In het jaar dat de legendarische zangeres 69 zou zijn geworden, brengt Sony haar postuum uitgebrachte Pearl opnieuw uit, aangevuld met out- en andere takes van de opnamen netjes gegroepeerd op een tweede cd.
Janis Joplin… Moet ze nog geïntroduceerd worden? Of je ze nu kent van muzikale wapenfeiten, van haar druggebruik, van het feit dat ze op Woodstock én Monterey stond, of desnoods van het feit dat ze tot die stilletjes aan beruchte 27 Club hoort; het doet er niet toe. Iedereen kent Joplin wel op een of andere manier en iedereen zal wel een eigen mening over de zangeres hebben. Ofwel ben je verzot op haar rauwe bluesstem die soms zo hard schuurt dat plaatsvervangende pijn de luisteraar in de ban houdt. Ofwel loop je al even hard gillend weg van het geweld dat Joplin de microfoon instuurt. Wat er ook van aan mag zijn, je kan niet naast het monument dat Joplin was en nog steeds weet op te roepen door middel van haar muziek.
Of deze hernieuwde uitgave een noodzakelijkheid is, is echter sterk te betwijfelen. De eerste cd is de originele Pearl aangevuld met de mono-versies van de singles – en de niet uitgebrachte singles — uit 1971, met uitzondering van “Mercedes Benz”. Pearl hier opnieuw door de recensiemolen halen, heeft weinig zin. Alles over dat album is al eens gezegd geweest. Het was haar — terecht — bestverkopende lp en het blijft een staaltje van pure vakmanschap en creativiteit. Joplin zingt alsof haar leven er van af hangt en The Full Tilt Boogie Band klinkt als de perfect op elkaar ingespeelde ritmesectie die ze ook wel zal geweest zijn. (Lees er hier alles over)
De tweede cd telt achttien outtakes en twee live bonus tracks. Waarom platenmaatschappijen steeds willen uitpakken met die bonus tracks is ons een raadsel. De hele cd is in principe een bonusverzameling, het nog eens zo benoemen lijkt ons een beetje teveel van het goede. Voor de rest vallen we nog even over de volgorde van de nummers. Er zal heus wel een reden voor zijn, maar om nu drie keer “Move Over” na elkaar te horen, is zelfs voor een die hard fan er over. Ook “Get It While You Can” siert de lijst van zestien nummers drie keer. We moeten eerlijk zijn en deze uitgave een overbodige uitgave noemen. Let wel, hier is geen enkel slecht nummer op te vinden, maar we hebben alles al een keer gehoord. De sterretjes op de hoes verwijzen naar “previously unissued” nummers, maar ze laten geen grotere indruk dan de nummers op de lp die veertig jaar terug werd uitgebracht na. Natuurlijk is het leuk de nuances te horen die ze hier en daar in haar opnames legt, maar of ze daadwerkelijk allemaal op cd moeten gezet worden… “Cry Baby” kan ons dan nog het meest bekoren, daar zet ze namelijk die vette lach — die haar zo typeert — in de intro, en zo iets doet de luisteraar alert blijven.
Artworkgewijs zijn we ook niet overdonderd. Er zit een lijvig boekje bij dat vele foto’s en verhalen reproduceert; dat is een pluspunt. Maar de originele hoes, die zelfs geen artiestennaam nodig had, wordt hier vervangen door een andere foto uit de fotosessie. De kracht van het beeld wordt nog meer onderuit gehaald door die foto te verkleinen en te omringen door opnamenota’s. We kunnen ons niet van de indruk ontdoen dat ook hier weer een cd de markt is opgegooid om de erven te voorzien van dollars. “Pearl” zelf zou hier misschien een maximum score gekregen hebben, maar deze uitgave ruikt te veel naar geld om het als geheel nog echt te appreciëren.