In de VS groeide Uncut Gems totaal onverwacht uit tot een verrassende kleine hit tijdens het eindejaarsseizoen. In België wordt de film niet in de zalen uitgebracht, maar u mag onder geen beding de kans missen om deze energieke en overrompelende prent te bekijken via Netflix vanaf 31 januari.
Adam Sandler zet in Uncut Gems ontegensprekelijk een van de beste prestaties van zijn carrière neer als Howard Ratner, een Joodse juwelier wiens leven een en al schijn is, opgebouwd uit leugens, verhaaltjes en poses. Een man wiens trucs en handigheidjes een eigen schijnrealiteit zijn gaan vormen, die hij nauwelijks nog kan onderscheiden van het echte leven; een man die zelfs wanneer zijn hele bestaan in duigen aan het vallen is, niet anders kan doen dan nog maar een manier bedenken om de zaak te manipuleren en een ‘grote slag’ te slaan waaruit hij als overwinnaar kan tevoorschijn komen. Benny en Josh Safdie, injecteren Uncut Gems met dezelfde niet aflatende energie als voorganger Good Time en spinnen rond dit wervelende misdaadverhaal een even uitputtende als meedogenloze filmervaring.
Na een korte proloog in een diamantmijn – alles draait om een paar niet gepolijste, uitzonderlijke stenen – leren we Ratner kennen als een ritselaar en oplichter die met de rechterhand iets aanneemt van iemand en tegelijkertijd met de linkerhand het verpandt om zijn levensstijl te kunnen blijven bekostigen. Hij heeft een gezin en een minnares die in zijn peperduur New Yorks appartement woont, maar ook overal schulden dankzij zijn voorliefde voor risicovolle sportweddenschappen. Schuldeisers dagen zelfs op tijdens het schooltoneel van zijn dochter en elke cent die binnenkomt die zou moeten dienen om af te lossen, dient meteen opnieuw voor gewaagde weddenschappen. Via onduidelijk weg is Ratner er nu echter in geslaagd de hand te leggen op ruw materiaal uit een mijn in Ethiopië, dat bijzonder veel geld kan opbrengen tijdens een veiling. Terwijl hij zijn schuldeisers probeert een stap voor te blijven, slaagt hij er evenwel in ook die kans te verprutsen door in een typisch moment van ego-inflatie het ‘uncut gem’ uit te lenen aan basketbal-ster Kevin Garnett (die zichzelf speelt). De rest van de film is een steeds meer uit de hand lopende spiraal van causaliteiten, waarin de vaak onuitstaanbare antiheld, steeds verder verstrikt raakt.
Het moordende ritme waaraan dat alles op de kijker afgevuurd wordt geeft je voortdurend het gevoel nagenoeg buiten adem te zijn na het lopen van een marathon en slechts heel af en toe breekt er een echte emotie doorheen dit alles: Ratners moegetergde echtgenote trekt op een feest nog eens haar ‘Bar Mitzvah’ jurk aan en ze ziet er stralend uit … onhandig probeert de vervreemde echtgenoot met haar te praten, maar het is al te laat en een scène later moeten we ons afvragen of ook dit niet enkel een onderdeel is van de valse ‘hyperrealiteit’ waarin de man leeft en die enkel in zijn eigen hoofd bestaat.
Geholpen door schitterende Steadicam-choreografieën van de hand van cameraman Maceo Bishop (hij tekende eerder als voor opvallend Steadicam-werk in Spielbergs Bridge of Spies en Inside LLewyn Davis van de Coen broers), loodsen de Safdie-broers ons doorheen de brutale en niets ontziende wereld waarin de protagonist probeert overeind te blijven: van de gangen van zijn kantoor, naar de straten van New York en de dure clubs waar hij allerlei louche afspraken heeft. Knap gefotografeerd door de grote Darius Khondji (DOP voor onder andere Seven, Alien Ressurection en In Dreams) puren de makers uit het verhaal een duizelingwekkende nachtmerrie die steeds groteskere vorm begint aan te nemen.
Slechts hier en daar overspeelt de film zijn hand en wordt het niet aflatende spervuur aan obsceniteiten een beetje zeurderig nihilistisch, maar het zijn schoonheidsvlekjes op een prent die erin slaagt om de cinematografische beleving zo intens te maken, dat er eigenlijk nauwelijks de kans is om stil te staan bij tekortkomingen en we ons als kijker probleemloos en gewillig laten meeslepen in deze perfide rit.