Een kont in body met tijgerprint en fluoroze leggings op de cover, maar toch laat Annie Clark op Masseduction haar gezicht zien. Een van de vele misschien, maar toch: het is een van de sterktes van dit vijfde album.
Annie Clark als St. Vincent, dan denk je de laatste jaren misschien vooral aan futuristische kitsch, poses en het betere acteerwerk. Het grote publiek bleek er sinds het vorige album, St. Vincent, voor gewonnen en de roddelpers kon zich naar hartenlust laven aan haar korte relaties met Cara Delvigne en Kristen Stewart. Je zou dan denken dat ze zich nog sterker in haar personage gaat verstoppen, maar deze plaat wordt dan net eentje met steeds meer stukjes waarop ze haar kwetsbaarheid omarmt. Het eigenzinnige wicht!
Zo is er het gitzwarte “Smoking Section” over zelfmoord: “Sometimes I sit in the smoking section / Hopin’ one rogue spark will land in my direction / And when you stomp me out, I scream and I’ll shout / Let it happen, let it happen, let it happen”. “New York” is het decor van de plek waar ze afscheid moest nemen. Neem plaats op de eerste rij wanneer ze kronkelt tussen de lakens in het titelnummer “Masseduction”: “I can’t turn off what turns me on / I hold you like a weapon”. Het heeft allemaal een iets minder Alice in Wonderland-gehalte dan een paar jaar geleden.
Voor je denkt dat dit een ingetogen en contemplatieve plaat is geworden: dat nu ook weer niet. Clark doet beroep op Sounwave, beatleverancier van Kendrick Lamar, en een koperen bijdrage van Kamasi Washington, bijna een must als je met je tijd mee wil tegenwoordig. Ex-lief Delevigne duikt zelfs hier en daar in de backings op. De gitaar wordt grotendeels naar de achtergrond gewezen en maakt plaats voor synths en drumcomputers. Dat resulteert in het tegen Prince schurkende “Savior” of “Sugarboy”: het “I Feel Love” (Donna Summer) van deze plaat.
Het valt ook niet te ontkennen dat Clark gewoon een steeds betere songmaker aan het worden is. Het vraagt een gezonde dosis organisatietalent om alles wat uit haar hoofd komt — en dat is nogal wat — kundig te kanaliseren. “Pills” is vooral een tongue in cheek nummer over ons stijgende pillengebruik, maar “Hang On Me” is bijvoorbeeld nog altijd St. Vincent ten voeten uit, een heerlijk melodieus popnummer, ijl gezongen als een kanarie in de steenkoolmijn. Niemand die trouwens zo elegant op kopstem overschakelt.
Nog meer contrasten? Het door beats vooruitgestuwde “Los Ageless” (inclusief woordspeling) en het lieflijk trage “Slow Disco”. Het is moeilijk om in één mindset te geraken met Masseduction. Maar laat die eigenzinnigheid net de kracht zijn van deze plaat. Hoe de sobere piano en pedal steel van “Happy Birthday, Johnny” een privé-eiland mag zijn tussen het theater van “Los Ageless” en “Savior”. Onvoorspelbaarheid als wapen, maar dat dit Masseduction een voorlopig nieuw hoogtepunt is, dat was dan wel weer te verwachten.