Vier jaar geleden verdween Anna Calvi van de radar. Al die tijd was ze echter een smeulende vulkaan, zo blijkt, want Hunter is een totale eruptie. Een album als een allegorie van zinderende seks. Oerkracht en schoonheid, woede en ontroering als in elkaar verstrengelde lijven. Een bloedstollende plaat.
Bovenal is Hunter het relaas van een zoektocht, die Calvi noodgedwongen aanvatte toen haar relatie met het Deense topmodel Freja Beha Erichsen strandde. Daarop leerde ze een Française kennen, door wie Calvi – en we citeren uit het interview dat net op enola.be verscheen – “begon te onderzoeken wat ik meer kon zijn. Ze stimuleerde me om vrijer te zijn, om te durven plezier te zoeken zonder schaamte. Ze leerde me om speelser te zijn.” Hunter ís speels, meer dan haar vorige albums, maar klinkt vooral bevrijdend. Seksueel én muzikaal.
En dat doet deugd, want we hebben ons even zorgen gemaakt over Calvi. Ook muzikaal moest ze immers een zoektocht aanvatten. Tweede plaat One Breath was niet de verwachte bevestiging op verkoop- en persgebied. Zonde voor een van de (letterlijk) meest eigenwijze stemmen van de afgelopen jaren – Brian Eno noemde haar de boeiendste muzikante sinds Patti Smith. De amper halfvolle Club die ze afsloot op de zaterdag van Pukkelpop 2014 bleek echter meer dan zomaar een accident de parcours. Een verdieping en liefst ook verbreding van Calvi’s geluid drong zich al op om van haar geen tweedagsvlieg te maken, hoe uniek haar sound ook was.
En zo geschiedt op haar derde plaat Hunter. Calvi zoekt meer de extremen op, injecteert een shot funk in het fantastische openingsnummer “Like A Man”, inclusief rotcatchy koortje, en “Alpha”. De zalvende eighties-synths in titelnummer “Hunter” balsemen het tot haar wellicht mooiste nummer tot dusver. “Don’t Beat The Girl Out Of My Boy” leidt tot een vocale duiveluitdrijving die z’n gelijke niet kent sinds pakweg “The Great Gig In The Sky”. Vuilere, uitdagende klanken in “Chain” en “Indies Or Paradise” contrasteren met de ongerepte, uitwaaierende schoonheid van “Swimming Pool” en het door haar sirenenzang tranentrekkende slotnummer “Eden”. In de dreigende moordsong “Wish” spelen verderf én catharsis afwisselend ten dans op één tegel.
Er zijn ook veel echo’s van haar eerste platen te horen, en dat is meer dan goed. Calvi’s titelloze eersteling – toen zag ze muziek al als iets seksueels – blijft een van de meest intrigerende, uitdagende debuten van dit decennium, waarmee ze een eigen wereld creëerde zoals maar weinig debuutplaten doen. De talloze Lynch-vergelijkingen in recensies waren een zwaktebod. Die eigenzinnigheid wordt nu uitgepuurd, met de hulp van Nick Cave-getrouwen Martyn Casey op bas (hoor die groove immer dreigend loensen in songs als “Indies Or Paradise”) en Nick Launay, die eerder al platen van Cave en Grinderman producete. De verruiming van haar sound komt van Portisheads Adrian Utley, die daarvoor letterlijk de juiste toetsen aanbrengt.
De relevantie van deze plaat is echter de totaalsom van de delen. Calvi heeft namelijk gewacht met iets nieuws uit te brengen tot ze écht iets te zeggen had. En dat heeft ze. Hunter gaat over de beperkingen van geslacht, over de zoektocht naar een gendervrije, seksuele identiteit. De toespelingen daarop zijn legio, vanaf de eerste zin van de plaat: “If I was a man in all but my body /Oh would I now understand you completely?” Het zweterigere “Don’t Beat The Girl Out Of My Boy” spreekt voor zich, “I’ll be the boy you be the girl I’ll be the girl you be the boy I’ll be the girl” in “Chain” ook. De boodschap van genderverwarring is duidelijk.
Hunter gáát ergens over en Calvi put zich uit om dat te verduidelijken, onder andere ook met een heus manifest waarin ze de geslachten m/v als een geforceerde gevangenis beschrijft. Dit is een plaat gemaakt vanuit en als een ode aan vrijheid. Een eruptie vanuit de onderbuik. Gut feeling. Passie. Dit is de limieten van woorden, hokjes en maatschappelijke – vaak hypocriete – afspraken met een muzikale oerkracht te lijf gaan. En slopen. Dit is een statement waar geen populistisch “De wereld draait door”-Twitter-bericht tegenop kan. Het ruimt bovenal baan voor Calvi om een enorme muzikale rijkdom te etaleren die haar de relevantie geeft die ze verdient.
Hierdoor is Hunter meer nog dan haar debuut het antwoord op de vraag “Wie is Anna Calvi?” Muzikaal is het antwoord helder, de rest houdt ze voldoende vaag, als een aangedampte ruit. Exact het effect dat deze plaat heeft, in welke kamer of treinwagon u er ook naar luistert. Hunter is een uniseks, muzikaal hormoon. Doe er uw voordeel mee.