Het is haar meest coherente, haar meest volwassen en misschien zelfs ook haar béste plaat, maar als puntje bij paaltje komt is It’s Up To Emma niet Scout Niblett’s meest spannende of opwindende plaat – helaas. Bij deze conclusie zou het kunnen blijven, ware het niet dat Niblett een unieke artieste is wier nieuwe platen standaard een blik onder de loupe verdienen.
Zo behoeft Scout Niblett al lang geen introductie meer. Wie ooit een noot van haar muziek heeft gehoord, zal haar kenmerkende geluid — de rauwe elektrische gitaar en de kale drums — niet snel vergeten. It’s Up To Emma is haar zesde plaat in twaalf jaar tijd en trekt de lijn door die op voorganger The Calcination Of Scout Niblett uit 2010 leek ingezet. Op dat album klonk Niblett weliswaar nog volledig als haar onrustige zelf, maar leek ze haar ‘manische momenten’ beter te kunnen doseren. Manische momenten — van subtiel naar loeihard en terug — die van haar eerste platen steeds een grote belevenis maakten maar achteraf soms een beetje op de maag bleven liggen.
Op It’s Up To Emma houdt Niblett het nu heel intiem voor haar doen. Deze zesde plaat is haar meest persoonlijke tot nog toe — getuige daarvan ook de titel die refereert aan haar officiële naam, Emma Louise — en alle songs gaan onmiskenbaar over haar stukgelopen relatie. De dreigende opener “Gun” zegt meteen waar het op staat met Niblett die overweegt een pistool te kopen om de man die haar voor een ander heeft laten staan een lesje te leren.
Elders klinkt Niblett vergevingsgezinder, zoals in “My Man” of het vinnige “Second Chance Dreams”, de enige uptempo song van de plaat. Tijd voor introspectie is er ook, met Niblett die zich in verschillende songs het hoofd breekt over hoe het toch zover is kunnen komen en hoe ze het eventueel kan oplossen. Veel woorden heeft ze daar naar goede gewoonte niet voor nodig en in de mooie afsluiter “What Can I Do?” herhaalt ze dan ook minutenlang de mantra “Baby, what can I do to make it right for you?”. In een nummer als “All Night Long” verdwaalt ze echter in haar gemijmer en schiet het muzikale er bij in. De grootste (en enige echte) misser op de plaat is evenwel “No Scrubs”, een cover van meidengroep TLC die Niblett al lang live speelt. Totaal overbodig doorbreekt deze ongeïnspireerde coverversie de muzikale coherentie binnen de plaat. Jammer.
It’s Up To Emma mag dan misschien in de eerste plaats vanwege de thematiek (de relatiebreuk) de aandacht trekken, ook muzikaal is er een breuk met het verleden. Helemaal weg zijn immers de zo kenmerkende drums die op platen als “I Am” of “Kidnapped By Neptune” op de voorgrond werden geplaatst. Niblett lijkt als artieste definitief volwassen te zijn geworden en haar soms wat kinderlijk aandoende drumroffels passen dan misschien niet langer in het plaatje.
Dat zorgt er wel voor dat It’s Up To Emma wat spankracht moet missen en dat laat zich hier en daar voelen. “My Man” en “All Night Long” zijn muzikaal vrij schetsmatig, en hoewel deze songs niet gebaat zouden zijn bij Niblett’s rudimentaire drumpartijen bestaat de indruk dat ze niet weet op welke manier ze dergelijke songs dan wél muzikaal moet invullen. In “What Can I Do?” — de uitblinker op deze plaat — en “Can’t Fool Me Now” zitten strijkers die mooi corresponderen met de sfeer van de plaat, maar andere songs (“Woman And Man”) balanceren op het randje van saai door enkel maar die ijzige gitaarklanken, spaarzame drums en Niblett’s stem die niet sterk genoeg is om zo’n centrale rol op zich te nemen.
Niettemin is It’s Up To Emma aan het eind van de rit het soort album waarvan je weet dat het op veel gejuich zou worden onthaald indien het de debuutplaat van iemand anders was geweest. Om maar te zeggen dat Scout Niblett op basis van haar oudere werk hoge verwachtingen oproept. It’s Up To Emma is vakwerk waarin je Niblett na één noot herkent en zo zit de Britse ook voor de komende jaren gebeiteld als een sterk merk.