersstakingen of zo (schatert het uit). Dat zou echt het ergste zijn: Amerikaanse voorstadskinderen die vijfentwintig jaar later het beleid van Thatcher gaan aanklagen.”
enola: Maar hoe komt iemand van jouw leeftijd bij obscure Britse groepjes uit de jaren tachtig als The Pastels als referenties?
Berman: “Ik heb die ook maar leren kennen via via hoor. Toen ik negentien en grote fan van Belle & Sebastian was, ging ik op het internet op zoek naar al die onbekende groepjes waar zij zogezegd op leken. Op die manier ontdekte ik Orange Juice en heel die C86-beweging. Als ik eerlijk ben, dan luisterde ik op mijn zeventiende gewoon naar post-hardcorebands als The Promise Ring hoor; dat waren de enige DIY-shows in de buurt waar ik opgroeide, dus gingen ik en mijn vrienden daarheen.”
enola: Wat ik niet begrijp is dat je mensen die beweren dat jullie veel van My Bloody Valentine hebben geleerd, niet eens wil vertellen dat je maar twee effectenpedalen gebruikt. Waarom zou je de puntjes niet op i zetten?
Berman: “Ik vind niets vreselijker dan interviews met popgroepjes die de hele tijd maar lopen te ontkennen wat men beweert, of klagen dat ze onterecht een etiket opgeplakt krijgen. Mensen proberen meestal gewoon iets vriendelijks over je te zeggen, door je te vergelijken met pakweg the Jesus And Mary Chain of My Bloody Valentine. Zelfs al is het niet accuraat; het is positief bedoeld en het voelt onrespectvol aan om dan te beginnen (op een neuzelend betwetertoontje) “sorry, eigenlijk gebruik ik maar twee effectenpedalen. Ik heb niet eens een exemplaar van Loveless“. Dat soort snotty attitude om geen compliment in ontvangst te nemen, haat ik. “
enola: Ik ga nog eens mijn stokpaardje berijden, maar je zei ooit over je eerste kennismaking met Britse radio: “het was opwindend dat er ergens een precedent bestaat waar rommelige indiepopgroepjes succes kunnen hebben en serieus genomen worden.” Is het probleem niet ook dat dat in Amerika gewoon niet màg van de indiepolitie; dat succes daar per definitie met achterdocht moet bekeken worden?
Berman: “Dat komt omdat de waarden van de Amerikaanse indiecultuur steunen op die bijna fundamentalistische notie van originaliteit, en dat wat daar op voortbouwt moet worden afgemeten aan zijn waarachtigheid aan die wortels. Het draait allemaal om de vraag of een band authentiek is. In Engeland aanvaardt men meer dat pop een cartooneske constructie is; ze houden er van als Brett Anderson van Suede vrouwenbloezen gaat dragen en als een halve jeanet gaat zingen. In Japan hebben ze dat ook; daar houden ze van een soort hyperrealisme dat maakt dat Weezer er bijvoorbeeld belangrijker is dan pakweg Nirvana. Ze verkiezen de cartoon boven het origineel. Zij hebben er geen last van dat er “een groepje bestaat die dat al in hun kelder deden twaalf jaar eerder en dat die dus de echten zijn.””
“Het heeft ook met carrièrisme te maken. In Engeland is het perfect legitiem om de ambitie te hebben van je muziek te leven. De mogelijkheid bestaat er ook dat je als indieband succes krijgt zonder dat je jezelf moet compromitteren: je songs kunnen op de radio gedraaid worden, je kan op de cover van een magazine komen,… in Amerika is dat een veel onmogelijker idee. Er is geen radio waar ze scrappy indiepopbands draaien. In de Verenigde Staten heeft men het idee dat iedereen een poster kan worden opgegeven en trekt men zich terug in niches en kleine gemeenschapjes.”
enola: Als ik “Everything With You” hoor; met de juiste productie zou dat een geweldige popsingle in de Britse indietraditie kunnen zijn.
Berman: “Ik denk zelfs niet dat het nodig is. Dat nummer klinkt sowieso als een popsingle. Hoe krassig het nummer ook klinkt, het is sowieso ook groots; als een anthem. Het lijkt me een valse tegenstelling dat je ofwel The Killers ofwel Melt Banana moet zijn. Maar dat wil niet zeggen dat we per definitie lo-fi zijn. Iemand beschreef ons als mid-fi, en dat is naast heel grappig, ook ergens waar: we proberen alles zo goed te laten klinken als we kunnen. We hebben daar echt hard aan gewerkt; we hebben het niet met opzet maar half gedaan of zo.”
“We hadden absoluut geen verwachtingen toen we opnamen, vandaar dat we ons ook niet probeerden voor te stellen hoe het in Wembley zou klinken. Eerder: hoe klinkt het in onze repetitieruimte. We vroegen ons niet af of iets een radiosingle kon worden; want dat is sowieso niet naar de normen van de Amerikaanse radio. Er zullen wel Amerikaanse bands zijn — zoals The Killers of The Toxic Airborne Event — die vanaf het begin mikken op groot zijn,… The Strokes ook, maar die komen niet uit die ondergrond. Ze zagen er wel zo uit, maar ze hadden ambitie; waren meteen getekend bij een major label. Er is toen heel veel discussie over hun authenticiteit geweest, maar daarop terugkijkend denk ik dat veel mensen nu gewoon moeten toegeven dat die eerste Strokes-plaat geweldig was. Wat maakt het dan uit naar welke scholen ze zijn geweest?”
“En hetzelfde gaat op voor Smashing Pumpkins waar altijd wat meewarig over werd gedaan. Ze waren altijd “die andere alternatieve band uit de nineties. Nà nirvana”. Ze waren te normaal om geweldig te zijn. Sorry, maar Siamese Dream is een mooi episch album; de Amerikaanse kijk op shoegaze gefilterd door metal en het voorstedelijke leven. Ik ga niet zeggen dat het tegen me spreekt zoals Britse bands als Adorable of Secret Shine nooit deden, maar toen Smashing Pumpkins nog een heavy dromerige band waren, raakten ze behoorlijk wat snaren bij me. Dan maakt het niet uit wat je van Billy Corgan als mens denkt; dat ze zilveren broeken droegen, het meisje er als een jongen uitzag en omgekeerd,… : ze leefden hun Amerikaanse versie van een glamrockideaal en ik vind dat idee tot vandaag verschrikkelijk aantrekkelijk. Ik zou er geld voor geven om muziek te maken die half zo goed was als de hoogtepunten van Siamese Dream.”
enola: Je teksten hebben vaak een hoog tienerdagboekgehalte; stille verliefdheden doordrenkt met zwarte romantiek. Zie je dat als een vorm van escapisme?
Berman: “Mijn teksten zijn gewoon gebaseerd op wat ik zelf heb meegemaakt; en je tienerjaren laten nu eenmaal veel impact na. Ze vormen je identiteit en laten sporen na op je karakter. Ik probeer niet kunstmatig te zingen over een andere periode van mijn leven, toen ik zeventien was, maar veel betekenisvolle ervaringen komen uit dat niet zo nabije verleden.”
enola: Je bent ondertussen 29; hoe lang denk je nog dat je over zo’n dingen kunt zingen zonder dat het ongeloofwaardig wordt?
Berman: (Guitig) “We’ll see. (lacht) Ach, neem nu “Everything With You”; dat is niet gezongen vanuit het perspectief van iemand die zeventien is, het is eerder naar zo iemand gezongen vanuit een ouder iemand die tiener is geweest en weet dat je niet doodgaat op negentien. Een ouder en wijzer personage. “Come Saturday” gaat dan weer over een lange-afstandrelatie; iets waar ik nu in verwikkeld ben. Dus het is niet zo dat al mijn songs vastzitten in die leeftijd. Het is zeker geen terugtrekken in de tienerjaren als een soort vluchtheuvel toen alles nog onschuldiger was. Ik vind dat eerder gevaarlijk, want voor je ’t weet ben je dan Michael Jackson. Mijn songs gaan vaak genoeg over mezelf nu. “Contender” is geschreven toen ik aan de Westkust een geweldig optreden meemaakte en plotseling besefte dat ik nog nergens stond; vast in een callcenterjob, muzikaal maar wat aanrommelend. Mijn leven suckte in vergelijking.”
“Het is zeker niet de bedoeling om een kunstmatig gevoel van jeugd te creëren. Als er één ding aan twee pop is waar ik niet van hou is het wel dat soort naïeve werkelijkheidje waarbij mensen gewoon handjes willen vast houden en mekaar vooral niet naakt willen zien. Hé, ik ben een volwassene en ik wil volwassen dingen doen.” (lacht)
enola: “This Love Is Fucking Right” zing je, maar wat voor liefde laat je nogal in het midden. Ik veronderstel dat het niet zo incestueus is als “you’re my sister” laat vermoeden?
Berman: “Mensen vatten het woord “Sister” iets te letterlijk op, vrees ik. The Stone Roses mochten elke vijf minuten zingen van “She’s my sister” zonder dat iemand hen van het promoten van incest beschuldigde. Het is zuster op een figuurlijke manier. Grappig dat jij gewoon aan lesbianisme dacht; want het is natuurlijk een verwijzing naar het nummer “This Love Is Not Wrong” van The Field Mice. Dàt ging over vrouwenliefde. Het was zo’n typische laffe indiemanier om zich te verdedigen: twee negatieven. Ik denk dat het onze band nogal vat om het eerder bevestigend te zeggen. Als je wil zeggen dat het niet fout is, waarom dan niet zeggen dat het fucking juist is? Verschuil je niet achter excuses, maar stap naar voor.”
enola: Waarom vind je het zo belangrijk om te benadrukken dat het een positieve plaat is?
Berman: “Zoveel cultuur is een reactie op iets waar mensen niet van houden; zoveel zelfdefinitie gebeurt tegen iets, als in: ik hou niet van die politiek, die groep, dat soort vrouwen,… Groepen die zichzelf omschrijven als: we zijn geen hairmetal band. Het gaat altijd om een verwerpen van iets anders. Ik denk dat het beter is om iets naar voor te schuiven dat voor zichzelf staat eerder. Anders gaan mensen zich later ook tegen jou afzetten en zo gaat die cyclus maar door en door…”
enola: Ik denk dat dat ook komt omdat het veel gemakkelijker is te zeggen wat je niet bent, dan wat je wel bent.
Berman: “Ik weet het. En nu ga jij me vragen hoe ik ons dan zou omschrijven. Dat is onmogelijk; tenzij met wat je creëert of muziek. Het gaat niet om wat ik in interviews uitdruk, maar om alles wat we als groep doen, van de teksten tot de platenhoes en of je al dan niet je songs toelaat te worden gebruikt in realityshows. Tot nog toe heb ik het gevoel dat alles wat we gedaan hebben een accuraat beeld geeft van wat en wie we zijn. Als ik naar onze plaat luister; dan klinkt die precies als mij, Alex, Peggy en Kurt in één kamer. En dat is goed zo.”