Paspoorten gooiden roet in het eten van wat een double bill als ritmische hoogmis moest worden. Toch hield Tortoise verdienstelijk de heilige vlam van de groove brandende, als een oude Amerikaanse dieselmotor: traag en aarzelend in het begin, maar eenmaal vertrokken wel stevig opzwepend.
Konono No. 1 zat nog vast in Congo, dus werd in allerijl Go March opgetrommeld om het gat in de affiche te dichten. Dat is geen sinecure, want de Congolese band staat er om bekend bijzonder ophitsende feestjes neer te zetten en was ongetwijfeld de hoofdreden voor een groot deel van het publiek om naar Antwerpen af te zakken. Wanneer we het Openluchttheater binnenwandelen staat Go March te spelen voor een nauwelijks voor een derde gevuld halfrond. Het zittende publiek kijkt de band nogal apathisch aan en applaudisseert beleefd, maar de vonk is hier duidelijk nog niet overgeslaan.
Dat ligt misschien meer aan de setting dan aan het vakmanschap van het Antwerpse drietal. Go March klinkt een beetje als het recente werk van Mogwai: breed uitwaaierende synths die zich om minimalistisch gitaarwerk wikkelen met stevig bonkende drums erbij. Weet Mogwai daarmee echter maar gedeeltelijk te overtuigen, dan heeft Go March hier duidelijk wel zijn gading gevonden. Met een absoluut minimum aan melodie mikt de groep op trance door het opbouwen van intensiteit binnen aangehouden dreunende akkoorden. Origineel klinkt het niet echt, maar het overtuigt best wel.
Een gebrek aan originaliteit is niet bepaald een verwijt dat je voor de voeten van Tortoise kan werpen. De groep bestaat ondertussen al bijna dertig jaar en bracht daarbij al zeven reguliere studioplaten uit die allemaal behoorlijk verschillend territorium verkennen. Nieuwste worp The Catastrophist is binnen dat oeuvre weliswaar geen hoogvlieger, misschien net omdat het vijftal wat te veel op veilig speelde. Gelukkig is er meer dan genoeg songmateriaal uit de lange geschiedenis voorhanden om een indrukwekkende setlist in elkaar te puzzelen.
Al is het natuurlijk onvermijdelijk dat daarbij een zekere nadruk op nieuw werk komt te liggen, en daar ligt hem meteen de grootste zwakte van deze set. Enkele nummers uit The Catastrophist (de titeltrack, “Ox Duke” en “Yonder Blue”) passeren vroeg in de setlist en weten maar matig te overtuigen met hun luie ritmes en weinig begeesterende melodieën. Dieptepunt daarvan is wellicht het atmosferische “Yonder Blue” dat zonder de vocale ondersteuning van Georgia Hubley (Yo La Tengo) behoorlijk op zijn gat valt.
De schwung begint er dan ook pas een beetje in te zitten als de groep ouder werk aanboort. Wanneer een van de grootste sterktepunten van Tortoise wordt ingeschakeld in “Gigantes” (uit vorige plaat Beacons Of Ancestorship), de twee drumsets die vooraan op het podium staan te blinken maar die tot dan toe nog niet tesamen bespeeld zijn, begint de motor van deze oude knarren eindelijk op toeren te draaien. Daarna maakt de band immers de wijze keuze om op goed gerodeerd werk te focussen, op songs die hun kunnen in een livecontext reeds uitgebreid bewezen hebben.
Het zijn dan ook vooral de songs uit carrièrehoogtepunt TNT die de bal binnenkoppen: “Ten-Day Interval” dat bijna naadloos in “Swung From The Gutters” overloopt, en vervolgens een gelijkaardig truukje in “Monica” (uit Standards) en “In Sarah, Mencken, Christ, and Beethoven There Were Women and Men”, allemaal nummers waarin dat ritmegevoel uit de duizend volop wordt uitgespeeld en die een bescheiden feestje doen ontstaan op de eerste rijen. De pret kan dan zelfs niet bedorven worden met twee nieuwe nummers “Gesceap” en “The Clearing Fills”, die al bij al vrij goed hun mannetje staan tussen de giganten van het vroegere Tortoise werk.
Daarna is het door spaghettiwesterngitaar aangedreven “I Set My Face To The Hillside” de perfecte sfeervolle afsluiter, mooi gespiegeld door het gelijkaardige “Among The Banks Of Rivers” (uit doorbraakplaat Millions Now Living Will Never Die), dat de gulle bisronde mag besluiten. Tegen dan is de zon ook ondergegaan en baadt het Openluchttheater in de sfeervolle nachtverlichting. Het lijkt erop dat Tortoise die inzettende donkerte nodig had om de drive te vinden om een sterke show neer te zetten.