Californische psychedelische rock-‘n-roll en Nigereese Toearegblues op één affiche: dat is nu eens avontuurlijk programmeren. Het leken twee ogenschijnlijk totaal verschillende concerten op één avond, maar hoewel de verschillen overduidelijk waren, bleken beide bands toch meer gemeen te hebben dan op het eerste gezicht zou vermoed kunnen worden. En in een uitverkochte Trix bar bleek die intercontinentale mayonaise dan ook nog eens stevig te pakken.
Mdou Moctar is een Toeareg uit centraal-Niger, en blijkbaar een van de speerpunten van een bloeiende nieuwe lichting getalenteerde gitaristen die hun muzikale erfgoed een moderner, meer bluesy feel meegeven. Vergeef ons dat we hier niet als een razende beginnen namedroppen, maar we hebben het ook maar van horen zeggen. Als opener van deze avond bleek Mdou Moctar toch niet onaardig wat geïnteresseerden op de been te hebben gebracht: waar een voorprogramma normaal gezien de Trix bar amper halfvol krijgt, stond er nu toch een bont allegaartje toeschouwers (waarvan enkelen zelfs in traditionele Toeareg-kledij) te wachten.
Moctars rijzige gestalte betrad, een kwartier overtijd, geflankeerd door een tweekoppige ritmesectie (gitaar-drum, geen bas) het podium, en trakteerde het publiek na een ietwat verlegen dankwoordje op een bonte mix van Afrikaanse ritmes, Arabische melodieën (Moctar is zoals zoveel Nigerezen moslim, en dat hoor je goed in de zanglijnen) en vleugjes blues, reggae en zelfs wat psychedelica. De basis werd gelegd door de begeleidingsmuzikanten, die met vrij rudimentaire gitaar- en drumlijnen de fundering leggen voor Moctars zang- en gitaarmelodieën. Het is vooral op die gitaar dat hij zich een ware meester toont, en zich technisch zeer sterk een weg door de nummers improviseert, zonder de flow uit het oog te verliezen. Want als er één woord is dat de muziek van Moctar kenmerkt, dan is het wel ‘flow’. Dat maakt ook dat het optreden misschien wat afwisseling mist (heel wat nummers hebben quasi dezelfde basis), maar dat stoort weinig, omdat er daarbinnen genoeg gevarieerd wordt met melodie en volume. En dat komt ook over op het publiek, dat meedeint op de flow van Moctar en co. Eén wat rijpere Vlaamse dame voelt zelfs de oermoeder onweerstaanbaar in zich opwellen, en zet het op een (wat potsierlijk) furieus Afrikaans dansen, en slaakt zelfs af en toe een welgemeende gil. Wij gingen ook overstag, maar hielden het toch bij een iets minder enthousiast op en neer deinen (onze heupen kunnen niet meer verdragen). Wij gaan alvast onze Toeareg-discografie gevoelig uitbreiden.
Prettige bijkomstigheid: de sfeer was al behoorlijk op peil tegen dat de hoofdact van de avond kon beginnen (dat durft al eens anders te zijn). Het Californische spacerocktrio Earthless maakte met het vorig jaar verschenen From The Ages een niet minder dan schitterende plaat, die ten huize (bvp) intussen vanzelf de weg naar de platenspeler vindt. De vaak giganteske nummers (gemiddeld een kwartier lang, met uitspattingen tot een half uur) van dit trio vermengen potige, Hendrix-achtige blues met ziedende stoner, bewustzijnsverruimende psychedelica en stampende rock-‘n-roll. Uitblinker van dit trio is regular joe maar tevens wandelend gitaarwonder Isaiah Mitchell, die de meest fantastische capriolen uitvoert op zijn tot op de draad versleten Fender Stratocaster, maar in toom wordt gehouden door de weergaloze ritmetandem Mike Eginton (bas) en Mario Rubalcaba (drums).
En van meet af aan is het prijs met “Uluru Rock” vanop From The Ages, dat gezapig begint met een lang uitgesponnen riff met spacey effectjes en net genoeg feedback, waarop uit de losse pols wordt gefreewheeld met bevlogen melodielijnen en gesoleer. En meteen valt de gelijkenis tussen deze set en die van Mdou Moctar op: ook hier gaat het meer om de flow dan om de nummers, wat perfect wordt bestendigd door Mario Rubalcaba, die resoluut kiest voor vloeiend drumwerk, en het ritme het werk laat doen in plaats van te fröbelen met fills en andere tierlantijntjes. Het is ook zijn kit die een enorme punch pakt (die cymbalen!) die drijvende motor is achter de ellenlange nummers van Earthless. We ijveren er al enkele jaren voor om Rubalcaba’s naam te veranderen in “Chupacabra”, zo’n beest van een drummer is dat. Het baswerk van Mike Eginton vormt dan weer het ideale bindmiddel tussen de deining van de drums en het frivole gitaarwerk met warme, ingenieuze baslijnen die nooit echt op de voorgrond treden, maar onmiskenbaar en onmisbaar zijn in het geluid van Earthless. Wanneer halverwege “Uluru Rock” het tempo gestaag de hoogte ingaat, toont dit trio dat het meer is dan drie uitstekende muzikanten: een efficiënte, geoliede rockmachine die weergaloos over haar publiek dendert. Nog van dat kregen we in het op plaat al fantastische “Violence Of The Red Sea”, dat meteen in vierde versnelling schakelt met een opeenvolging van klasseriffs en powerplay. Dit is Earthless op zijn sterkst: op snelheid, afwisselend tussen vastliggende patronen met knap riffwerk en geïmproviseerde uitweidingen die bevlogenheid en creativiteit aan elkaar koppelen. Komt daar nog bij dat “Violence Of The Red Sea” eindigt met een bluesshuffle waar de overgebleven leden van Cream hun resterende levers voor zouden doneren, en je weet dat dit een absolute voltreffer is.
Twee nummers gespeeld, en al meer dan een half uur ver. Zo hebben we het graag. Als laatste wapenfeit krijgen we een bijna half uur durende uitvoering van “Sonic Prayer” vanop Rythms From A Cosmic Sky, dat hypnotiserend begint met tribaal pulserend drumwerk, woekerende bassen en spaced-out gitaren, vooraleer in een vlammende riff te schieten en zich in een ziedend tempo richting denderende finale te begeven. Als toegift krijgen we een puntig, maar fantastisch uitgevoerd “Cherry Red”, oorspronkelijk van de Britse oerrockers The Groundhogs, waar Mitchell uitzonderlijk de microfoon hanteert, en met een feilloos falset het nummer naar de eindmeet stuwt. Iets wat het publiek, met Mdou Moctar op de eerste rij, zich uitstekend laat welgevallen, en Eartless dan ook trakteert op een terecht open doekje. Aandoenlijk was ook de welgemeende knuffel tussen Mitchelle en Moctar op het podium na de set. Even was er wereldvrede in Antwerpen. Zulke affiches mogen ze wel alle dagen programmeren.