Het was Dave Rempis ook opgevallen, dat dit concert van Ballister bijna exact twee jaar na het vorige viel. 22 maart 2015 is dan ook een dag die heel wat improvisatieliefhebbers niet licht zullen vergeten, want het trio speelde op diezelfde locatie toen een ontvlambare set, die bovendien vereeuwigd werd op een release die vanaf dit concert te koop zou zijn.
Een dubbelslag voor Ballister, want onlangs bracht Rempis op zijn eigen Aerophonic Records het uitmuntende Slag uit, dat opgenomen werd tijdens dezelfde tour. Samen met Low Level Stink, een gelimiteerde lp/dvd die wordt uitgebracht door Dropa Disc, biedt het album dus een prachtig aandenken aan twee concerten die uit de doeken deden waar de band op dat punt stond. Nu moet er meteen aan toegevoegd worden dat Ballister geen band is die voor elk seizoen een andere stijl in de aanbieding heeft. Integendeel, de kracht van het trio schuilt er net in dat de individuele sterktes zelfs na een lange periode van inactiviteit op elkaar gelegd kunnen worden, en dat het steeds opnieuw tot een speciale chemische reactie leidt. Het is niet zozeer een stijl die verandert, maar het moment en de inspiratie die de focus en dynamiek van die avond bepalen.
Bij voorkeur zou het natuurlijk geen herhaling worden van die avond in 2015, en dat werd het ook niet. Deze keer ging het over twee sets, want de drie meteen noopte tot het hanteren van een redelijk afwijkende aanpak. Deze keer geen consistent aangehouden spanning in een set die steeds leek te winnen aan cumulatieve energie om uiteindelijk te exploderen in een uit z’n voegen barstende furie, maar twee sets die deze keer meer hadden van een eb en flowbeweging, met in een totaalduur van zo’n anderhalf uur nog altijd een paar momenten van onwaarschijnlijke intensiteit, maar deze keer ook meer nuance en variatie.
Het benadrukte dan ook dat Ballister zoveel meer is dan een stel geweldenaars. Ze begeven zich zelden op het terrein van het echt abstracte of detaillistische spel dat sommigen van hun collega’s graag tentoonspreiden, maar bij momenten had het helemaal niets meer van een robbertje vechten of tegendraads wringen, maar van een rondetafelgesprek waarin de nadruk voortdurend verschoof van de ene naar de andere. Na een paar minuten stonden ze al met het vuur aan de lont, maar Nilssen-Love viel naar goede gewoonte stil met zo’n enorme knal, waarna Rempis en cellist Lonberg-Holm begonnen aan een duoluik dat zo bedrijvig was ,dat het onbegonnen werk om uit te maken wat je hoorde: een dialoog, geredetwist, een rondje I’ll see you and I’ll raise you, of nu en dan zelfs een imitatieconcours, met frequenties die ei zo na begonnen te flirtten.
Lonberg-Holm zat soms zo’n beetje neurotisch op die pedalen te klikken, maar het kleurengamma dat hij uit die cello haalde – van zacht bedwelmend zingen tot stug schuren en haast pure noise als straaljagermotoren – kwam deze keer volledig tot z’n recht en bepaalde in sterke mate de auditieve rijkdom die ontplooid werd. De anderen lieten zich niet onbetuigd: Rempis soleerde met die kenmerkende bevlogenheid, meestal op altsax, een paar keer ook op tenorsax, waarbij nog eens opviel dat hij niet enkel in opbouwfase, maar ook tijdens soms hysterische pieken bleef blazen met een enorme behendigheid en controle. Hebben anderen, inclusief (of vooral) geweldenaars als een Brötzmann of Gustafsson, de neiging om tijdens die wringende explosies vooral terug te vallen op ontzette kreten, knalsirenes of doodsgereutel, dan leek het wel alsof Rempis maar door bleef gaan met die vliegensvlugge riedels. Steeds een extra zetje in de aanbieding. Indrukwekkend.
Zet daar Nilssen-Love bij, en je hebt vuurwerk. De man stampt soms zo hard op dat basdrumpedaal, dat het aanvoelt alsof aan napalmbombardement plaatsvindt voor je neus. Elke plof, elke impact een donderslag van finale, onomkeerbare ravage. Dat geweld in combinatie met die houterige lichaamstaal en dat afgewende hoofd lijkt een primitieve, onbehouwen kracht te suggereren, maar dan doe je ’s mans vermogen tot het creëren van een vloeiende, immer bewegende ondergrond tekort. Hij blijft een fenomenale motor, die energie en een onwaarschijnlijke ritmische drive verenigt. Er zat nuance en dosering in deze sets, met heel even ook een bedwelmend lyrisch stukje van Rempis, maar het ensemblespel is waar het om draait bij dit trio. En dat leverde meer dan eens vuurwerk op met een genadeloze intensiteit.
De manier waarop ze op elkaar inspeelden en de temperatuur stap voor stap de hoogte in joegen, en hoe ze een set én concert afrondden met een gezamenlijke, perfecte gecoördineerde eindBOEM, het was ronduit verbluffend. Het was dan ook onbegonnen werk om te zeggen of dit concert even goed was als het vorige. Het was vooral anders. Minder gebald dan in 2015, en dus met een minder rechtstreekse impact en meer oppervlakkige verwondingen, maar eigenlijk wel gevarieerder, met meer info over de beschikbare mogelijkheden. Een kwestie van voorkeur, maar sowieso een meesterlijke demonstratie.
‘Low Level Stink’ verscheen in een oplage van 300 stuks en kan besteld worden via Dropa Disc. ‘Slag’ is verkrijgbaar via de Bandcamp-pagina van Aerophonic Records (digitaal) of via de labelsite (cd).