Dat de leden van Bloc Party een flinke boon voor elektronische muziek hadden, werd sinds single "Two More Years" met elke release duidelijker. Nu de rest van de band even met het gezin bezig wil zijn, trekt frontman Kele Okereke op zijn solodebuut wel erg resoluut de elektronische kaart. En vertilt hij zich op behoorlijk pijnlijke wijze.
Op goddeau’s luxueuze redactieloft komen elke week cd’tjes ter bespreking binnen, waarover we na een halve beluistering nu eens blasé, dan weer vol plaatsvervangende schaamte ’dit is het toch niet hè’, tegen elkaar mompelen. Onze beeldschone secretaresses weten dat ze dan even mogen stoppen met het masseren van de hoofdredacteur om een nieuw plaatje in de B&O te schuiven. Het leven is helaas te kort om iedere nieuwe release uitgebreid te bespreken en er ook nog een liederlijk leven op na te houden. Voor dergelijke net-niet-albums hebben we dan ook recent een hoogoven aangeschaft die we "de mantel der liefde" gedoopt hebben.
Soms slaagt een door ons gerespecteerde artiest of band er echter in om in negatieve zin te verbazen en dus ook onze week te vergallen. Dergelijke albums verdienen de hakbijl (AKA (mvs) ) of de emmer vitriool (AKA (mvm) ) boven de mantel der liefde. En jawel, Kele Okereke krijgt de emmer over zich heen.
Een vluchtige beluistering van The Boxer stoort nauwelijks. Het album biedt 40 minuten ongevaarlijke dance van velerlei allooi. Hier en daar waait er een boeiend ideetje aan, maar het vliegt even vlot weer weg. Voor het soort album waar Moby rijk mee geworden is, is er een publiek, maar echt opgewonden geraken we er niet van.
U vond single "Tenderoni" anders wel leuk in het oor liggen? Het is dan ook een schaamteloos doorslagje van "Wearing My Rolex", waar Wylie twee jaar geleden al(!) een Britse hit mee scoorde.
"Walk Tall" is een wat kige kruising tussen "Mercury" en een marslied. Ook "On The Lam" doet heel erg zijn best om edgy te klinken, maar het heeft te dicht bij Squarepusher’s "Red Hot Car" gelegen. En zo dendert The Boxer wat lamlendig en hoogst onorigineel verder van half idee naar hook die we al eens eerder hoorden.
"Everything You Wanted" en "Unholy Thoughts" lijken dan weer minderwaardige Bloc Party-songs. Kladjes waar de rest van de band allicht weinig bruikbaars in zag. In "Rise" wordt het zelfs potsierlijk wanneer Kele "You are stronger than you think" in zijn overbekende klaagzang doorheen een ronduit belachelijke elektronicabrij zingt. Zonder de inventieve songstructuur en drumpatronen van de heren Lissack, Tong en Moakes, werkt die klaagzang echter al snel op de lachspieren en zenuwen tegelijk.
Fijn dat Kele Okereke zich niet wil vervelen zolang Bloc Party on hold staat, maar als dit solodebuut één ding bewijst, is dat hij zonder de rest van de band er blijkbaar niet in slaagt relevant of boeiend te klinken. Nergens klinkt op The Boxer de opwinding door van een "Flux", "The Prayer" "Mercury" of "Ares", Bloc Party’s meest dansvloergerichte krakers. Erger is echter dat Kele nergens een eigen geluid of stem lijkt te vinden. Voor elke track is wel een blauwdruk te vinden in de recente popgeschiedenis.
The Boxer is geen verschrikkelijk slecht album, het is er een van dertien in een dozijn. Maar als soloalbum van de frontman van een van de meest vernieuwende en opwindende Britse bands sinds Radiohead is het een ontzettende teleurstelling. Op zijn zachtst gezegd is The Boxer dan ook overbodig.
Maar het wordt erger: recent verklaarde Kele dat hij indie beu was en niet echt de nood voelt om Bloc Party uit haar winterslaap te halen. Dat hij zich met dit soloalbum bevrijd voelt en dat hij voor een nieuw Bloc Party-album de touwtjes meer in handen wil en een gelijkaardige richting uit wil. Het zou een klein drama zijn.