Alles komt terug. Bij momenten is dat betreurenswaardig, maar wanneer een album zoals Unkown Mortal Orchestra’s II erin slaagt iets wezenlijks toe te voegen aan de traditie, moet dat vooral luidkeels toegejuicht worden.
Vijftig jaar na datum waait ook over ons land al een gehele tijd een psychedelische sixtiesrevival, getuige daarvan het succes van acts als Tame Impala, Temples, Ariel Pink, Jacco Gardner en dichter bij huis ook het uiterst beloftevolle Bed Rugs. In die context komt UMO enkele jaren na hun gelijknamige debuut pas echt onder de aandacht met opvolger II – originele titels zijn niet aan hen besteed.
Dankzij én ondanks hun imago, that is. In de digitale tijden waarin we leven, draait de muziekwereld al lang niet meer louter om de productie van goeie muziek en ook UMO heeft dat begrepen. In essentie klinkt hun muziek dankzij een gecomprimeerd vintage-geluid als een vergeten lo-fi psych-rockbandje uit de jaren zestig, dat tot nog toe jammerlijk over het hoofd gezien werd. Instagram-pop, zeg maar. Marketinggewijs deden ze een slimme zet om een dergelijk muzikaal gegeven te koppelen aan een zorgvuldig gecultiveerd mysterieus imago, getuige daarvan hun naam en artwork, maar ook door bij wijze van debuut slechts enkele anonieme maar intrigerende songs te posten op de sociale media. En sindsdien nauwlettend in de luwte te blijven.
Belangrijkste troef blijft evenwel dat het drietal goeie muziek maakt. Meer zelfs, sixties-muziek zoals ze in de sixties nooit werd gemaakt. Tegen een achtergrond van warme sizzly hooks weet Ruban Nielson zijn catchy Beatle-esque melodieën paradoxaal genoeg met een zeker gevoel voor soul uit zijn strot te rammen. Of: “psychedelische R&B”, zoals UMO zichzelf beschrijft. Die aanpak komt het meest tot zijn recht in beheerste parels als “So Good At Being in Trouble” en undergroundhitje “Swim and Sleep (Like a Shark)”.
Zij die hen reeds live aan het werk gezien hebben, kunnen bevestigen wat de licks in “One At a Time”, “No Need For a Leader” en “Faded In the Morning” enigszins verklappen. Dat UMO in oorsprong vooral psychedelische hardrock genegen is, uitgaande van schreeuwerige gitaren, gericht op aanstekelijke grooves en fuzzy solo’s. Wat II echter zo’n charmante plaat maakt, is dat Nielson & co hun beheersing niet verliezen, het oog steeds gericht op de melodie en sound of coolness die dit album definiëren.
II van Unkown Mortal Orchestra is het soort plaatje dat geheel pretentieloos de balans weet te vinden tussen meerdere uitersten van het alternatievemuziekspectrum, daardoor van bij de eerste luisterbeurt raak treft en nadien zelden gaat vervelen. Voer voor eindejaarslijstjes dus.