Maandelijks selecteert enola.be op vraag van Poppunt een aanstormend talent uit de grote vi.be-poel. Deze keer: Maris
Belgen en buitenlandse ambitie: het is zelden een geslaagd huwelijk. Maris, waarachter de Leuvense zangeres Mariske Broeckmeyer schuilgaat, kan je echter moeilijk van een gebrek aan durf beschuldigen. Momenteel woonachtig in New York, spendeerde ze vorig jaar zes maanden in IJsland en dat bleek lang genoeg om er een bundel songs aan over te houden. Die bracht ze een tijdje terug uit onder de noemer On Gods and Other Things. Het is een cliché zo huizenhoog dat je er een speciale brandverzekering voor moet afsluiten, maar luisterend naar de muziek is het onmogelijk niet aan noordelijke natuurbeelden te denken. “How’s Things” is zachtjes knisperende elektronica die aan Efterklang ten tijden van Tripper doet denken. Daartussen zweeft de op het eerste gehoor ietwat excentrieke stem van Broeckmeyer tussen, maar eens ze zich tussen je oren nestelt wens je dat ze daar nooit meer weggaat. Binnen België is Amatorski een ietwat aanwijsbare zielsgenoot. Hoe meer nummers de revue passeren, hoe meer echter duidelijk wordt dat Maris op indrukwekkende en mature wijze met haar muziek al een eigen soort niche heeft weten te vinden. Een niche waar geluiden mogen stromen zonder per sé ergens naar toe te gaan (en dat is positief bedoeld). Tegelijk wringt het in nummers als “The Alignment of Things” ook genoeg om niet te gaan vervelen. “Absurd Abruptness” lijkt zo als het ware een gevecht met zichzelf aan te gaan. Björk is daarbij nooit ver weg, maar evengoed weerklinken verwijzingen naar iemand als Morton Feldman. Luisteren naar de muziek van Maris is als kijken naar een schimmenspel waar je geen vat op weet te krijgen. Stem is daarbij een even belangrijk instrument als de occasionele belletjes en zachte, subtiele beats. Maris is geen easy listening, maar wel muziek om langzaam in te verdwalen, terwijl je mond meer en meer openvalt.