We schrijven 2001 als Tiga Sontag (zo’n naam krijg je enkel van
hippie-ouders) en Jori Hulkkonen vanuit Montreal de muziekwereld
omver blazen met hun remake van de eighties klassieker ‘Sunglasses
At Night’. De plaat luidt het begin in van een nieuwe lichting
artiesten, waaronder Miss Kittin, Peaches en Fisherspooner. Hun stijl wordt
electroclash gedoopt, een stroming die het midden houdt tussen
electro en house met de nodige portie humor, punk en overacting.
Criticasters besteden weinig aandacht aan deze nieuwe trend, maar
ondanks alles moet men objectief toegeven dat er, afgezien van
commerciële hits en platen die nooit zouden mogen uitgebracht zijn,
veranderingen op komst waren.
Mits een kleine sprong in de tijd zijn we 4 jaar verder wanneer
Tiga zich reeds de bekendheid heeft ingekatapulteerd door Nelly’s
‘Hot In Herre’ te coveren en verder nog remixen heeft afgeleverd
voor oa. Soulwax, Neon Judgement
en FPU. De volgende stap lijkt logisch: een eerste full album,
getiteld ‘Sexor.’ De titel laat volgens Tiga ruimte voor
verschillende interpretatiemogelijkheden. Maar, zo voegt hij er aan
toe “het is een uitvergroting van wie ik ben”. Wat er ook van zij,
de plaat zelf kan best omschreven worden als een compilatiealbum,
een verzameling van enkele bekendere tracks die we niet meer moeten
voorstellen (‘Louder Than A Bomb’, ‘Pleasure From The Bass’)
vermengd met nieuwer werk. In die laatste categorie bevinden zich
trouwens enkele niet zo voor de hand liggende covers (‘Down In It’
van Nine Inch Nails en ‘Burning
Down The House’ van Talking Heads). Een heel winkellijstje bekende
artiesten hielp bij het producen en afmixen: zowel Stephen en David
Dewaele als Jesper Dahlbäck co-produceten het album, Jori Hulkkonen
en Philippe Zdar (Cassius, Motorbass) sprongen ook wel eens de
studio binnen. Het resultaat liegt er niet om: de Soulwax broertjes
laten bijvoorbeeld duidelijk hun sporen achter in het nummer ‘(Far
From) Home’ dat uitdeint in een typische Gentse synth.
We zouden liegen als we zeggen dat elk nummer er staat als de
single ‘You Gonna Want Me’, gebaseerd op een oude rave track en
volledig gedragen door de vocalen van Scissor Sister Jake Shears. Zo zijn we er
bijvoorbeeld niet rouwig om dat ‘Who’s That’ nauwelijks de grens
van de 1 minuut overschrijdt. Positief is wel dat ‘Burning Down
(London’s Burning)’, een ondermaatse track uit de Tiga-catalogus,
ons wordt bespaard. In het algemeen is ‘Sexor ‘een bijzonder
aangename “opwarmings-cd” die het niet moet hebben van tekstuele
hoogstandjes, maar die wel genoeg funk bevat ter voorbereiding van
een avondje uit. Als eerste full album kan Sexor dus zeker tellen.
Voor de meer eigenzinnige versies van de tracks verwijzen we u
vriendelijk door naar de talloze 12-inches die reeds de ronde doen
met remixen van Morgan Geist, Zdar, Isolée en Jesper Dahlbäck.