Heuglijk nieuws voor de liefhebbers van de betere folkrock: drie jaar en twee coveralbums na To Find Me Gone ligt er opnieuw een origineel album van het Amerikaanse Vetiver in de rekken. Op Tight Knit, zijn derde reguliere studioplaat, trekt de groep rond Andy Cabic zijn geluid met succes open.
Eerst en vooral duidelijkheid scheppen: Vetiver is nog steeds het solospeeltje van zanger Andy Cabic. Hij schrijft alle muziek en teksten, belt dan enkele bevriende muzikanten op, stuurt die hun respectievelijke stukken op, die zij op hun beurt inoefenen, tot Cabic het startschot van een nieuwe (ellenlange, check zijn Myspace en word spontaan reisziek) tournee geeft.
Door het enorme verschil in afstand (Cabic woont in San Francisco, de rest verspreid over de USA) is dit een vrij ongewone manier van werken. Ter illustratie: toen Vetiver onlangs in de Brusselse Botanique optrad, was het voor de bassist en keyboardspeelster pas hun vierde show met de band. Dat die werkwijze ook een coherent en puntgaaf album kan opleveren, blijkt echter al snel uit Tight Knit.
Voor Tight Knit ging Cabic doelbewust op zoek naar muzikanten die — opgelet: stijlbreuk in aantocht — konden rocken. Voor zijn nieuwe nummers had Cabic immers een elektrische begeleiding voor ogen, in tegenstelling tot de ingetogen, gemoedelijke sound die we van Vetiver gewoon zijn. Cabic: “Ik wou niet nog eens een melancholische, dromerige plaat maken. Met deze plaat wou ik iets anders doen.”
De eerste nummers op Tight Knit (luister vooral naar het epische “Rolling Sea”) liggen nog in het verlengde van Cabics vroegere, langzamere werk, maar met “Everyday” en “Through The Front Door” breekt de eerste lentezon plots door. Oogverblindend schijnen doet ze in “More Of This” (zonder twijfel het meest poppy nummer dat Vetiver tot op heden heeft uitgebracht) en persoonlijke favoriet “Another Reason To Go”, een nummer dat smeekt om gecoverd te worden door Wilco-frontman Jeff Tweedy.
Andere hoogtepunten: het kwikzilveren “Sister” en “On The Other Side”, een zeer geslaagde hommage aan JJ “laid back is my middle name Cale. Met JJ Cale heeft Vetiver trouwens nog iets gemeen: ook Tight Knit is ideaal luistervoer voor achter het stuur.
Is de stijlbreuk op Tight Knit dan zo radicaal? Eigenlijk niet, nee. De songs van Vetiver kabbelen nog steeds rustig voort, goedgemutst en sloom (al klinkt dat allicht iets te negatief), en Cabics sprankelende stem en dito gitaarspel klinken nog steeds als de eerste nachtegaal die zonnige tijden aankondigt.
Maar, anders dan op de eerste platen, belanden Vetivers arcadische liedjes bij momenten in een plotse stroomversnelling. Vooral live (wij zagen ze onlangs aan het werk in de Gentse Vooruit) wordt de volumeknop drastisch opengedraaid en krijgen meerdere songs een uitgesponnen, schaamteloos psychedelische uitvoering mee.
Al sinds zijn titelloze debuutplaat in 2004 wordt Vetiver steevast in één adem genoemd met de freak/weird/psych/new folkscene (schrappen wat niet past), meer bepaald met de lichtjes geschifte folksjamaan Devendra Banhart. Cabic en Banhart zijn inderdaad dikke maatjes, en ook met Joanna Newsom hangt Cabic wel eens aan de telefoon, maar met Tight Knit trekt Cabic zich definitief vanonder al die pasklare referenties uit.
Bovendien is dit zijn eerste album op het legendarische Sup Pop-label, dat met Fleet Foxes, Band Of Horses en Iron And Wine nog enkele spraakmakende mannen-met-baarden-en-houthakkershemden op stal heeft staan.
Met Tight Knit bewijst Andy Cabic dat zijn Vetiver ook zonder de obligate Devendra-connotaties levensvatbaar is, en creëert hij voor zichzelf een bekoorlijk toekomstperspectief. Warm aangeraden!