“My friends are into hiphop, but I am into folk” zong Bart Peeters ooit, een tekst die evengoed door Ryan Graveface van Dreamend geschreven had kunnen zijn. Met hoofdproject Black Moth Super Rainbow maakt de man immers eigenzinnige en met veel synths beladen triphop op z’n Air’s (Peeters’ hiphop moeten we dan maar even breed interpreteren), maar in soloproject Dreamend wordt resoluut voor organische folk gekozen.
Hoewel ook in de muziek van Dreamend synths niet vreemd zijn, en allerlei effecten regelmatig de kop op steken, dienen deze toch vooral voor een inkleuring van het geluid dat in de eerste plaats bepaald wordt door banjo of gitaar, Graveface’s stem en rammelende percussie (Graveface werd op deze plaat ondersteund door de muzikanten van de postrockband The Appleseed Cast). Vorige platen van Dreamend waren minder folky en balanceerden eerder op de scheidslijn tussen shoegaze, Appalachische folk en postrock, maar met het recente So I Ate Myself, Bite By Bite zijn het de folkelementen die overwinnen en worden de shoegaze en de postrock een secundaire rol toegekend.
Muzikaal zorgt dat voor een mélange van stijlen die vrij origineel is, maar tegelijkertijd ook heel wat herkenningspunten heeft. De opvallendste gelijkenis is er wellicht met Iron & Wine (zij het dan vooral ten tijde van vorige plaat The Shepherd’s Dog en de samenwerking met Calexico), onder meer ook omdat Graveface’s stem wel wat weg heeft van die van Sam Beam, al haalt Graveface niet meteen dezelfde vocale diepgang. Vooral “Pieces” lijkt wel een experimentelere b-side van Iron & Wine te zijn, maar in andere nummers is de gelijkenis doorgaans wat subtieler.
So I Ate Myself is een lineair conceptalbum, en dat laat zich ook horen. Muzikaal begint het album relatief lichtvoetig met “Pink Cloud In The Woods” dat zich echter al snel ontpopt tot een episch openingsnummer dat de toon zet voor de rest van het album. Het concept draait namelijk rond een persoon die na een passionele moord op zijn geliefde (te situeren ergens tussen track vijf “Repent” en track zes “A Thought”) terechtkomt in een spiraal van schuld, paranoia en boetedoening. Na “Interlude” neemt het album dan ook een opvallend duisterder kantje aan. Dat culmineert uiteindelijk in afsluiter “An Admission”, een indrukwekkende volle tien minuten duiveluitdrijving, voortgestuwd door een repetitief banjothema waarboven door allerlei synth- en gitaareffecten vormgegeven shoegazewolken worden uitgespreid die tot een uiteindelijke catharsis leiden.
Muzikaal is So I Ate Myself dus een behoorlijk indrukwekkend geheel dat wel wat doet denken aan Hospice van The Antlers door de grote mate van sturing die het concept geeft aan het geluid (al haalt deze plaat niet echt de diepgang die Hospice wel had). Het verschil is dat Dreamend eerder spaarzaam is met teksten en erg veel overlaat aan de verbeelding van de luisteraar, vaak hele nummers opbouwend rond niet meer dan een of twee zinnen tekst. Sleuteltrack “A Thought” (het lijkt ons immers hier dat de moord plaatsvind) is zo bijvoorbeeld geheel opgebouwd rond de zich herhalende zin “I can not stop in the middle” wat bijna aandoet als een soort mantra. Ook in opener “Pink Cloud In The Woods” wordt niet meer gezegd dan “I walked through the woods, it was a rainy day”. Graveface lijkt zijn teksten vooral in een ondersteunende rol te duwen en wil in eerste instantie de luisteraar meesleuren in de donkere sferen van de plaat door de intense muziek.
So I Ate Myself, Bite By Bite is een interessante plaat die er ook tot op zekere hoogte in slaagt om de luisteraar mee te sleuren in de sfeerwereld van het concept. Het is echter vooral de muziek die daarvoor zorgt, want tekstueel blijft het vrij schraal en wordt het zware concept niet helemaal recht aangedaan. Desondanks blijft het een goed album, en is het uitkijken geblazen naar het vervolg dat dit jaar zou gaan uitkomen.