Meer dan tien jaar na zijn grote internationale doorbraak (en Oscarwinst) met A Separation en een paar jaar na het beduidend minder geslaagde Todos lo Saben (Everybody Knows) uit 2018, levert de Iraanse regisseur Asghar Farhadi met A Hero opnieuw een topper af die meteen tot zijn allerbeste werk mag gerekend worden.
De plot vertrekt van een uiterst simpel gegeven dat gaandeweg steeds complexere vormen aanneemt: Rahim (Amir Jadidi) die in de gevangenis zit wegens een schuld die hij niet kan aflossen, wil tijdens een penitentiair verlof een deel van zijn schulden betalen met gouden munten uit een achtergelaten handtas die zijn verloofde vond bij een bushalte. Zijn geweten speelt echter op en in plaats van het goud te verkopen, gaat hij op zoek naar de rechtmatige eigenares. Die komt de tas ook ophalen bij Rahims zuster en wanneer de onbaatzuchtige daad ter ore komt van de gevangenisdirectie, licht die de pers in, waarna een golf van solidariteit op gang komt die als doel heeft Rahims schuldeiser te overtuigen om de klacht te laten vallen en zo te vermijden dat Rahim opnieuw naar de gevangenis moet.
Reeds wanneer al die hartverwarmende emotie aanvangt, hebben we als kijker het knagende gevoel dat we eigenlijk kijken naar een langzaam dichtklappende val. We weten immers dat Rahims verhaal niet voor de volle honderd percent klopt – hij verzweeg uit discretie dat niet hij, maar zijn verloofde de tas vond – en wanneer naderhand ook de eigenares om eigen redenen zich niet in het openbaar wil kenbaar maken, begint iedereen zich tegen de protagonist te keren en verandert het fait-divers in een ware nachtmerrie. A Hero blijft echter niet steken op dat niveau. Stap voor stap voegt het scenario immers andere lezingen toe: de schuldeiser die eerst afgeschilderd werd als een gewetenloze boeman blijkt helemaal geen onredelijk persoon te zijn die bovendien zelf in de gevangenis had kunnen belanden als hij niet alles verkocht had om de borgstelling die hij tekende voor Rahim te kunnen betalen nadat het bedrijf van de jongeman bankroet ging. De man heeft een punt wanneer hij stelt dat Rahim ‘het vooral goed kan uitleggen’ en we zien de protagonist ook zelf een aantal bijzonder domme beslissingen nemen. Op geen enkel moment verliezen we daardoor sympathie voor de onfortuinlijke pechvogel, maar dit strakke morele drama wint wel enorm aan diepgang door al die bijkomende observaties.
Zoals in A Separation en The Salesman, koppelt Asghar Farhadi die verhalende subtiliteit aan een beeldtaal die nooit opvallend is, maar daarom niet minder complex. Farhadi zet een cameravoering op die nauwelijks merkbaar in beweging is en bijzonder vaak overschakelt naar ‘long shots’ die de actie en personages doen opgaan in de omgeving. Composities zijn even onopvallend, maar getuigen van een meesterlijk oog en het laatste ‘shot’ uit deze ijzersterke prent is van een indringende schoonheid waarin vorm, inhoud en emotie op schitterende wijze samenvallen.