Het lijkt alsof de wereld niet zonder grafstemmen kan. De ene heeft nog maar net het tijdelijke voor het eeuwige verruild en daar verschijnt Loverman al om op zijn debuutsingle “Into the Night” het licht van de ontluikende lente in de kiem te smoren.
Maar eerder dan aan de recent overleden Lanegan zal je bij “Into The Night” aan Leonard Cohen moeten denken. Het is de Cohen van de vroegere dagen, van de donkere folk uit Songs of Love and Hate waarin gitaarsnaren een opengereten hart aan elkaar proberen te naaien. Een baslijn bestaande uit twee noten die een sierlijke pas de deux ten berde brengen – met daarover een stem zo zwart als werd ze geboren en ontwikkeld in een donkere kamer. De dictie is hetzelfde, de lichtjes aanzwellende strijkers, dat fluisterende achtergrondkoor van vrouwelijke zangstemmen. Alle ingrediënten zijn aanwezig voor een tijdloze ballade.
De Belgisch-Britse Loverman schreef de song om persoonlijke en relationele besognes van zich af te schrijven, in het volle besef van ze nooit helemaal te kunnen afschudden. “All I ever do seems so long overdue / My eyes they swell and I can’t tell if anyone can see me like you do”.
De clip, tja, hopelijk is dat een fase waar Loverman doorheen zal moeten gaan. De referentie aan een tegelijk griezelige en emotioneel broze Nosferatu-achtige figuur prikkelt de nieuwsgierigheid maar leidt de aandacht net te veel af van het mooie nummer.