Rhonda is terug! Het tweede deel bevat even veel adrenaline en dynamiek als de opener van de reeks. Dit is tegelijk de kracht en de zwakte van de strip van Hans Van Oudenaarden.
In 2013 verscheen het eerste deel van Rhonda. Help me, Rhonda was het resultaat van een aanzet die al in de jaren negentig door Hans van Oudenaarden en Hanco Kolk gegeven werd. Het project belandde in de koelkast en het duurde meer dan vijftien jaar vooraleer het uiteindelijk toch afgewerkt werd als album. Rhonda Kaplan is een dievegge. Ze stal een koffer vol geld van haar ex-vriendje. Laat dat vriendje nu toch geen maffioso zijn. Een achtervolging vol suspense was het logische gevolg. Door haar gelijkenis met een populaire filmster, krijgt Rhonda de kans om die verdwenen ster te vervangen. Ondertussen kan ze op die manier ook onder de radar van de maffia blijven. Aan het einde van deel één verliest Rhonda haar geheugen, waar dan het tweede deel begint. In dit vervolg blijven de verwarringen en mysteries mekaar in hoog tempo opvolgen. Op den duur wordt het hier en daar zelfs wat te veel. Het scenario springt van hot naar her en de bladschikking en plaatsing van de tekstballonnen zorgen ook niet meteen voor veel opheldering.
Toch overheerst aan het einde een gevoel van opgepompte adrenaline. Van Oudenaarden biedt aan een stuk door spektakel en combineert dit met gracieus tekenwerk. Het durft ook al eens te helpen dat Rhonda verleidelijk uit de hoek komt. De combinatie met de glamourperiode van het klassieke Hollywood is geslaagd. Rhonda is een Nederlandse reeks met internationale allures. Het was de Brusselse uitgeverij BD Must die het eerste deel vertaalde. Het fonds van deze uitgeverij bevat tal van Vlaamse en Nederlandse strips, maar Rhonda was toch meteen een van de grootste succesnummers. Het tweede deel zal zeker een vervolg bieden op dit succes. De ingrediënten van Help me, Rhonda blijven aanwezig in Rebecca.
Hoewel het verhaal wat overdadig wordt bij momenten, weet Hans van Oudenaarden toch de charme van de strip vast te houden door de humor een prominente plaats te geven. De verleidelijke poses van Rhonda zijn zo bijna meer een tongue-in-cheekverwijzing naar de meer expliciete babes in vele stripverhalen. Rhonda is dan ook meer een pastiche op de klassieke Amerikaanse mysterie- en detectiveverhalen. Net die relativerende toon is typerend voor veel van het andere werk van Van Oudenaarden (Bob Evers, Puppy from Hell).
Met Rhonda lijkt de internationale carrière van Hans van Oudenaarden definitief begonnen. Het volgende deel zou de trilogie moeten beëindigen, waarna de uitgeverijen aan zijn mouw zullen trekken voor volgende projecten. Alleszins niet slecht voor een tekenaar die ooit begon met anonieme bijdrages aan het Donald Duck Weekblad. Een complete homerun slaat van Oudenaarden niet ; toch zindert Rhondavan de energie en de tekenlust, iets wat zoveel andere reeksen moeten ontberen. Wij hopen nog op net iets meer structuur in het scenario en op een meer ingehouden verhaal, dat de momenten van dynamiek en sensatie nog wat beter weet te doseren.