Shoegaze lijkt een tweede leven te zijn begonnen. Nothing is de volgende in de lange rij van bands die het genre nieuw leven wil inblazen.
De bands die teruggrijpen naar My Bloody Valentine, Slowdive, Lush en Ride en aan die muzikale erfenis (een wall of sound, een stem als extra instrument en een batterij effecten) elementen uit andere genres toevoegen, zijn niet meer op één hand te tellen. Deafheaven (doet het met black metal), Alcest (is post-rock voor sommigen), True Widow (omschreven als stonergaze) en DIIV (dat met dream pop goochelt) mogen dan op het eerste gehoor niet veel gemeen hebben, ze behoren toch tot hetzelfde duistere clubje. Ook metallabel Relapse Records is op de kar gesprongen en heeft er na True Widow een nieuwe rijzende ster aan het shoegazefirmament bij: Nothing.
De frontman is Domenic Palermo, voormalige hardcore punker en bandleider van Horror Show, die twee jaar in de gevangenis verbleef voor een steekpartij. En na enige research blijkt dat de rest van zijn leven er ook niet bepaald rooskleurig uitzag: Palermo verloor na zijn vrijlating heel wat vrienden. De man had even genoeg van muziek en na een lange bezinningsperiode vond hij met hulp van gitarist Brandon Setta een nieuwe sound, shoegaze, waarin een weemoedige stem boven de zware distortiongitaren lijkt te zweven.
Palermo heeft duidelijk veel naar My Bloody Valentine geluisterd. De originaliteit is soms ver te zoeken, maar je komt wel in de juiste (lees: donkere) sfeer terecht. Opzet geslaagd dus, zeker als je “Get Well” en “Dig” hoort. Het zijn bijna shoegaze/metalnummers, maar de mosterd wordt duidelijk (iets te veel) gehaald bij de iconische Britse band. De fysieke agressie die uitgaat van metal en hardcore heeft wel plaatsgemaakt voor verschroeiende soundscapes, waarin agressie maar een deel is van de gelaagde muziek. De nieuwe stijl gaat Palermo dus goed af.
“Hymn To The Pillory” bloeit mooi open met een in de huid kervende melodie, maar ontploft na anderhalve minuut even. Nothing is heer en meester in het afwisselen tussen stormachtige metalgitaren en ingetogen stukken. Ook “Somersault” en “Beat Around The Bush” volgen quasi hetzelfde stramien. Uitzonderingen op de shoegazeregel zijn het op introspectieve post-metal van Jesu geënte en opvallend tragere kolos “Endlessly” en het iets meer up-tempo “Bent Nail”, dat herinnert aan de betere post-punk.
Onze favoriet is vanaf de eerste luisterbeurt echter “B&E”. De riffs zijn meedogenloos hard en gaan door merg en been. Het destructieve geheel zet de haren op de armen rechtop. Het nummer eindigt in totale chaotische razernij. Daarmee zorgt Nothing voor de beste twee minuten van de plaat. Zou Kevin Shields van My Bloody Valentine dit al gehoord hebben? Het zou zelfs voor hem zwaar op de maag liggende kost zijn.
Toch gaan we zeker niet beweren dat Guilty Of Everything een meesterwerk is, want dat is het niet. Een True Widow of Alcest — althans op zijn debuut — legt dan een originelere sound aan de dag. En tegenover Loveless is de debuutplaat van Nothing zeker maar een voetnoot in de muziekgeschiedenis. Maar voor alle duidelijkheid: Nothing heeft een trieste, zware én tegelijk mooie plaat gemaakt en is hiermee een sterke aanwinst voor de scene.