Weinigen weten dat de klanken die Jon Amor uit zijn gitaar haalt, van een exceptionele kwaliteit zijn, en dat zijn teksten getuigen van een zeldzame hoogstaande literaire fijnzinnigheid. Hij kan met gemak naast bekende grootheden gaan staan, alleen heeft hij de pech minder commercieel te denken. Resultaat? Anno 2020 speelt de Brit nog steeds voor een select clubje mensen. Maar laat zijn naam vallen in het Benelux-bluescircuit, en ze weten allemaal wie hij is.
Twee Jon Amor-concerten op een weekend: geen overkill, maar volop genieten!
Vrijdagavond 24 januari: de Bosuil in Weert
Weert mag dan een slaperig Limburgs stadje zijn, van (blues)muziek kennen ze hier een en ander. De Bosuil is een gekende concertzaal in die middens, en het eerste weekend van mei vindt in Ospel, enkele kilometers verderop, Moulin Blues plaats. Het mag dan niet verbazen dat de Bosuil redelijk gevuld was toen de band eraan begon. Jon Amor had enkele muzikale zwaargewichten bij: drummer Mark Barrett en gitarist Dave Doherty zijn oude compagnons de route, maar ook nieuwgedienden Zak Ranyard op bas en Emma Jonson op keyboard hadden hun plaats in deze band niet gestolen: Jonson wist bij tijden verbazingwekkende boogie-woogie klanken tevoorschijn te toveren.
Eind 2018 bracht Jon Amor Colour in the Sky uit, maar hij speelde maar enkele nummers uit dit album, de rest van de twee sets bestond uit oudere, bluesy en rockende nummers. “She thought I was an eagle”, op plaat een rauw en snel gespeeld nummer, werd een slowblues, waardoor de cynisch grappige tekst nog beter uit de verf kwam: “Well she thought I was an eagle, But I was just a crow, She thought she saw me flying, But I was falling down”. Hoogtepunt van de avond was ongetwijfeld “Hit So Hard”, waarin Amor liefdesverdriet omzet in pijnlijk ontroerend gitaarspel: het ene moment gaat hij oerend hard tekeer op de snaren, om daarna stil en jankend zijn emoties de vrije loop te laten. Het rumoerige Nederlandse publiek werd er zowaar sprakeloos van, en hier en daar werd een emotionele krop in de keel doorgeslikt. Ook op “Cut Through The Graveyard” ging Amor tekeer alsof hij een vrachtwagen vol demonen moest uitdrijven. De vele gitaarduels tussen Amor en Doherty deden alle muziekliefhebber watertanden en verlangen naar meer, veel meer, maar na twee uur was het onherroepelijk gedaan, over and out!
Zaterdagavond 25 januari: St Louis Tavern in Hardenberg
Qua slaperigheid kan Weert nog wat leren van Hardenberg, ver weg in de provincie Overijssel. Het is 9 uur ’s avonds en het marktplein is koud, tochtig en leeg. Het is wat zoeken, maar blijkbaar ligt St Louis Tavern boven de plaatselijke biljartzaal. Een hele klim naar de blueshemel, maar eens boven volgt een koude douche: er zijn nauwelijks 10 mensen aanwezig. Volgens de eigenaar ligt dat deels aan het Calvinistische noorden, waar de mensen op zaterdagavond thuisblijven, maar de volle restaurants én de drukke biljartzaal getuigen van het tegendeel.
De muzikanten lieten het alleszins niet aan hun hart komen: het aanwezige publiek zou zich geen seconde vervelen. Ook al was de setlist dezelfde als in Weert, je kon toch verschillen proeven: “When the Weather turns Cold” was harder dan op plaat, en Jon Amor vuurde Dave Doherty aan om in duel te gaan met hem. Het was vanavond de beurt aan “Cut Through The Graveyard” om de award van de meest intense vertolking op zak te steken: zelden een hand zo snel zien bewegen over gitaarsnaren. Zo snel zelfs, dat die hand vervaagde. Het leek wel alsof Jon Amor nog enkele vrachtwagens demonen moest uitdrijven.
Ook in de tweede set waren de gitaargoocheltrukken niet te tellen. Hoe Jon Amor erin slaagt om al spelende steeds maar rond zijn as te draaien, blijft een raadsel. Dat hij ondertussen bijna de nek van zijn Fender tegen de bar mepte, moest hij er maar bij nemen.
Een recensent hoort objectief te zijn en afstand te houden van het onderwerp waarover hij of zij schrijft, maar dat was onmogelijk. Dus, fuck objectivity, hier sprak het hart. Bovendien, sinds Jon Amor in 2018 de drankduivel vaarwel zei, is hij steeds intenser gaan spelen. Een tendens die wij alleen maar kunnen toejuichen.