"Het tijdperk van het internet is voorbij" orakelt Prince. 20Ten valt dus niet legaal te downloaden en werd gratis via een aantal dagbladen en tijdschriften verspreid. Allemaal goed en wel, Uwe Purperen Verdorvenheid, maar lever dan ten minste een degelijk album af.
Stel, u heeft een even ferme staat van dienst als Prince Rogers Nelson: als autodidact speelt u samen met geniale muzikanten vlammende concerten en aftershows en u schenkt deze troosteloze wereld sublieme albums met ontelbare hits en muziek die al ruim dertig jaar een briljante en vaak broeierige blend van funk, rock, pop, R&B en new wave is. En uw Purperen Kardinaal heeft met het mooiste vrouwvolk op deze planeet kennis gemaakt. Wel, alleen dan, en als u ook nog de namen van Carmen Elektra, Kim Basinger, Apollonia of Sheila E in uw adresboekje, plus bewijzen van enig vleselijk contact met bovenstaande deernes heeft staan, pas dan verdient u ons respect. Pas dan en niet eerder. Maar 20Ten: "you really shouldn’t have bothered, Mr. Rogers Nelson".
De goede oude drumcomputer en de synths, ze zijn terug: opener "Compassion" is een doorslagje van "Play In The Sunshine" en "Let’s Pretend We’re Married" met daarenboven een melige boodschap ("Whatever skin you’re in / We all need to be friends / All happy again / It’s so better than nothing"). Mis, Uwe Doorluchtige Slechtheid, zo willen wij persoonlijk niks te maken hebben met pakweg dierenbeulen, bumperklevers of lapzwansen die reacties op het forum van Het Laatste Nieuws posten. Muzikaal en tekstueel allerminst een knaller is ook "Beginning Endlessly" met zijn door Jehovah besmette lyrics. Het zangtalent van de hobbit van de funk blijft onaangetast maar de ongeïnspireerde, eerder zeurderige synthpartij – ook "Lavaux" is in hetzelfde bedje ziek — maakt de song er niet boeiender op. Toegegeven, het zijn wellicht groeinummers maar tegelijk ook leftovers uit 1999.
Weg de energie van het seksuele roofdier. 20Ten kabbelt te vaak voorbij. "Future Soul Song", "Sea Of Everything" en het stroperige "Walk In Sand", het zijn zoutloze en bijna inwisselbare ballades: iemand die "The Beautiful Ones", "Sometimes It Snows In April", "Diamonds And Pearls" en tientallen andere glansrijke ballads of slow jams van een onaardse schoonheid op zijn naam heeft staan, zou dit nooit mogen laten passeren.
Cringe stuff is het campy "Everybody Loves Me", met —to add insult to injury— beroerde lyrics als "Tonight I love everybody / Everybody loves me / The beat you’re giving is the rhythm of life / Everybody get happy / Everybody loves méééééééééééééééé". Is dit van de hand van de man die ooit partysongs met gave teksten als "I got a lion in my pocket and baby he is ready to roar" componeerde? Dit blijde-boodschap-niemandalletje is de artiest achter hedonistische genialiteit als "Housequake" onwaardig.
In hidden track 77, "Laydown" – wil iemand al die artiesten eens diets maken hoe irritant het wel niet is om na tientallen tracks vol stiltes van telkens 5 seconden nog een extra nummer op een cd te zetten — wordt de gitaar ontketend maar het blijft een zieltogende poging tot industrial funk. Prince kan nog steeds een aardig potje rappen ("From the heart of Minnesota / Here comes the purple Yoda" is een mak rijmpje met een tikkeltje zelfspot) maar "Laydown" verhoudt zich tot feromonensongs als "Erotic City", "Head" of "Darling Nikki" als een ordinaire stoephoer tot een luxe-callgirl. De Minneapolis Midget is intussen 52 geworden en de heupen willen de jongste tijd niet meer zo goed mee: "22 positions in a one night stand" zijn wellicht niet langer meer een haalbare kaart.
Wel genietbaar zijn de funk van "Sticky Like Glue" en het uiterst dansbare "Act Of God" met het wel heel eigenaardige zinnetje "Tax dollars build a plane / drop a bomb /Supposedly to keep us all safe from Saddam". Hoezo, Saddam? Was het dan toch een dubbelganger die in december 2006 werd opgehangen? Weet Prince meer en houdt hij — ach, we dollen maar een beetje — de prettig gestoorde dictator ergens verborgen in Paisley Park Studios?.
Onze favoriete chocoprins kunnen we veel vergeven, zelfs zijn godsdienstwaanzin en zijn keuze voor de Getuigen van Jehovah, toch een van de dwaaste sektes ooit. En eigenlijk is het oneerlijk: met zijn gloriejaren mag hij allang niet meer vergeleken worden. Meer zelfs, het gemelk dat Prince vroeger beter was, moet beslist ophouden. Er is de stilzwijgende afspraak overal ter wereld dat we geen mirakels van de Kleine uit Minneapolis meer moeten verwachten.
Maar zelfs op albums die door de critici afgeketst werden (Come, Chaos And Disorder) stonden nog steeds uitschieters. Wereldschokkend waren ook Musicology, 3121 of Planet Earth en Lotusflow3r niet, maar het ontbrak er niet aan steengoede nummers. Een viertal songs op zijn best te pruimen, maar echte toppers: fuck all. We voelen ons als alltime fan ietwat in onze wiek geschoten.
Wie de hoes ontworpen heeft, verdient pek en veren. Dezelfde behandeling dient trouwens ook de bekende Britse journalist Tony Parsons van "The Daily Mirror" te ondergaan: hij slaagde erin, zonder blikken of blozen, 20Ten het beste Prince-album van de afgelopen 23 jaar te noemen. Niet verwonderlijk, een gratis exemplaar van de plaat stak bij zijn krant. Hoernalistiek heet zoiets.
Misschien brengt Prince — wees gerust, hij is ertoe in staat — in zijn aftershows betere versies van de missers op 20Ten. Het geniale opdondertje is op een nogal onbeholpen manier aan het recycleren geslagen en wil teruggrijpen naar zijn superieure sound uit de eighties . Het resultaat is echter een ondermaats album met halfslachtige en gemakzuchtige kopieën van succesnummers. Zoals het gevat in het Engels wordt verwoord: whoops, … butterfingers.