De wereld is naar de verdoemenis. De aarde blijft opwarmen, aanslagen worden gepleegd en zelf voel ik me ook al niet al te best. Te zwartgallig zegt u? Gelukkig is er vanaf vandaag voor de liefhebbers van het grote scherm therapie te verkrijgen voor de prijs van een bioscoopkaartje! De verfilming van Griet Op de Beecks debuutroman uit 2013 leert ons immers dat je niet zomaar je lot mag aanvaarden, je moet het bestrijden.
Vele Hemels Boven de Zevende volgt een handvol personages die elk met elkaar verbonden zijn. Eva is een dertigjarige criminologe en hardnekkig single. Haar vader Jos is dan weer hardnekkig alcoholist. Daarbovenop is zijn echtgenote —Eva’s moeder— een onuitstaanbare, egocentrische manipulator die haar dochter een eetprobleem aanpraat door haar voortdurend attent te maken op die overtollige kilootjes. Verder heeft Eva nog een zus, Elsie, die overspel pleegt en is de dochter van Elsie, Lou, een onzekere puber met vele vragen over populariteit en geluk. Ieder huisje heeft zijn kruisje, maar in Jos’ familie wordt er alles aan gedaan om het kruis dat op ieders schouder rust los onder de mat te vegen.
Als je hem nog niet zag aankomen: Vele Hemels zal het belang van praten aankaarten. Uit het handvol personages, komt de waarheid uit Lou’s mond: ongelukkig zijn mag je niet zomaar aanvaarden. Mooie boodschap dus, maar zelfs de mooiste boodschappen hebben een degelijke verpakking nodig om tot zijn recht te komen. Visueel schort er in principe weinig met die verpakking, met het scenario des te meer. Het scenario is onder handen genomen door Op de Beeck zelf, uit moederinstinct om haar eerstgeborene te beschermen van verfoeilijke adaptaties. Toch bevestigt Vele Hemels dat je je kind soms ook moet kunnen loslaten. De dialogen lopen meer dan eens stram, en zijn de vertolkingen bijgevolg ook vaak zelf de weg kwijt. De cast bestaat nochtans uit vaste waarden als Viviane de Muynck, Sara de Roo en Koen de Graeve. Maar met personages die zo veel vlees verloren zijn in hun adaptatie dat ze karikaturen geworden zijn, kan je nu eenmaal niet bijster veel aanvangen.
“Niemand beloofde ooit dat het leven geestig zou zijn” zegt Jos. Vele Hemels zal dat ook niet ontkennen, maar wil toch terzijde even laten weten dat als het niet geestig is, het misschien ook wel een klein beetje aan jezelf ligt. Het doel is om ons te overtuigen dat het leven maakbaar is, dat je gelukkig kan worden als je maar hard genoeg in de kracht van verandering gelooft. Hoewel de film zware thema’s als kanker, verslaving, depressie en schuld aankaart, is het niet de bedoeling dat u droef de zaal uitstapt. Met deze nieuwe moraal kan zelfs u uit het diepe tranendal van het leven klimmen!
De keuze voor Spinvis als soundtrack lijkt daardoor bijna ironisch. “Reis ver, drink wijn, denk na, lach hard, duik diep, kom terug” zingt hij in het nummer Kom Terug, één van de weinige nummers in zijn oeuvre die inhoudelijk in de buurt van klefheid zouden kunnen komen. De keuze voor dit nummer als rode draad lijkt dus niet toevallig. Het grote contrast is echter dat poëzie en zelfreflectie in zijn nummers hem niet vreemd zijn. Schoonheid en troost, weet Spinvis, valt niet enkel te plukken uit een stereotiep moraallesje.
Vele Hemels lijkt van hetzelfde bedje ziek als z’n gelijknamige roman, zij het niet zieker. De ene oneliner na de andere wordt afgeschoten, met als mikpunt het Grote Sentiment. Het daagt niet uit, het is niet verrassend, en de handelingen en personages zijn in een keurslijf gedwongen in functie van die zee van emoties. Degene die Op de Beecks roman in eerste instantie al niet konden luchten, zullen zich tijdens de verfilming nog steeds vele helskringen onder Lucifers nolleputje bevinden.