“Als je het een minder extreme plaat vindt, is dat dan positief of negatief bedoeld?”, vroeg Bert Minnaert, een van de twee Onmens-leden, ons. Positief natuurlijk! Want Witruimte is een nog een stap verder tegenover de muilpeer Misdracht, die vorig jaar nog maar recht in het gezicht aankwam.
Met die debuutplaat bewees het ondergrondse duo dat het met een resem invloeden uit het verleden een eigen, verschroeiend geluid kan maken — het is noch pure Electronic Body Music (EBM), noch zuivere noise of pompende industrial. Namen die altijd terugkwamen waren The Neon Judgement, Front 242, Pharmakon en The Soft Moon. Onmens staat dus met een voet in de jaren tachtig en de andere in de eigen tijd, weliswaar allesbehalve in de mainstream. Elk optreden van de band groeit dan ook uit tot een mokerslag, maar ook op plaat zijn de elf monsterlijke creaties van Bert Minnaert en Kasper Van Esbroeck uiterst genietbaar — hoe vreemd dat ook klinkt.
Maar vergis u niet: het is niet omdat Witruimte iets toegankelijker klinkt dat u een nummer als “Unit 11” op de radio zal horen. Neen, zelfs niet om 4 uur — wel in een of ander donker hol. Het is ook niet omdat er in het nummer meer stompende beats dan scheurende gitaren te horen zijn dat het fletse botsautomuziek is. De adrenaline wordt meteen de hoogte in gejaagd en blijft gevaarlijk pieken in “Inner Bitch”. Dat nummer is iets als bijna dansbare, industriële noise — opnieuw: hoe bizar het ook klinkt. Ook opvallend: er wordt zelfs clean gezongen. Dus als u Onmens eentonig vindt, moet u toch nog eens goed luisteren.
Een veelbelovende start dus, maar het wordt nog heftiger: “Take A Life” blaast u pas echt volledig omver. Een gevaarlijk stomende beat, een gemeen klinkende Minnaert (inclusief lalala-gezangen) en snedige gitaren van Kasper Van Esbroeck worden samengebald tot een uiterst krachtig nummer, die de nieuwe Onmens perfect samenvat. Dit is EBM anno 2016. Ook de rest van de plaat is veel meer dan dat een portie lawaai op plaat zwieren. In intermezzo “Voice Of God” hoor je Minnaert als een bezetene te keer gaan. Het is dan ook de perfecte opwarmer voor het al even bevreemdende “Whining Cross”, dat klinkt alsof Nick Cave zich waagt aan noisy synthesizers en industriële beats in een verduisterde kelder. Straf spul.
“Heritage” is dan weer uiterst intense new wave zoals we recentelijk vooral van The Soft Moon gehoord hebben. In “How It Appeals” gaat het tempo weer (even) liggen. En opnieuw zijn we verrast door de cleanere vocalen. Tot een onheilspellende riff ons weer in het pandemonium van beats, geschreeuw en kettingzaaggeluiden trekken. De hardere stukken zouden hier zelfs fans van de elektropunk van The Prodigy kunnen overtuigen, ware het niet dat Onmens wederom te gevaarlijk klinkt om het brave mainstream publiek aan te spreken.
Hetzelfde verhaal bij “Bathe”, dat klinkt als een Nine Inch Nails voor wie geen doetje is. In “Must Be My Mind” en “Only Flesh” gaan alle remmen nog eens los. We ruiken weer de nacht, zwart leder en vooral de geur van een in bier gedrenkte keldervloer. Maar zonder dat u het wel en goed beseft, komt dan een einde aan Witruimte. Jawel, het is een plaat die als een TGV voorbijraast.
Hoe meer we luisteren naar Onmens, hoe meer we er een EBM-versie van Raketkanon in zien en horen. Niet alleen omdat je aandacht vastgegrepen wordt zodra Minnaert en Van Esbroeck op een podium staan, maar ook omdat ze erin slagen (een) tegendraads genre(s) een eigentijdse toets te geven. U durft toch ook?