Met Memoria draait de gelauwerde Thaise regisseur Apichatpong Weerasethakul voor een het eerst een grote internationale productie, nadat hij eerder een festivallieveling werd en overal – meer dan terecht – prijzen in de wacht sleepte met films als Uncle Boonmee Who can Recall his Past Lives, Tropical Malady en Cemetery of Splendour. Een grote naam als Tilda Swinton op de affiche en dialogen in het Engels en Spaans, verhinderen evenwel niet dat Weerasethakul uiterst trouw blijft aan zijn eigen unieke stijl voor deze bevreemdende en hypnotiserende prent.
De opening van Memoria zorgde naar verluidt in ieder geval al voor enige controverse bij de vertoning op het prestigieuze filmfestival van New York. De film start met een secondenlang geluidloos beeld van een slaapkamer, waarna plots een luide knal weerklinkt. De projectionist in New York had blijkbaar op eigen houtje besloten het geluid stiller te zetten om de knal te dempen, iets waar de Thaise regisseur allesbehalve mee opgezet was. De cineast had gelijk uiteraard want niet alleen is de knal in kwestie de drijvende motor achter de plot van Memoria, dit is ook een film waarin geluidsdesign een van de bepalende filmische elementen is.
Dat verstorende geluid dat we horen bij de start, zet Jessica (Swinton) – een blanke vrouw die in Colombia woont – aan om op onderzoek uit te gaan en zo uit te vissen waar de knal die niemand anders schijnt te hebben gehoord, vandaan kwam. Ze probeert de ervaring te herhalen in een geluidsstudio, maar spreekt ook steeds meer mensen aan in haar poging de herkomst van het geluid te achterhalen.
Visueel gebeurt dat met de hulp van Weerasethakuls typische lang aangehouden, bijna roerloze camerastandpunten die vaak vanop afstand de personages en gebeurtenissen waarnemen. Uit die observaties groeit een bespiegeling over het geheugen en de manier waarop het individu en het gedeelde cultureel geheugen zich verhouden – met daarin op subtiele wijze elementen verwerkt over ras, herkomst en kolonisatie. Apichatpong Weerasethakul vertelde in interviews dat hij zich voor Memoria had laten inspireren door de Jacques Tourneur klassieker I Walked with a Zombie (zelfs de naam van het hoofdpersonage is een hommage) en de sfeerschepping van die film uit 1943 valt inderdaad terug te vinden in deze vaak beklemmende odyssee waarin echo’s weerklinken van het werk van zowel de Chinese cineast Jia Zhangke, auteur Gabriel García Márquez, als van bespiegelingen over het (neo) kolonialisme. ‘Zelf was ik ook een vreemde in dit nieuwe land waar ik opnames deed en dat is absoluut voelbaar in de film’ aldus de regisseur. De manier waarop geluid wordt ingezet binnen die verkenning, voegt bovendien een nieuwe dimensie toe aan het cinematografische arsenaal van de Weerasethakul en weet de kijker binnen te trekken in de verstilde wereld die op het scherm geschapen wordt.
Herinnering en geheugen – in de breedste individualistische en collectieve betekenis van die begrippen – staan in die wereld centraal, maar ook de manier waarop kunst en bij uitstek film daar kunnen mee omgaan en herscheppen in plastische vormtaal. Het visueel en auditief beleven van die taal is het centrale idee in Memoria en dat proces levert een fascinerende en intense kijkervaring op.