BEST OF : Portishead

Geef toe: meestal zijn ze uw geld niet waard, de verzamelaars van uw favoriete groep die u in de winkel vindt. De platenfirma denkt dat enkel singles in aanmerking komen en een artiest zelf is ook al zelden goed geplaatst om eigen werk te beoordelen. Tijd dus dat het eens aan professionals wordt overgelaten, en wie beter dan een team kenners van enola om de vijftien beste tracks van een artiest te selecteren. Deze keer aan de beurt: Portishead.

1. Only You

Een peinzende baslijn, een sample en dan nog een, maar dan gescratcht. Het is spaarzaam, maar meer heeft Gibbons niet nodig om een nieuwe hartenkreet te slaken. “We suffer every day / What is it for?”, zucht ze. Er gebeurt weinig tot niets. De bas ploetert voort, de samples komen af en toe eens bezorgd kijken, maar trekken zich ook weer terug. Het eindigt met een eindelijk helder vers “Now that we’ve chosen to take all we can / This shade of autumn, a stale bitter end / Years of frustration lay down side by side”, en nog een laatste rondje refrein. De sample van Ken Thornes “In The Alley Ways”, alweer filmmuziek, mag nog voor een orgelpuntje zorgen, en: einde. Of ook niet. Gezapig sjokt de bas nog een beetje verder.

Hoogtepunt: 1’10”. Die eerste “And it’s only you”.

2. Wandering Star

Het is een groot raadsel hoe dit nummer het heeft kunnen schoppen tot yuppie-loftfeestjes en de top van Spotify. De dreigende basdreun die “Wandering Star” ondersteunt, ademt immers niet bepaald gezelligheid uit. En dan hebben we het nog niet over lyrics als “The blackness, the darkness / forever”. De scratches tussendoor kunnen de inherente paranoia niet verhullen. “Wandering Star” is het duistere hart in het midden van Dummy, de reminder tussen alle triphopgolven dat Portishead een verdomd angstaanjagend groepje kan zijn.

Hoogtepunt: 0’00”. Die baslijn grijpt je bij je nekvel en laat je pas na vijf minuten weer los.

3. All Mine

De leadsingle van de titelloze tweede begint alsof David Lynch deze keer een James Bond-film heeft geregisseerd. De orkestrale grandeur krijgt iets onwennigs door de (wederom) beklijvende zang van Gibbons. Denk de clip erbij – een jong meisje (dat u ook kent van de cover van de tweede plaat) zingt het nummer voor een orkest – en de unheimliche sfeer is compleet. Daar zitten de lyrics ook voor iets tussen. Wat begint als een liefdesverklaring, mondt uit in een dwingende dreiging vanuit Gibbons, die voor de persoon in kwestie geen happy maar een doomed ever after lijkt in te luiden.

Hoogtepunt: 1’03”. De stem van Gibbons gaat de hoogte in, smachten wordt versmachten, blazers kerven in het nummer als een mes in een weerspannige gijzelaar.

4. Machine Gun

Zelden klinkt een nummer zo daadwerkelijk als zijn titel belooft. Vijf minuten lang perforeren stuurse beats je lijf en leden, door de kogelgaten sijpelen de inktzwarte lyrics van Gibbons binnen waarin ze haar meest toxische kant openbaart. “Machine Gun” is een biechtstoel waar na vijf minuten alleen maar splinters van overblijven. Zorgt voor hypnotische toestanden tijdens concerten. Portishead was altijd een band van het ongedwongen dwingende soort. “Machine Gun” is dwang in het kwadraat.

Hoogtepunt: 4’16”. Hypnotiserend dus. Een unheimliche synthmelodie legt er nog een donkere laag bovenop als zwarte slagroom op een steenkooltaart.

5. Glory Box

Ergens lazen we dit nummer perfect omschreven als de cri de coeur van elke Bondgirl: een vrouw wordt in een relatie als een voetveeg behandeld en legt haar verdriet en machteloosheid lillend op tafel, klaar om op te geven. Gibbons zingt het met zo’n ingehouden frustratie – je hoort haar stem soms trillen van woede: ‘I’ve been a temptress for too long, just give me a reason to love you.‘

De zwoele sfeer komt door de sample uit Isaac Hayes’ “Ike’s Rap II”, een nummer dat in die tijd in Bristol de ronde moet hebben gedaan, want enkele maanden na Portishead bouwde ook Tricky zijn klassieker “Hell is Round the Corner” rond krek dezelfde geluidssnipper. Hayes zingt ‘I took advantage of you / I used you selfishly / I apologise now’. Je kan een sample simpelweg goed kiezen, maar je kan hem ook ownen. Klasseer wat Barrow en Gibbons hier doen gerust onder de tweede categorie. De groep wilde het nummer niet als single uitbrengen wegens te commercieel, de platenmaatschappij duwde door; beide partijen kregen gelijk.

Hoogtepunt: 4’07’’. ‘This is the beginning of forever, and ever’, alvorens de breakdown zich inzet en Gibbons zichzelf herpakt: ‘it’s time to move on’. Sterke vrouwen indeed.

6. Roads (Roseland NYC)

Tegen 1998 was Portishead een gevestigde waarde die zelfs een Pukkelpop kon headlinen, en dan doet een mens van zotternij al eens gekke dingen. Roseland NYC Live werd dus een livealbum met hulp van een fikse strijkerssectie. Die insteek leverde enkele aardige nieuwe uitvoeringen op. Winnaar in case: “Roads”, dat op dat moment “Sour Times” en “Glory Box” naar de kroon stak in de categorie ‘Hits’. Het is in deze versie dat je voelt waarom. Het gejuich bij het begin, het idiote meeklappen, het verstomt allemaal wanneer Beth Gibbons goed en wel op dreef is; zelfs de grootste Beotiër beseft dat enkel devote stilte hier gepast is. Tegen het moment dat ze dat finale ‘how can it feel this wrong?’ zingt kun je een speld horen vallen.

Hoogtepunt: 5’10”. Dat dus. Dat einde. Gibbons steekt alles in haar snik, wij houden de adem in.

7. The Rip

Op het derde album ontloken als een van de mooiste Portishead-nummers, sindsdien ontvouwd als een van de populairste, meest besproken Portishead-nummers. Op een akoestisch bedje, dat door de diepweemoedige zang van Gibbons als een spijkerbed aanvoelt, mijmert de frontvrouw over wat een mentale, emotionele strijd lijkt te zijn tussen inwendig licht en donkerte, tussen rechte en gebroken rug, tussen rechtkrabbelen en gewonnen geven. Is die “rip” een betrachte breuk tussen wat was en de hoop die door mistige velden glooit? Het nummer zelf wentelt zich in bloedmooi koppige onbestemdheid.

Hoogtepunt: 2’11”. Geen breuk, maar het geleidelijk, schuchter binnen schuifelen van de synths terwijl Gibbons een sirenenzang opzet waartegen demonen te pletter zouden moeten varen.

8. SOS

En toen, na jaren stilte, was er in 2015 plots deze ABBA-cover. Eerst opgenomen voor de soundtrack van het dystopische High-Rise, een verfilming van het boek van J.G. Ballard. Een jaar later, toen het Britse parlementslid Jo Cox werd vermoord vanwege haar anti-Brexit standpunten, bracht de groep het nummer opnieuw uit. Ditmaal was de song voorzien van een huiveringwekkend mooie, sobere zwart-witvideo. Dat deze song ooit van de Zweedse popgroep was, valt nauwelijks te geloven. Portishead zet “SOS” zo naar haar hand dat het griezelig wordt. Kan ook aan de onheilspellende sfeer liggen, maximaal effect met minimale middelen. Geoff Barrow durft op Twitter al wel eens een grote bek opzetten als het over politiek gaat. En toch. Toch probeert de groep ons uiteindelijk duidelijk te maken dat we elkaar nodig hebben in plaats van dat we barrières inbouwen.

Hoogtepunt: 3’19”. Het einde van de clip. De stilte valt langzaam in, Beth Gibbons steekt haar hand naar ons uit, en de zin “We have far more in common than which divides us” van Cox komt in beeld. Het heeft helaas niet mogen zijn.

9. Mysterons

Als Dummy al een duister gevoel over zich heeft, dan belanden we bij “Mysterons” helemáál in het hol van Pluto. De titel verwijst naar een ras aliens uit een duistere sixties scfi-fi poppenreeks, en het nummer klinkt door die ratelende drums tegelijk als hartkloppingen én een verontrustende oorlogstransmissie from outer space.
Mocht u zich afvragen hoe de groep erin slaagt om dat ijle afstandelijke geluid te creëren: in plaats van steeds met samples te werken, perste Portishead even vaak zang- of instrumentale partijen op vinyl, waarna ze die plaat opnieuw opnamen om tot die karakteristieke wollige, dromerige en tijdloze feel van de muziek en de zang te komen.  Voeg daarbij het fantastisch trillende gitaarspel van Adrien Utley, dat Gibbons’ ‘did you really want’ nog steviger doet resoneren en je krijgt een nachtmerrie om van te dromen.

Hoogtepunt: 3’20”. Alles is gezegd, de wanhoop regeert, er is enkel omineus gehuil op te vangen vanuit de kosmos.

10. We Carry On

Elf jaar liet Portishead ons wachten op een derde album, en toen dat er eindelijk lag, bleek het een volstrekt andere affaire te zijn dan wij die band herinnerden. Single “Machine Gun” spoot de oren uit, ukulelenummer “Deep Water” deed fronsen, en net daarvoor was het “We Carry On” dat omver blies. Voor het eerst klonk de band als een rockband, en dat was ook de bedoeling, want dj’en, zo vond Barrow, was als kunstvorm dood. Onstuitbaar dramt het nummer door, over een motorik beat die blijft stuwen, om uiteindelijk los te barsten wanneer gitarist Adrian Utley eindelijk van de teugel mag. Heel erg on-Portishead, maar ook heel erg goed.

Hoogtepunt: 5’03”. Utley is los, en zijn gitaarlijn roept ‘uit de weg!’.

11. Cowboys

Een nummer dat met de aanstelling van de nieuwe Thatcher Liz Truss stilaan actueler dan ooit kan worden, na de knoeiboel die de Conservatives er bovendien al meer dan een decennium van gemaakt hebben in de UK. Stof genoeg voor die vierde plaat stilaan, denken we dan. “Cowboys” was destijds een giftige sneer naar Thatcher, John Major en de neoliberale bloedbroeder aan de overkant van de oceaan, Reagan. De titel verwijst naar de personages, cowboys, die Reagan placht te spelen – en waarmee hij eigenlijk z’n presidentiële campagne had gevoerd.

Hoogtepunt: 0’13”. De giftige film noir-sfeer druipt tergend en dreigend traag van het nummer, Gibbons injecteert nog wat vocaal arsenicum.

12. Requiem for Anna

De cocktail op basis van Serge Gainsbourgs hit “Requiem For Anna” die Portishead ons voorschotelt op de tributeplaat Monsieur Gainsbourg Revisited zouden we toch niet meteen opdrinken. De band durft al eens scherp uit de hoek te komen, maar op deze cover druipt het gif werkelijk van elke noot. De kille drums en flinterdunne gitaarlijn leggen een gevaarlijke voedingsbodem maar het is het persona dat Gibbons in haar stem weet te vatten dat het haar op onze rug doet overeind komen. Om even te kaderen: we hébben niet eens haar op onze rug. Een half octaaf lager dan gewoonlijk, hijgend en krakend klinkt het. Een stem uit een ander, duisterder, universum. Meer is er niet nodig om dit een absoluut hoogtepunt op deze plaat te maken. De luisteraar geeft hen gelijk: het nummer is ongeveer tien keer meer beluisterd dan de andere.

Hoogtepunt: 0’30”. De ijzige stem van Gibbons die binnenkomt met de op het eerste zicht onschuldige zin ‘A day like any other’. Maar we voelen dat het boeltje niet te vertrouwen is; hier zit iets achter. Onschuldigheid zal meer hetzelfde zijn.

13. Sour Times

Geoff Barrow versnelt een sample uit Lalo Schifrins “Danube Incident” tot het dat hiphopgevoel krijgt, Beth Gibbons trekt haar hart nog maar eens open. Terwijl de strijkers langoureus van James Bond-soundtrack doen, kreunt ze “nobody loves me, it’s true / Not like you do“. Het klinkt afwisselend melancholisch en smekend. “Wij waren jonkies, zij was een vrouw van 28 die zong over volwassen shit”, zou Barrow het jaren later ooit samenvatten. Stille wanhoop heeft nooit mooier geklonken.

Hoogtepunt: 1’32”. ‘Ooooh, am I / What am I?’ De vertwijfeling heeft een hoogtepunt gevonden.

14. Magic Doors

Een gierende bieptoon. Daarna een epileptisch dansritme en klanken die enkel uit een gitaar kunnen komen als je het weet. Beth Gibbons klinkt als een paranoid android. “Magic Doors” zit perfect op Third, het is er misschien wel het neurotische hoogtepunt van. Het zet de sfeer van “Machine Gun” verder maar trekt er de militante angel uit. Wat er overblijft, is een emotionele flatline. Enkel het prachtig openbloeiende refrein biedt iets van hoop, maar enkel als je er tegen dan nog naar op zoek bent. De brug schuurt en schreeuwt op een golfje van freejazzblazers. “Magic Doors” is het geluid van eindeloos met je hoofd tegen de muur bonken, in de hoop dat je uiteindelijk barsten in het beton zal maken.

Hoogtepunt: 0’25”. Tussen alle snerpende noise en percussie is daar opeens die zachte stem van Gibbons. Maar als je haar ‘I can’t deny what I’ve become/ I’m just emotionally undone/ I can’t deny, I can’t be someone else’ hoort zingen, weet je dat “Magic Doors” geen plezierritje gaat worden.

15. Humming (Roseland NYC)

Een nummer over verlangen, verleiding – en seks. De theremin voorspelt weinig goeds en hult het nummer in een akelig sfeertje (waardoor het op de soundtrack van de campy Mars Attacks! mocht figureren). Op een traag en heupwiegend tempo zingt Gibbons zwoel als ze wel vaker doet, maar hier scheert haar sensualiteit toppen die haast even hoog gaan en even ijskoud zijn als haar zang. Ze zingt als een sirene, die ultieme mythische verleidsters, die vooral ook gevaarlijk zijn – voor je het weet stort je jezelf te pletter op hun rotsen. ‘Give me all that you have / and it’s been so long, / that I  can’t explain / and it’s been so wrong’. De femme fatale aarzelt niet: als je toehapt is het te laat; weersta je de verleiding, dan zal je het je leven lang berouwen. Winnen is geen optie.

Hoogtepunt: 3’45″. Meteen ook de reden waarom we voor de Roseland NYC versie kiezen: het orkest toont zijn meerwaarde in het tweede deel van het nummer wanneer de strijkers en de theremin beginnen te neuriën en daardoor de titel eer aan doen. De scratches strijken kregelig in tegen de gladde strijkstokken die het nummer een film noir-cachet geven.

verwant

Het beste van Pukkelpop volgens enola (1998 – 2018)

Voor een laatste keer vloeken deze zomer. Nog één...

Beak> :: Allé Sauvage

Lijkt Portishead na een sterke comeback (alweer tien jaar...

Match&Fuse Festival :: 15-17 oktober 2015, Londen

In juni van 2013 trokken we naar Oslo voor...

aanraders

David Bowie :: EART HL I NG

Beste album ooit !

Sparklehorse :: Bird Machine

We dachten dat het nooit meer zou gebeuren, maar...

The Slow Show :: Subtle Love

Eigenlijk had The Slow Shows daags na verschijnen van...

Goes & Goes :: Nie Gezeverd

Bestaat er zoiets als blues uit Vlaamse klei getrokken?...

Public Service Broadcasting :: This New Noise

Geef J. Willgoose, Esq. een oubollig onderwerp en hij...

recent

David Bowie :: EART HL I NG

Beste album ooit !

test

Sparklehorse :: Bird Machine

We dachten dat het nooit meer zou gebeuren, maar...

Nicolas Barral :: Als de fado weerklinkt

De periode Salazar is een donkere bladzijde in de...
Vorig artikel
Volgend artikel

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Schrijf uw reactie
Vul hier uw naam in