Het was even stil rond Too Noisy Fish, maar nu is het drietal terug met zijn derde album. Daarop wordt de triosound verder uitgediept met als vanouds de focus op contrasten, contrasten en nog eens contrasten. Van introspectieve dromerigheid tot badinerende stunten, van zacht glijdende strelingen tot driftig pompende salvo’s, het zit er allemaal in en wordt opgediend met die aanstekelijke combinatie van vernuft, virtuositeit en humor.
Fast Easy Sick (2011) en Fight Eat Sleep (2013) katapulteerden de band meteen tot de top van de Belgische pianotrio’s. Niet verwonderlijk gezien de achtergrond, geestdrift en veelzijdigheid van de drie betrokkenen. Pianist/componist Peter Vandenberghe vormt met bassist Kristof Roseeuw en drummer Teun Verbruggen al twintig jaar de motor van Flat Earth Society en schreef intussen een zak composities bij elkaar met een heel eigen karakter.
Het is een balans waarin het unheimliche en het absurde en relativerende naadloos samengaan. Op die debuutplaat vond je pittige turbojazz, maar net zo goed cruciale levensvragen (“Curly Wurly, Napoleon”), de opvolger koppelde dan weer het akelige van Tarkovsky’s Stalker aan lullige telefoontjes op het verkeerde moment. Ook Furious Empathic Silence kent bonkende contrasten, al loopt de humor deze keer misschien wat minder in de kijker. De warm-potente sound van opener “FUD (Fredryck In Doubt)” zorgt vooral voor een donkere mars van dreigende akkoorden en een slepend ritme, met gaandeweg meer tierlantijnen in die rock vibe. Even rechtlijnig: de Satie-achtige koers van “FSS (Fiercely Shaken Not Stirred)”, waarin Vandenberghe onverstoorbaar de lyriek blijft opzoeken terwijl Verbruggen zich te buiten gaat via een doe-het-zelfatelier met pruttelende elektronica.
De contrasten zitten er niet enkel tussen de verticale relatie van de instrumenten onderling, maar ook in de horizontale beweging, met “FUQ (Frequently Unanswered Questions)”, dat een onstuimige start kent met een elastisch slingerede bas, swingende drums en een vinnig-tumultueuze piano op het raakvlak tussen Monk, Byard en Taylor, maar dan stilvalt, om heil te zoeken bij kamermuziek-achtig terrein, om uiteindelijk te belanden in een hymne-achtige ballade. Veel “-achtig”, dus, want Too Noisy Fish refereert aan een heleboel dingen zonder het echt te zijn, weet behendig eenvoudige labeling te ontwijken. Al is de cover van Missy Elliotts “Can’t Stop” een krachtig pompende bewerking die uitgroeit tot een krap huzarenstukje van timing (en let vooral op Roseeuws lekker vunzige bassound!).
Intussen bestaat er dan geen discussie meer over waar je beland bent, en vervolgens onderzoekt het trio het ongemak (“Fluicidal”) en de zone tussen meditatie en exploratie (“Aerobatology”), wordt in “FWM (Fractal Wrist Movement)” gerotzooid met ingetogen lyriek én stuwende hiphop-samples, om tenslotte te eindigen met het kaal echoënde “Nordic Laundry”, dat er zowaar in slaagt om Noordelijk-glaciale ideeën een niet weg te moffelen broeierigheid te geven. Het is Too Noisy Fish ten voeten uit: een trio dat met een soms verbluffend aplomb de kantjes eraf loopt, jazz speelt met de ballen van de rock én de finesse van de hedendaagse muziek en vooral een eclectisch buitenbeentje geworden is dat met Furious Empathic Silence zijn eerste hattrick vervolledigt.
Het album wordt maandag 21 januari voorgesteld in de Handelsbeurs (Gent), een avond in de ‘Foyer Soiree’-reeks. Voor een luttele vijf euro bent u erbij.