De in Kuurne bij Brussel geboren striptekenaar Ever Meulen is bekend als illustrator voor weekbladen en magazines. Geen betere methode om het oeuvre van een dergelijke kunstenaar te doorgronden dan via een thematentoonstelling. De op stripgebied sterk onderlegde Galerie Champaka bouwde er een op rond het thema Automotiv, waarin ze poogt Ever Meulen via diverse invalshoeken te vatten.
Ever Meulen, geboren in 1946, kwam begin jaren zeventig bovendrijven in het Belgische en meteen ook in het Europese striplandschap. Hij verzorgde illustraties voor weekbladen zoals Humo en dagbladen zoals De Standaard. Daarnaast werkte hij ook vaak als assistent van andere tekenaars op de achtergrond. Lof viel hem te beurt in zijn intussen reeds meer dan veertigjarige carrière. Hijij wordt dan ook gezien als een echte vertegenwoordiger van de zogenaamde Klare Lijn in het stripverhaal, een richting die als haar voornaamste discipelen Hergé, Jacobs en Franquin telt, heren die België als stripland voorgoed op de kaart zetten. Maar Ever Meulen assimileerde deze invloeden ook tot een eigen stijl.
Ever Meulen als fenomeen en vaste waarde in de Belgische kunstscène, kan je echter enkel goed inschatten als je zijn werk thematisch analyseert. De fraaie kunstgalerij Champaka, gevestigd vlak bij de Brusselse Grote Zavel en op enkele voetstappen van het geboortehuis van Edgar Pierre Jacobs, maakt deze analyse door uit de periode 1974-2010 tien werken van Ever Meulen te lichten waarin het thema verplaatsing de hoofdrol speelt. Inderdaad, verplaatsing en niet zomaar auto zoals men eerst zou vermoeden. In iedere print, gedrukt met pigmentinkt, komt wel ergens een wagen voor, bijna altijd modellen uit de jaren vijftig of afbeeldingen van racewagens, maar de wagens dienen eigenlijk slechts als inleiding op de thema’s die Ever Meulen in onze aandachtsradius wil binnen zien glippen.
De echte onderwerpen van Ever Meulen spelen duidelijk in op moderne fenomenen: de gejaagdheid en de oppervlakkigheid van onze hedendaagse samenleving, de uiterlijke glitter, de vooruitgang van de technologie, de maatschappij en de wereld rondom haar die langzaam maar zeker vervormt. De personen van vlees en bloed die de tien drukken bemannen en tot leven laten komen, blijven een nevenbetrachting. Ever Meulen realiseert het door uitgebreid leentjebuur te spelen bij diverse kunststromingen. In de architectuur van de steden die hij portretteert, zie je zeer duidelijk de invloeden van de Duitse Bauhausstroming opduiken. Het functionele karakter van zijn werken is gebaseerd op principes die De Stijl voor de Tweede Wereldoorlog in Nederland hanteerde. Het kleurgebruik refereert dan weer aan zijn beïnvloeding door grootmeesters uit het stripverhaal, zoals Edgar Pierre Jacobs.
Al deze aspecten vallen niet meteen op als je gewoon in een weekblad de zoveelste tekening van de meester tegenkomt. Het is pas op het moment dat je alles serialiseert en rond een thema uitbouwt, dat de invloeden naar voren komen. Maar dan vallen ze ook meteen op. Een torengebouw is bij Ever Meulen niet zomaar een verzameling appartementen, het is meteen een tijdsdocument gerelateerd aan een architectuurstroming. De gebogen lijnen die zijn personen kenmerken, vinden hun oorsprong in het opgejaagde en vlugge aspect van het hedendaagse leven.
Verchroomde modellen of snelle bolides uit de jaren zeventig, maar dan veruitwendigd door de personen die verondersteld worden ze te besturen. Geen wonder dat in Roxy Music uit 1975 de afgebeelde personen de haar- en klederdracht uit de jaren vijftig dragen, de tijdsperiode waarin hun wagen ook gesitueerd dient te worden. Ze staan buiten aan een soort discotheek, genaamd Roxy, maar dan met kenmerken uit die periode.
Het werken met pigmentinkt heeft als groot voordeel dat de klare lijn en het kleurgebruik massaal doorbreken. Zo zet Ever Meulen thematisch een belangrijke richting uit onze vaderlandse stripgeschiedenis verder. Maar hij zet de traditie verder door er zijn eigen invulling aan te geven. Een unieke plaats op de scène en onmiddellijke herkenning van zijn oeuvre zijn het gevolg. Dat is ook de bedoeling van een geslaagde thematische tentoonstelling zoals deze.
Nog tot 18 januari 2014 in Galerie Champaka, Ernest Allardstraat 27 in 1000 Brussel. Van woensdag tot zaterdag open van 11 tot 18 uur, zondag open van 10.30 tot 13.30 uur.