The Jungle Book

De Disney studio’s zijn momenteel bezig aan een al bij al niet bijster ambitieus meerjarenplan om hun animatiecatalogus gestaag te voorzien van live action-remakes. Sleeping Beauty kreeg al een make-over in de vorm van Maleficent, Cinderella werd in een nieuw jurkje gestoken door Kenneth Branagh (hoewel, zo nieuw was dat jurkje helemaal niet), in 2017 komt er een nieuwe versie van Beauty and the Beast met Emma Watson en dit jaar mogen we ons vergapen aan Jon Favreaus update van The Jungle Book. Op zakelijk vlak zijn die remakes, reboots en re-do’s natuurlijk een goed idee: het concept van de films is per definitie al bekend, waardoor nostalgische volwassenen al snel geneigd zullen zijn om er met hun kroost naar te gaan kijken. Die overname van Lucasfilm moet tenslotte terugverdiend worden. Maar tot op heden heeft die opzet nog niet echt memorabele films opgeleverd. Jungle Book, dat juichend onthaald werd door critici in binnen- en buitenland, is absoluut de beste film die we in dat rijtje al gezien hebben. Maar om nu meteen van een meesterwerk te spreken, zoals veel mensen doen… Dat dan ook weer niet.

In plaats van terug naar de bron te gaan en de verhalen van Rudyard Kipling een frisse interpretatie te geven, blijven de makers hier erg trouw aan het concept van de klassiek geworden tekenfilm uit 1967. De episodische plotstructuur blijft bewaard: “mensenjong” Mowgli wordt in de jungle opgevoed door wolven, tot de gemene tijger Shere Khan lucht van hem krijgt en zweert om hem op te eten. De panter Bagheera besluit Mowgli voor zijn eigen veiligheid naar een mensendorp te begeleiden en onderweg volgen er dan ontmoetingen met een troep trotse olifanten, de slang Kaa, apenkoning King Louie en (uiteraard) Baloo de beer.

Het verhaaltje van de tekenfilm stelde op zich dus niet zo gek veel voor: in essentie was het een road movie doorheen de jungle, die zich in horten en stoten voortbewoog van het ene muzikale set piece naar het andere. Jungle Book anno 1967 draaide helemaal om de liedjes en de geinige personages. Jungle Book anno 2016 behoudt die magere structuur en bevat, op een paar uitzonderingen na, ook dezelfde ontmoetingen met verschillende personages – de olifanten, de slang Kaa, King Louie en Baloo maken allemaal hun opwachting. Alleen is de toon een stuk minder zorgeloos en fun, en zijn er maar twee liedjes uit het arsenaal van de gebroeders Sherman bewaard gebleven. (Nuja, eigenlijk drie: Scarlett Johansson mag nog een versie van Trust in Me, het liedje van Kaa, bij elkaar hijgen tijdens de aftiteling, maar het zit niet in de film zelf.)

Begrijp ons niet verkeerd: de ademloze bewondering die de meeste mensen hebben voor de technische prestaties in Jungle Book, is volledig terecht. Het enige dat écht is in de film, is Neel Sethi, de 13-jarige jongen die Mowgli speelt, en de rekwisieten hij in zijn handen heeft. Al de rest – niet alleen de dieren maar dus ook de volledige jungle waarin hij rondloopt, is digitaal gecreëerd in een studio in Los Angeles. Probeer maar eens te ontkennen dat het er allemaal honderd procent realistisch uitziet. Puur op technisch vlak is dit grensverleggend werk, in de ware betekenis van het woord: de ploeg achter Jungle Book bouwen op een indrukwekkende manier voort op wat hun voorgangers onder andere deden in films als Avatar. Ook in James Camerons kaskraker moesten echte acteurs naadloos hun plek vinden in een volledig digitale wereld, maar leg de twee films naast elkaar en je ziet dat het effect in Jungle Book nog een stuk beter is: minder Playstation-achtig, organischer, tastbaarder.

Jon Favreau blijkt trouwens echt wel geleerd te hebben van zijn ervaringen met Iron Man en Cowboys and Aliens wat betreft het ensceneren van actie: hij vertrouwt meer op dynamische camerabewegingen dan op snelle montage om het tempo er in te houden en dat zorgt er voor dat de continuïteit van de actie meestal wel bewaard blijft. De geografie van zijn scènes is duidelijk: we weten altijd wie waar is en wie wat aan het doen is, wat een niveau van coherentie is dat veel actieregisseurs (ja, we kijken naar jou, Michael Bay!) hem mogen benijden.

Visueel en technisch hebben we dus absoluut niet te klagen over Jungle Book. Het probleem is alleen dat de toon van de film erg onzeker is. Let op de scène met King Louie: Louie wordt in het verhaal opgevoerd als een onheilspellende, dreigende persoonlijkheid, wiens introductie in de film visueel een dikke knipoog geeft aan de eerste scène van Marlon Brando in Apocalypse Now. De suggestie is dat hij, net als Kurtz in Apocalypse, een waanzinnige generaal is wier troepen hem blindelings gehoorzamen. En dan… Tja, dan begint hij I Wanna Be Like You te zingen en slaat de toon plots over in farce. Pas op, Christopher Walken die “Oo-ih-oo, I wanna be like you-oo-oo” zingt in zijn kenmerkende Christopher Walken-ritme, dat is op zich sowieso al de prijs van een cinematicket waard. Maar het past gewoon niet op dat moment.

En dat is kenmerkend voor de film: Jungle Book wil tegelijk een volwaardige avonturenfilm zijn die adolescenten naar de zalen kan lokken, maar ook een kindvriendelijk fantasietje, waarin elk donker of dreigend momentje zeer snel doorprikt moet en zal worden. Jon Favreau vindt nooit echt de manier om die twee impulsen met elkaar te verzoenen, waardoor je een erg schizofrene film krijgt.

Hoewel het niet echt sympathiek overkomt om dertienjarige kinderen te bekritiseren, is het overigens duidelijk dat Neel Sethi voornamelijk op basis van zijn looks is gecast. Hij ziet er uit als een ideale Mowgli, maar wanneer hij echte emoties moet vertolken, schiet hij vooralsnog tekort. De montage van de film wekt soms de indruk dat Favreau Sethi’s vertolking voor een groot deel achteraf heeft moeten samenstellen. Gelukkig wordt dat tekort deels opgevangen door de waanzinnig knap geanimeerde dieren, die stuk voor stuk de stem van klasse-acteurs meekrijgen: Idris Elba is Shere Kahn de tijger, Ben Kingsley is Bagheera en de onnavolgbare Bill Murray is aandoenlijk als Baloo.

Favreau en zijn team creëren een schitterende wereld in Jungle Book en er zijn momenten waarop het allemaal werkt. Het zou alleen mooi zijn geweest als de makers iets meer creativiteit hadden getoond in hun storytelling (de verhalen van Rudyard Kipling bieden nochtans zoveel mogelijkheden!) en als ze een definitieve toon hadden gekozen waar ze zich dan aan hielden.

Met:
Neel Sethi, Ben Kingsley, Bill Murray, Idris Elba, Scarlett Johansson, Christopher Walken, Lupita Nyong'o
Regie:
Jon Favreau
Duur:
105 min.
2016
VS
Scenario:
Justin Marks

verwant

The Mandalorian: Seizoen 3

Toen in 2019 The Mandalorian van start ging was...

The Book of Boba Fett

Wie is Boba Fett? Waarom is een bijna onbeduidend...

Ghostbusters: Afterlife

Sinds Ghostbusters in 1984 ongeveer 300 miljoen dollar in...

The French Dispatch

Als er één regisseur is die erin slaagde om...

Black Widow

De manier waarop Marvel, dat in 2009 onder de...

aanraders

Madeleine Collins

Regisseur Antoine Barraud is geen grote naam in het...

Belfast

Naar eigen zeggen had Kenneth Branagh al jaren plannen...

Blaze

Hoewel hij vooral bekendheid geniet als een acteur...

recent

David Bowie :: EART HL I NG

Beste album ooit !

test

Sparklehorse :: Bird Machine

We dachten dat het nooit meer zou gebeuren, maar...

Nicolas Barral :: Als de fado weerklinkt

De periode Salazar is een donkere bladzijde in de...
Vorig artikel
Volgend artikel

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Schrijf uw reactie
Vul hier uw naam in