Het is een bekend fenomeen in de muziekwereld: artiesten van enige naam en faam treden in kleine clubs en morsige cafés op onder een vaak ridicule schuilnaam om nog eens dat gevoel van de begindagen te voelen, of gewoon om nieuwe songs uit te testen. Ook My Morning Jacketfrontman Jim James waagt zich aan een pseudoniem, al getuigt Yim Yames niet onmiddellijk van nachtenlange brainstormsessies.
Naar het waarom van zo een doorzichtig pseudoniem heeft iedereen het raden, of lag het gewoon aan de dyslectische letterzetter van dienst? Net zo goed kan de vraag gesteld worden waarom James/Yames niet minder dan acht jaar gewacht heeft om de e.p. uit te brengen. Tribute To werd namelijk in 2001 opgenomen als eerbetoon aan George Harrison, die datzelfde jaar overleed, en laat een Yames/James in heel grote doen horen.
Het onbetwistbare hoogtepunt "Love You To" laat daar geen twijfel over bestaan. Van het door Indische muziek geïnspireerde Beatlesorigineel is geen spaander heel gelaten. In plaats daarvan brengt James een ballade op gitaar en banjo die zich ontplooit als een weemoedige liefdesode die zelfs stenen zou laten huilen. Het semi-rockende "My Sweet Lord" wordt daarna door James vertaald naar een introverte ode aan de heer. Een ingetogen gebed tussen een eenvoudige hick en zijn redder.
Ook in het bloedstollende "All Things Must Pass", een waardige afsluiter, kiest James voor een minimalisme dat zich afzet tegen het rijkelijk gearrangeerde origineel, zonder hieraan afbreuk te willen doen. De Brits-Amerikaanse rocker "Ballad Of Sir Frankie Crisp (Let It Roll)" wordt door James teruggebracht tot zijn naakte essentie en omgetoverd tot een dromerige countryballade, uitkijkend over weidse vlakten. Het nummer laat horen hoe James de balans gevonden heeft tussen hommage en interpretatie door de melodielijn te behouden maar de arrangementen overboord te gooien.
In vergelijking met die nummers blijven "Long, Long, Long" en "Behind That Locked Door" trouw(er) aan de originele versies. Het eerste is een sfeervolle sleper die een countryjasje aangemeten krijgt dat de kracht van het origineel exta benadrukt, terwijl het tweede zich vooral onderscheidt door de ruimtelijker klinkende stem van James. Toch vormen ze een aansluitend geheel met de andere songs, zij het dat Harrison ditmaal zelf al de keuze voor een spaarzame invulling gemaakt had.
Het lef waarmee James zich de songs eigen maakt en zelfs de originelen volledig links laat liggen, getuigt van een grenzeloos vertrouwen in het eigen kunnen en vertaalt zich hier in zes kleine, verstilde parels. In 2001 geloofde James bovendien nog steeds in zijn klassieke handelsmerk reverb, waardoor ook deze plaat er wellustig in baadt. Die galm, gecombineerd met het spaarzame gebruik van instrumenten, katapulteert de e.p. rechtstreeks naar de gloriedagen van My Morning Jacket en het album At Dawn.