Na zeven plaatloze jaren is hij terug: Tiga James Sontag heeft – hoewel hij in een interview beweerde dat hij niet veel geeft om full length-albums – tussen zijn bezigheden met zijn nevenproject ZZT (samen met Zombie Nation), het runnen van een label, het dj’en in alle uithoeken van de wereld en het bricoleren van talloze remixes door nog eens de tijd genomen voor eigen werk. Feilloos is het allemaal niet, maar het techno-icoon uit Montreal bewijst met een album vol aanstekelijke elektronicamuziek dat hij op creatief vlak nog lang niet aan het eind van zijn Latijn is.
Na Sexor (2006) en Ciao! (2009), twee platen waarbij de dansbenen ook al spontaan in beweging schoten, brengt de vermaarde elektronica-dj en -producer met No Fantasy Required opnieuw een staalkaart van zijn kunnen. Dit keer geen 2manydjs als co-producers; de Canadees liet zich omringen door goed volk als Matthew Dear en Jori Hulkkonen.
Het is een album dat de luisteraar als vanouds onderdompelt in een sfeer van onderkoeld hedonisme. Onverstoorbare vampen met knalrode lippen en een glas campari in de perfect gemanicuurde handen, heren in Armani-kostuums met een Lamborghini onder de kont, dat soort beelden past naadloos bij deze escapistische yuppenmuziek.
En dat is geenszins negatief bedoeld, want Tiga lijkt op No Fantasy Required rijper geworden met een sound die nu eens sober en minimalistisch en dan weer weelderig, maar ook stijlvol en glamoureus, melancholisch, verleidelijk, zweterig en dartel is.
De beste song is het uitzinnige en doemerige ”Planet E”, een samenwerking met Hudson Mohawke, waarmee Tiga aantoont dat hij goed geluisterd heeft naar “Anasthasia” van T99, een klapper uit de ravescene. De deephousetrack “Make Me Fall In Love” — Jake Shears van Scissor Sisters zorgde voor de vocals — en de elektropop van “Tell Me Your Secret” zijn eveneens verplichte leerstof. Sterke songs als “Bugatti” of “Plush” (met de tongue-in-cheek versierlines “I don’t need a calculator / To know I’m gonna see you later / And I don’t need a secretary / To tell me you are very very /Plush!”) grijpen dan weer het sterkst terug naar Kraftwerk, Green Velvet en de electroclash van Miss Kittin.
Helaas ook hier een aantal tracks die iets te dun uitvallen waardoor het op No Fantasy Required toch wat aan punchkracht ontbreekt. Een mindere song is “3 Rules”, die vierklauwens door zijn silliness verwatert, maar ook “So Much Fun”, een eigengereide cover van new wave-nummer “Lucky Number” van Lene Lovich, en het door acid geïnfecteerde “Always” vergeten bij de lurven te pakken.
Tiga weet bevallige melodieën te verzinnen en de emotieloos en achteloos gebrachte teksten, gezet op muziek die teruggrijpt naar soul, Giorgio Moroder, jaren tachtig electronicamuziek, R&B en de EDM- en house scene, creëren samen met een clever gebruik van synths en de nostalgische stem van de zanger een dromerige roes op No Fantasy Required.
Er wordt al eens geschreven dat Tiga een brug van popsongs naar underground techno slaat en dat is ook hier niet anders. No Fantasy Required is minder dan de vorige albums een samenraapsel van songs geworden, maar schrijven dat dit een pottenbrekende technoplaat is, zou de waarheid geweld aandoen. Niet direct een schijf die hier ten huize jaar in jaar uit gedraaid zal worden, maar ze staat wel vol hypnotiserend dansvloermateriaal, ideaal om na middernacht te beluisteren. Al is het maar voor even: Join the dark side.