Angelo De Augustine, de man met de even hemelse naam als stem, onderneemt met Tomb een derde poging om harten te veroveren. Is de derde keer de goeie keer voor de singer-songwriter uit Los Angeles?
De vraag stellen is ze eigenlijk beantwoorden. Onder de vleugels van Sufjan Stevens op diens label Asthmatic Kitty wist De Augustine open te bloeien, en zijn lo-fi aanpak uit zijn jeugd in te ruilen voor een meer uitgekiend, geluid. De korrel raakte gaandeweg misschien uit de klank, maar in de gevoelswereld van De Augustine is die zekere grofheid intact gebleven. Zo kan De Augustine nog altijd zijn verleden en heden verbinden zonder te afgelikt over te komen.
Dat hij dus goed naar mentor en makker Stevens opgekeken heeft, en geef toe: er zijn veel slechtere leermeesters in de muziekwereld. Vergelijkingen met de grote indiegodheid zijn even duidelijk als gemakzuchtig – daar moeten we dus niet over doorbomen. Tomb is vooral de verdienste van De Augustine zelf, waar dat op eerste plaat op Asthmatic Kitty, Swim Inside The Moon dat nog minder het geval was. Toen was wel al duidelijk dat De Augustine een onmiskenbaar talent had voor intimiteit in zijn muziek te stouwen, zonder dat dat zelfs maar iets opvalt.
Neem nu de heerlijk zeemzoete nostalgie van “All To The Wind”: het is alsof De Augustine de luisteraar persoonlijk bij de hand neemt en met een zachte, ietwat weemoedige glimlach langs de mooiste momenten uit zijn herinneringen gidst. “Quite the type to treat you unkind”, weet De Augustine van zichzelf, en het voelt alsof hij dat besef plots kreeg, in die interactie met de luisteraar. Elders is de intimiteit zo ongedwongen dat we ons bij De Augustine op de schoot kunnen wanen.
Zijn ongedwongen gitaarspel, aangevuld me spaarzame pianotoetsen waar die thuishoren, helpt daarin ook een heel eind. “You Needed Love, I Needed You” bijvoorbeeld, heeft een echo op de kopstem en gitaargetokkel dat aan Bon Ivers eerste stappen in de buitenwereld herinnert. En zelfs op quirky momenten, zoals op het vrij minimale “I Could Be Wrong” met zijn aandoenlijk lelijke digitale drum als stuwende kracht, is het niet moeilijk om aan De Augustines lippen te blijven hangen.
Onder dat aaibare laagje zit evenwel een heleboel tegenstrijdige gevoelens, diepe zielenroerselen en hartenpijn verstopt. Tomb is dan ook het rechtstreekse gevolg van een relatiebreuk, maar door die liefdesperikelen te kanaliseren in zijn muziek — Tomb zou op vijf dagen voor Kerstmis geschreven zijn – kon De Augustine bijna een allesomvattende mystiek bekomen die Sufjan Stevens op zijn Carrie & Lowell perfectioneerde. Bijna, maar goed, dat ijkpunt zette Stevens wel heel ver buiten het bereik van de gemiddelde artiest. Als er iets is dat De Augustine bewijst met Tomb, dan is het dat hij ergens ook zo’n album in zich heeft.
Dat is dus nog niet voor deze poging weggelegd. Tomb is eerder een belofte voor de toekomst: wacht maar, er komt nóg beter dan deze derde keer, goeie keer.
Angelo De Augustine moet wegens stemverlies helaas verstek laten gaan voor zijn geplande (en inmiddels uitverkochte) optreden op 24 februari in Trefpunt in Gent. Tickets blijven geldig: hij belooft het zo snel mogelijk goed te maken.