Dag op dag acht jaar na de start van de opnames van Catch My Shoe, staat The Ex er met een nieuw album als kwartet. Als 27 Passports iets laat horen, dan is het wel dat de band aan de vooravond van z’n veertigste (!) verjaardag nog niets aan begeestering en creativiteit heeft ingeboet.
Natuurlijk zaten Arnold De Boer (zang/gitaar), Terrie Hessels (gitaar), Andy Moor (gitaar) en Katherina Bornefeld (drums/percussie/zang) intussen niet stil. Er waren albums met Getatchew Mekuria en Brass Unbound, singles met Selvhenter en Fendika. Er waren meer dan vierhonderd concerten (waaronder een reeks tijdens een paar memorabele verjaardagsfestivals) en natuurlijk nog de nevenprojecten. Met Terp (Hessels), Makkum (De Boer) en Unsounds (Moor) staan de leden aan het hoofd van eigen(zinnige) labels en zijn ze druk in de weer met eigen uitlaatkleppen. Maar toch: hoog tijd voor vers materiaal en een nieuwe plaat. Einde 2017 trok de band de weg op met een grotendeels nieuwe setlist en dook twee dagen de studio in. Het resultaat is er nu.
Het is onnodig maar wel verleidelijk om deze band te vergelijken met het stelletje snotneuzen dat in 1980 uit de krakersscene van Amsterdam opdook met Disturbing Domestic Peace. Qua snelheid wordt intussen een versnelling lager geschakeld, de songs van vandaag zijn haast epische veldslagen in vergelijking met de compacte brokjes van weleer, en de militante bitsigheid van toen heeft plaats geruimd voor een even betrokken, maar sterk gewijzigde, positiever klinkende instelling. Dat de band oorspronkelijk het anarchopunk-label opgekleefd kreeg, valt gezien die context perfect te verklaren. Dat sommigen nu nog altijd de nadruk vestigen op die anarchie, getuigt vooral van kortzichtigheid, want anno 2018 heeft The Ex amper nog uitstaans met de rigide slogans en het dedain voor andersdenkenden dat daar zo vaak bij komt kijken. Als er al een link gelegd moet worden met een slogan, dan is het er misschien eentje van The Minutemen: “Punk is whatever we made it to be”. Die zetten ze om in de praktijk. Steeds opnieuw, met elke plaat. Dit is een band die met geen andere te vergelijken valt, en die de hand uitsteekt naar wie op zoek is naar uitwisseling, samenwerking, wederzijdse verrijking. Het draait om mensen.
Het draait ook, en misschien meer dan ooit tevoren, om ritme. Het zit ‘m ongetwijfeld in de opzwepende, manische, hypnotiserende en cyclische patronen van Bornefeld, die erg prominent in de mix zit en de onstuitbare motor van de band vormt. Vanaf opener “Soon All Cities” – samen met afsluiter “Four Billion Tulip Bulbs” de enige song die al een hele tijd deel uitmaakte van hun concerten – beland je immers in die bezwerende structuren waarin herhaling, herhaling en nog eens herhaling centraal staat. The Ex staat nog altijd voor een onweerstaanbaar, aanstekelijk minimalisme, desnoods enkel met een koebel of via plots opduikend handengeklap. Maar meer nog dan al die dingen, gaat het misschien om een intern, gedeeld ritme. Dat deze band zo gretig en zo virtuoos de grenzen van de chaos opzoekt zonder aan ritmische vasthoudendheid in te boeten, en zonder die gebalde focus te verliezen, is bijzonder. Misschien is de verklaring daarvoor te vinden in het besef dat ze, zoals meesterpercussionist Milford Graves ooit eens omschreef, niet noodzakelijk het ritme van de metronoom, maar van de collectieve hartslag volgen. Het hart staat hier centraal, is de eenheid van vereende krachten, iets dat onverwoestbaar is (“The Heart Conductor”).
Dat zorgt er ook voor dat 27 Passports aankomt als een uitbundige ode aan het leven, ook al zitten er in de cryptische teksten heel wat verwijzingen verscholen naar maatschappelijke bekommernissen en ontsporingen. In “Soon All Cities” deelt De Boer een onheilspellende toekomstvisie die iets heeft van een dystopie waarin de monocultuur heerst en elk onderscheid weggegomd wordt (“Soon all cities will have the same restaurants / Soon all cities will have the same roundabouts / Soon all cities will have the same governments,…”). Het contrast met de muziek kan amper groter zijn, want zodra de remmen los gaan, tuimelen gitaren over, door en langs elkaar als een stel jonge honden dat elkaar voor het eerst besnuffelt met een mix van uitgelatenheid en nieuwsgierigheid. Het is een voortdurend spelen met dissonantie en de dreiging van de chaos, die altijd nét afgehouden wordt, maar zorgt voor een knetterende elektriciteit.
Zowel tekstueel als muzikaal staat afwisseling centraal. Is het soms zoeken naar betekenis in de elliptische en absurd getinte teksten (met het mysterieus stampende “This Car Is My Guest” voorop), dan wordt er tussen de regels door wel verwezen naar consumentisme, kapitalisme, ongelijkheid, ecologie, racisme en de rol die taal in dat alles te spelen heeft. Zo werd het korte “Silent Waste” geïnspireerd door een tekst van de Surinaams-Nederlandse antropologe Gloria Wekker, die met Witte onschuld een ophefmakend boek schreef waarin ze o.m. het gebrek aan zelfkritiek bij de hoogopgeleide, zelfverklaard linkse Nederlander aankaartte, net als het feit dat taal, zo beladen met geschiedenis en betekenis, vaak tekortschiet. Haar “Alsof een woord vergeet waar het geweest is” wordt bij De Boer “As if words have no memory / as if words never go anywhere” en vervolgens verder uitgewerkt. De liefde voor taal keert meteen erna ook terug via “Piecemeal”, met een stapeling van opvallende beelden waarvoor De Boer zich liet inspireren door “Stadichoanwei” (wat zoiets als ‘gaandeweg’ betekent), een gedicht van de in 2013 overleden Friese dichter Tsjêbbe Hettinga, die ongetwijfeld ook van invloed moet geweest zijn op de koers die hij momenteel vaart met Zea.
Het is bovendien een song die, net als “New Blank Document” iets eerder, voortbeweegt met een massieve muur van gitaren (een geinig contrast met het nasale effect op De Boers zang), maar de wringende intensiteit van die eerdere song stap voor stap vervangt door een langzaam binnensluipende melancholie. Het middenblok van het album (want 27 Passports voelt een beetje aan als een 3-4-3-structuur) wordt afgerond met het buitenbeentje “Birth”, waarin Bornefeld de zang voor haar rekening neemt, ondersteund door een band die speelt met een tussen jazz en folk slingerende vloeiendheid.
Het machtige slotluik start met een zeldzaam instrumentaal stuk. Tijdens de voorbije concerten was “Footfall” al goed voor een machtige storm van ritme en gitaren, en dat is in deze studiogedaante eigenlijk niet anders. Een loepzuivere kopstoot die ei zo na aan het leviteren slaat, met een spreidstand tussen aanhoudende motiefjes en ziedende energie (en weer die hartslag!) die tot stilstand komt in een moeras van ontregelde vrijheid. Met het laatste een-tweetje wordt opnieuw meer licht binnengelaten. Muzikaal toch. “The Sitting Chins” laat de invloed van hun geliefde Afrikaanse muziek horen, maar brengt die samen met withete gitaarsalvo’s en drumroffels, terwijl “Four Billion Tulip Bulbs” eigenlijk een geweldige optelsom van elementen is. Een song die wordt opgehangen aan een van de eerste speculatieve bubbels (de tulpenmanie van 1636), en die meeneemt naar de XL-industrie van de 21ste eeuw (“It was the worst job I ever had”), opnieuw terend op dat heen-en-weer-gekets tussen dat speelse, hoge melodietje van De Boer en de gortdroog stuwende baritongitaar van Moor.
27 Passports is niet het geluid van een band die op z’n lauweren rust en de makkelijkste koers kiest. Het is exact het omgekeerde. Het is een album dat in het verlengde ligt van Catch My Shoe, maar een heel nieuwe reeks ideeën en ervaringen verwerkt in songs die barsten van inventiviteit, menselijkheid en die onmiskenbare Ex energie. De songs zetten aan tot denken én dansen, herinneren je aan het potentieel van een band die er staat als een hecht organisme. Het is dan bijna onvoorstelbaar dat het viertal er live vaak in slaagt om er nog een schep bovenop te doen, met De Boer die steevast in een sandwich belandt tussen de rondhossende, bijplamurende en heen en weer botsende Hessels en Moor, en met Bornefeld als spelverdeler die haar kompanen nog nét in het gareel houdt. 27 Passports is een prachtplaat van een band die je nooit als vanzelfsprekend zou mogen beschouwen.
De band zit in het midden van een reeks Nederlandse concerten. Alle data HIER. Het album, dat ook een fotoboek bevat van gitarist Andy Moor, verscheen bij Ex Records en kan besteld worden via de website (cd & lp) of Bandcamp (digitaal).